Terug
Gepubliceerd op 29/08/2019

2019_GR_00320 - Realisatie bovenlokaal fietspad "Groene 62" - verwerving van een strook grond gelegen aan de Zandvoordestraat - Goedkeuring

Gemeenteraad
ma 26/08/2019 - 19:00 Gemeenteraadszaal
Goedgekeurd

Samenstelling

Aanwezig

Wouter De Vriendt, Yves Miroir, Christian Verougstraete, Nancy Bourgoignie, Tom Germonpré, Arne Deblauwe, Vanessa Vens, Nancy Moyaert, Danick Minne, Bart Plasschaert, Björn Anseeuw, Charlotte Verkeyn, Maxim Donck, Hina Bhatti, Steven Nagels, Jan Vanroose, Patrick De Vyt, Kurt Claeys, Karel Labens, Natacha Waldmann, Jeroen Soete, An Casteleyn, Belinda Torres Leclercq, Sandra Demuynck, Vanessa Brysse, Silke Beirens, Luba Minarikova, Mohsin Abbas, Alan Van Laer, Nathalie Vervaecke, Reddy De Mey, Wesley Deschuytter, Jolan Deschepper, Eddy Duchesnet, Charlotte De Backer, David Naessens, Gianni Cornette, Kristof Beuren

Afwezig

Bart Tommelein, John Crombez, Krista Claeys, Philip Caestecker

Verontschuldigd

Niko Geldhof

Secretaris

Kristof Beuren

Voorzitter

Wouter De Vriendt
2019_GR_00320 - Realisatie bovenlokaal fietspad "Groene 62" - verwerving van een strook grond gelegen aan de Zandvoordestraat - Goedkeuring 2019_GR_00320 - Realisatie bovenlokaal fietspad "Groene 62" - verwerving van een strook grond gelegen aan de Zandvoordestraat - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

dlb0002

Aanleiding en context

Eurocar bvba, aan wie het perceel grond toebehoort, is bereid een deel van het perceel grond over te dragen aan de Stad voor de realisatie van het fietspad “Groene 62”. 

Aan de Gemeenteraad wordt voorgesteld om deze immobilaire bewerking aan te nemen.

Argumentatie

De aankoop van de strook grond kadert in de realisatie van het bovenlokaal fietspad "Groene 62" in samenwerking met de Provincie West-Vlaanderen.

Juridische grond

Het decreet van 27 oktober 2006 van de Vlaamse Raad betreffende de bodemsanering

De voorschriften van het Gewestplan "Oostende-Middenkust", bij KB van 26 januari 1977 werd vastgesteld

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur
De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

De Gemeenteraad keurt eenparig het volgende besluit goed.

De gemeenteraad beslist:

Artikel 1

§ 1.      De Stad neemt jegens Eurocar bvba, met zetel Zandvoordestraat 364, het volgende onroerende goed over:

  • een deel van het perceel industriegrond gelegen Zandvoordestraat 364 in 8400 Oostende, op heden gekend bij het Kadaster in de 12de afdeling sectie A, als deel van nummer 388 E, met een oppervlakte volgens meting van honderd veertig vierkante meter (140 m²),

hierna genoemd "het goed", dat in gele kleur is aangeduid op het hierbijgevoegde plan opgetekend door Grontmij nv, in opdracht van de stad Oostende, dat als bijlage aan de akte zal worden gehecht. 

§ 2.      De Stad neemt het goed over in volle eigendom, vrij van pacht, huur en gebruiksrecht en van alle welkdanige lasten, voorrechten, hypotheken en belastende randmeldingen, die niet door tegengestelde zijn gevolgd, met vrijwaring voor alle stoornissen, uitwinningen en alle welkdanige hindernissen.

§ 3.      De Stad neemt het goed over in de toestand waarin het zich bevindt, met de voordelige en nadelige, zichtbare en onzichtbare, actieve en passieve, voortdurende en niet-voortdurende erfdienstbaarheden, maar zonder dat deze bepaling iemand meer rechten kan verstrekken dan deze die voortspruiten uit regelmatige titels of uit de wet.

§ 4.      Geen enkele vordering mag worden ingebracht wegens een vergissing in de aanduiding of in de grootte, het verschil in meer of in min, al overtrof dit één twintigste, blijvend ten bate of ten laste van de Stad.

Artikel 2

§ 1.      De overdracht van het goed geschiedt voor openbaar nut namelijk de realisatie van gemeenschaps- en openbare nutsvoorzieningen meer bepaald voor de aanleg van een bovenlokaal fietspad ‘Groene 62’ in samenwerking met de Provincie West-Vlaanderen.

§ 2.      Aan het bevoegde kantoor van de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie wordt derhalve de kosteloze registratie van de authentieke akte gevraagd, in toepassing van het art. 161-2° van het Wetboek der Registratierechten.

§ 3.      Geen bouwwerk noch enige vaste of verplaatsbare inrichting die voor bewoning kan worden gebruikt, mag op het goed worden opgericht zolang de stedenbouwkundige vergunning niet is verkregen.

§ 4.      Overeenkomstig de voorschriften van het Gewestplan “Oostende-Middenkust”, dat bij een Koninklijk Besluit van 26 januari 1977 werd vastgesteld, is het gebied, waarin het goed is gelegen, bestemd als gebied voor milieubelastende industrieën.

§ 5.      Het goed is gelegen binnen de grenzen van het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan ‘Afbakening regionaal stedelijk gebied Oostende’ dat bij een besluit van de Vlaamse regering van 15 mei 2009 definitief werd vastgesteld. Het voormeld onroerend goed is niet begrepen in de deelgebieden 2 t.e.m. 17 waardoor de bestaande bestemmings- en inrichtingsvoorschriften zoals verder vermeld onverminderd van toepassing blijven.

§ 6.      Het goed is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd Bijzonder Plan van Aanleg/ Ruimtelijk Uitvoeringsplan of goedgekeurde verkaveling. 

Artikel 3

§ 1.      De overdracht van het goed geschiedt tegen de betaling door de Stad aan de overdragende partij van de som van negenduizend vijfhonderd en twintig euro (€ 9.520,00), waarin alle mogelijke vergoedingen zijn begrepen die in de praktijk bij onteigening worden toegekend, waaronder de wederbeleggingsvergoeding, de wachtintresten e.a.

§ 2.      De betaling van de koopsom geschiedt nadat de authentieke akte aan de vereiste formaliteiten is onderworpen en uiterlijk drie maanden na de datum waarop de akte wordt verleden, rekening houdend evenwel met een eventuele aftrek van de bedragen die zouden kunnen worden gevorderd door schuldeisers in wiens voordeel gebeurlijk op het goed hypothecaire inschrijvingen zouden genomen zijn tot zekerheid van de schuldvorderingen tegen de overdragende partij en voor zover desgevallend de instemming van deze schuldeisers met de doorhaling van deze inschrijvingen wordt verkregen.

§ 3.      In voorkomend geval zullen van de uit te keren som de bedragen aan nog verschuldigde belastingen, overeenkomstig de bepalingen van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen en dit van de Belasting op de Toegevoegde Waarde worden ingehouden en rechtstreeks aan de betrokken ontvangers worden betaald.

§ 4.      Indien het goed niet vrij zou zijn van de sub artikel 1 § 2 bedoelde lasten en hypotheken, heeft de Stad het recht zich van de koopsom te kwijten door neerlegging van de koopsom in de Consignatiekas, zonder voorafgaande aanbieding noch aanmaning. Dit zal eveneens het geval zijn indien verzet tegen de betaling zou bestaan. De kosten van de lichting van de consignatie zijn in dat geval ten laste van de overdragende partij.

§ 5.      De overdragende partij machtigt de Stad zich van de haar toekomende som te kwijten door overschrijving ervan op een door haar aan te wijzen rekening die zij bij een financiële instelling heeft geopend.

§ 6.      Alle kosten die verbonden zijn aan het verlijden van de akte en aan de overschrijving ervan in het kantoor der Hypotheken vallen ten laste van de Stad.

§ 7.      In het geval de sub § 1 vermelde som niet binnen de gestelde termijn zou zijn betaald, is de Stad een interest verschuldigd, die berekend wordt tegen de wettelijke rentevoet die in burger-rechtelijke zaken van toepassing is, op de sub § 1 vermelde som over de periode die aanvangt op de vervaldatum en eindigt op de dag waarop de betaling van de som effectief is verricht.

Artikel 4

§ 1.      De Stad heeft vanaf de datum waarop de authentieke akte wordt verleden, de volle eigendom van het goed.

§ 2.      In afwachting van de effectieve eigendomsoverdracht van het goed, kent de overdragende partij de voorafgaande ingebruikgeving van het goed toe voor de realisatie van het fietspad, met dien verstande dat de Stad alle risico’s van dit gebruik en de werken op zich neemt en afziet van om het even welk verhaal op de overdragende partij

§ 3.      Deze akte zal worden verleden binnen drie maanden nadat de beslissing ad hoc van de Gemeenteraad van de Stad Oostende kracht van uitwerking heeft verkregen, d.w.z. op het ogenblik dat de termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de dag waarop het Provinciebestuur van deze beslissing in kennis werd gesteld, is verstreken, zonder dat de toezending van het dossier is gevorderd, hetzij bij opvraging van het dossier op het ogenblik dat de termijn van 30 dagen te rekenen vanaf de dag volgend op de ontvangst van het dossier is verstreken, zonder dat een beslissing tot schorsing aan de Stad is genotificeerd. In het geval op het goed hypothecaire inschrijvingen zouden zijn genomen, zal de datum van aanvang van de bedoelde termijn van drie maanden worden verschoven naar de datum waarop de instemming met de doorhaling van de hypothecaire inschrijvingen vanwege de schuldeisers is verkregen.

§ 4.      In deze akte zal worden bepaald dat de overdragende partij:

  • afziet van elke eis tot ontbinding van de koopovereenkomst en van elke vordering tot terugeising of wederafstand van het goed welke bestemmingswijziging het ook moge ondergaan en dit ondanks elke hiermee strijdige bepaling;
  • de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie (AAPD) wordt ontslagen van de verplichting van enige inschrijving van ambtswege te nemen.

§ 5.      Het bedrag van de onroerende voorheffing dat op het goed betrekking heeft, moet verhoudingsgewijs door de Stad worden gedragen, vanaf de eerste dag van de maand, die volgt op de datum waarop de akte wordt verleden.

§ 6.      De overdragende partij is ertoe gehouden de authentieke akte van overdracht van het goed te ondertekenen binnen de periode van tien dagen die volgt op de datum van ontvangst van het verzoek dat de Stad hiertoe tot haar zal richten.

§ 7.      De overdragende partij is ertoe gehouden het goed ter beschikking te stellen van de Stad uiterlijk op de laatste dag van de maand waarin de akte wordt verleden.

§ 8.      De Stad verbindt zich ertoe om op haar kosten in te staan voor het verplaatsen van de haag op de nieuwe scheidingsgrens tussen de zone waar het fietspad zal worden gerealiseerd en het overblijvend domein dat eigendom blijft van de overdragende partij.

Artikel 5

De overdracht van het goed geschiedt op de opschortende voorwaarden dat :

  • dit raadsbesluit kracht van uitwerking heeft verkregen ;
  • in toepassing van artikel 101 van het decreet van 27 oktober 2006 van de Vlaamse Raad betreffende de bodemsanering aan de Stad door de Openbare Afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest overeenkomstig artikel 5 § 3 van het voormeld decreet het bodemattest wordt uitgereikt, waaruit blijkt dat het perceel niet is opgenomen in het register van de verontreinigde gronden.

Artikel 6

Wijst de hieruit voortvloeiende uitgave toe aan AP-21235/0200-00/22000700/BESTUUR/CBS/IE-3 van het budget 2019.

Artikel 7

Het College van Burgemeester en Schepenen wordt belast met het vaststellen van de secundaire modaliteiten.