Het ontwerp van belastingverordening op de huis-aan-huisverspreiding van drukwerk met handelskarakter bevat een foute nummering, met name bevat het ontwerp twee artikelen 6. Er wordt voorgesteld om het tweede artikel 6 te nummeren als artikel 6§bis.
Beslist:
De nummering wordt als volgt aangepast:
"ARTIKEL 6
Vrijstelling wordt verleend:
1°) voor publicaties die tenminste 50% redactionele niet-publicitaire tekst bevatten en die niet van commerciële aard zijn.
2°) aan verenigingen, enkel wanneer max. 75% van het drukwerk bedrukt wordt door sponsors.
3°) aan de handelaars die slecht 2x/jaar een bedeling doen waarvan de totale papieroppervlakte ≤1 A3 is. De vrijstelling dient aangevraagd te worden bij de aangifte. Als de detailhandelaar toch meer dan 2 verspreidingen doet, of de totale papieroppervlakte bij 1 van de verspreidingen overschreden wordt, worden alle verspreidingen integraal aangerekend.
4°) voor notariële bekendmakingen en/of aankondigingen aangezien het hier over aankondigingen van een openbaar ambt gaat.
5°) aan de handelaars die hinder ondervinden naar aanleiding van grote infrastructuurwerken in de stad met een duur van meer dan twee maanden. De vrijstelling is van toepassing voor de volledige duur van de hinder en voor de periode één maand voor en één maand erna. Een vrijstelling wordt verleend na een positief advies van de bevoegde stedelijke directie waarbij wordt bevestigd dat er werken op het openbaar domein worden uitgevoerd die ervoor zorgen dat de inrichting hinder ondervindt.
Wordt begrepen onder:
- Handelaars: zij die over een eigen BTW-nummer beschikken en die bovendien in Oostende slechts één vestiging hebben of uitsluitend in Oostende hun vestigingen hebben;
- Hinder: sterk verminderde toegankelijkheid tengevolge van werken.
Het al dan niet volledig bedrukt zijn van een blad geeft geen aanleiding tot enige vermindering.
ARTIKEL 6 bis
De belastingplichtige is verplicht minstens 24 uur voor de verspreiding aan het Stadsbestuur de voor de aanslag noodzakelijke gegevens te bezorgen.
Voor de periodieke verspreiding mag de aangifte vooraf gedaan worden voor een periode van maximaal drie maanden.
Bij gebrek aan aangifte binnen de gestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het Stadsbestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het College van Burgemeester en Schepenen aan de belastingplichtige aangetekend de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van 30 kalenderdagen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen."
De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.