De leden van de gemeenteraad ontvingen een brief van het dierenasiel Blauw Kruis in Oostende.
Naar aanleiding van een klacht over lawaai, kwam een team van de politie ter plaatse, en controleerde in detail alles in het asiel.
- Waarom werd een uitgebreide controle gedaan?
- Is dit eigen initiatief van de politie? Indien niet : wie gaf die opdracht?
In 2016, bijna 7 jaar geleden, hebben de mensen van het dierenasiel aan het bestuur van Oostende laten weten dat het gebouw niet meer voldoet. Waterinsijpeling, problemen met de elektriciteit, geluidsisolatie, … Er werd toen door een bestuur van sp.a, open vld en cd&v een besluit genomen dat er een nieuw gebouw moest komen, ook omdat investeringen aan het oude gebouw niet effectief zouden zijn.
- De mankementen waren dus gekend, maar wat zijn volgens het stadsbestuur van Oostende nu de gevolgen van de controle? Wat zijn de oplossingen? Indien bvb. de dieren die in beslag genomen worden door de politie daar niet meer terecht kunnen, waar zullen die dan worden opgevangen?
De burgemeester gaf aan bereid te zijn tot gesprek. Maar vele maanden geleden werd een bemiddelaar aangesteld om het gesprek te voeren.
- Wat bedoelt de burgemeester dat hij bereid is tot gesprek? Is dat een ander soort gesprek dan hetgene dat de burgemeester de voorbije maanden niet voerde? Wanneer is de burgemeester de laatste keer op bezoek geweest in het asiel om zich van de situatie te vergewissen?
De crèches 't Zeepaardje 1 en 't Zeepaardje 2 dreigen binnenkort de deuren te sluiten. Vele ouders zitten in onzekerheid en met de handen in het haar bij gebrek aan opvangalternatief.
Er lopen nog gesprekken met overnemers maar de tijd dringt.
Vandaar ook volgende vragen:
1. Wat is de opstelling van het stadsbestuur in dit dossier?
2. Is het stadsbestuur bereid om de overname van de kinderopvangplaatsen te faciliteren?
3..Is het stadsbestuur bereid om indien nodig een tijdelijke noodopvang te organiseren en aldus een oplossing te bieden voor de 70 kindjes en ongeruste ouders?
Alvast bedankt voor de antwoorden.
Mvg,
Jeroen Soete
Artikel 71 t.e.m. 75 van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
Wij verwijzen hierbij naar de begroting 2023 en de begeleidende nota in bijlage bij dit dossier. Het zonaal veiligheidsplan 2020-2025, goedgekeurd door de zonale veiligheidsraad op 21 november 2019, is het beleidsplan van de politiezone.
Het College van Burgemeester en Schepenen, gelieve de begroting 2023 aan de Gemeenteraad voor te leggen voor voorlopige vaststelling.
Deze begroting omvat de raming van alle ontvangsten en uitgaven die in de loop van 2023 kunnen worden gerealiseerd. Binnen de begroting wordt een onderscheid gemaakt tussen de gewone en de buitengewone dienst en, binnen elk van deze diensten, tussen het eigenlijk financieel dienstjaar en de vorige dienstjaren.
De gewone uitgaven 2023 bedragen 38.813.183 euro.
De gewone ontvangsten 2023 bedragen 36.038.742 euro.
De gewone uitgaven overboekingen bedragen 13.500 euro.
De gewone dienst is een evenwicht door een overboeking te voorzien uit het gewoon reservefonds t.b.v. 1.498.187 euro en een prognose op te nemen van het resultaat van de rekening 2022 t.b.v. 1.448.524 euro.
De buitengewone uitgaven 2023 bedragen 594.588 euro.
De buitengewone ontvangsten 2023 bedragen 581.088 euro.
De buitengewone ontvangsten overboekingen bedrage 13.500 euro.
De buitengewone dienst is in evenwicht in het eigen dienstjaar.
Artikels 5 tot en met 15 van het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de politiezone.
Stelt de begroting 2023 van de gewone dienst en van de buitengewone dienst van de politiezone Oostende voorlopig vast.
Onderwerpt de voormelde begroting aan het specifieke goedkeuringstoezicht van de Gouverneur.
In het kader van de herziening van het mobiliteitsbeleid, dient de huidige verordening te worden aangepast.
Zorgverstrekkers verkrijgen de mogelijkheid om zich te parkeren op bewonersplaatsen voor 01u30 voor het toedienen van zorg.
Technici die dringende herstellingen dienen uit te voeren verkrijgen tevens de mogelijkheid om zich te parkeren op bewonersplaatsen voor 01u30. Dit voor maximaal 1x 24u. Onder 'technici die dringende herstellingen dienen uit te voeren' wordt begrepen: elke persoon, rechtspersoon of aangestelde ervan die een herstelling dient uit te voeren waarbij ieder uitstel verdere ernstige schade veroorzaakt.
De venstertijden voor het parkeren op parkeerplaatsen met elektrische laadpalen op het openbaar domein worden opgetrokken van 02u00 naar 04u00. Deze beperking in tijd is niet van toepassing tussen 20u00 en 05u00.
De zones 'gratis parkeren met beperkte tijdsduur' worden in de verordening verankerd. Dit is een zone waar gratis parkeren toegelaten is voor de duur zoals aangebracht op de signalisatie. In zoverre de zone zich bevindt in een bewonerszone, is de bepaling niet van toepassing op houders die in het bezit zijn van een geldige bewonerskaart.
Parkeerplaatsen op het grondgebied van Oostende zijn schaars, waardoor maatregelen die als doelstelling het verkrijgen van een goede parkeerrotatie ambiëren, ten gronde moeten kunnen worden geïmplementeerd.
De wijzigingen komen tegemoet aan de acties beschreven in het Bestuursakkoord.
De wijzigingen ambiëren een meer efficiënter gebruik van de kostbare publieke ruimte.
-
Keurt de wijziging aan de als bijlage toegevoegde 'Stedelijke verordening betreffende parkeren' goed.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de secundaire uitvoeringsmodaliteiten.
Huidige verordening treedt in werking overeenkomstig art. 288 van het Decreet over het Lokaal bestuur van 22 december 2017 op de vijfde dag na de bekendmaking ervan op de website van de Stad.
Bij de vergelijking tussen het aantal betrekkingen voorzien in de formatie en de reële bezetting in FTE's komt naar voor dat er:
De gemeenteraad is bevoegd om de open betrekkingen vacant te verklaren, alsook om de selectiemodaliteiten vast te leggen.
De Gemeenteraad is bevoegd om deze selectiecommissies samen te stellen.
Het is opportuun om de vacature van consulent voor de dienst Garage open te stellen via mobiliteit.
De Nieuwe Gemeentewet: artikel 97.
De wet van 07 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus: artikel 128.
Het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Het koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
De omzendbrieven GPI 15, 15bis, 15ter, 15 quater en 15 quinquies betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
In het kader van de mobiliteit nr. 2022-04 worden volgende betrekkingen vacant verklaard:
De Gemeenteraad is bevoegd om deze selectiecommissies samen te stellen.
Het is opportuun om de vacature van consulent voor de dienst Garage open te stellen via mobiliteit.
Het besluit wordt meegedeeld aan DRP.
-
De Burgemeester heeft voor de hierna vermelde manifestaties op 07 oktober 2022, 11 oktober 2022, 21 oktober 2022, 25 oktober 2022, 28 oktober 2022, 04 november 2022 en 08 november 2022 Besluiten genomen om de veiligheid van de weggebruikers en de deelnemers te kunnen waarborgen naar aanleiding van:
1) Weekwatchers Radio 2 week 3 oktober 2022 van 21 oktober 2022 tot en met 22 oktober 2022;
2) Weekwatchers Radio 2 week 1 oktober 2022 van 07 oktober 2022 tot en met 08 oktober 2022;
3) Weekwatchers Radio 2 week 2 oktober 2022 van 14 oktober 2022 tot en met 15 oktober 2022;
4) Filmopnamen Holy Rosita op verschillende data;
5) Filmopnamen Sophie Cross Hendrik Baelskaai op 15 oktober 2022;
6) Filmopnamen Sophie Cross Gerechtsgebouw op 14 oktober 2022;
7) Filmopnamen Styx Oud Zwembad van 13 oktober 2022 tot en met 14 oktober 2022;
8) Filmopnamen Styx Zeedijk 286-288 op 10, 11 en 12 oktober 2022;
9) Nacht van de Jeugdbeweging op 21 oktober 2022;
10) Wijkwerking Hazegras Oostende op 22 en 23 oktober 2022;
11) Plechtigheid Wapenstilstand op 11 november 2022;
12) Heldenhulde op 01 november 2022;
13) Parkeerverbod cursus EHBO mantelzorgers op 25 november 2022;
14) Combiregeling thuiswedstrijd KVO-KV Kortrijk op 06 november 2022;
15) Mosselsouper 't Verschil op 12 november 2022;
16) Thuiswedstrijd KVO-KV Kortrijk op 06 november 2022;
17) Aankomst Sinterklaas op 26 november 2022;
18) The Box parkeerverbod op 08 november 2022;
19) Filmopnamen Styx Oostelijke Strekdam op 24 oktober 2022;
20) Filmopnamen Holy Rosita op 03 november 2022;
21) Parkeerverbod Poststraat voorstelling Atropa van 16 november 2022 tot 18 november 2022;
22) Filmopnamen Holy Rosita draaidag 19 op 09 november 2022;
23) Filmopnamen Holy Rosita draaidag 20 op 10 november 2022.
Artikel 63 van het Decreet lokaal bestuur;
Het Decreet van 28 april 1993 houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het administratie toezicht op de gemeenten.
Neemt akte van de Besluiten die de Burgemeester heeft genomen op 07 oktober 2022, 11 oktober 2022, 21 oktober 2022, 25 oktober 2022, 28 oktober 2022, 04 november 2022 en 08 november 2022.
Stuurt een afschrift van dit Besluit aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brugge en van de Politierechtbank in Brugge, afdeling Oostende.
-
1) Winter Shopping weekend
Artikel 63 van het Decreet lokaal bestuur.
Het Decreet van 28 april 1993, houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het administratief toezicht op de gemeenten.
Neemt de volgende verkeersmaatregelen aan:
1) Winter Shopping Weekend
Vanaf zaterdag 17 december 2022 van 10.00 uur tot en met zondag 18 december 2022 om 19.00 uur:
Op de navolgende wegen is voor iedere bestuurder het stilstaan en parkeren verboden:
• Van Iseghemlaan, ter hoogte van huisnummer 56 (± 5 parkeerplaatsen);
• Van Iseghemlaan, ter hoogte van huisnummer 83-87 (± 3 parkeerplaatsen);
• Kerkstraat, parkeerstrook ter hoogte van huisnummer 35 (±4 parkeerplaatsen).
Deze maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken E3.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur reikt oplossingen aan om een echt geïntegreerd lokaal sociaal beleid mogelijk te maken, met respect voor de verschillende rechtspersonen, die erbij betrokken zijn. Daaruit volgt dat de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW) een gezamenlijk meerjarenplan opstellen, dat door beide raden wordt vastgesteld.
Op die manier kan een geïntegreerd lokaal sociaal beleid maximaal worden gerealiseerd: beide rechtspersonen hebben samen één doelstellingenboom, waarbij de doelstellingen van het OCMW en die van de gemeente vervlochten zijn. Ook het financiële evenwicht wordt beoordeeld voor de gemeente en het OCMW samen.
Omdat elke rechtspersoon voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan, blijft in het meerjarenplan een duidelijk onderscheid bestaan tussen de kredieten van de gemeente en die van het OCMW. Dat komt tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (schema M3), waarin de kredieten voor de gemeente en het OCMW apart worden opgenomen.
Het vroegere jaarlijkse budget is voortaan geïntegreerd in het meerjarenplan. De ramingen, die het bestuur voor het boekjaar 2020 in het meerjarenplan 2020-2025 inschrijft voor de exploitatie, de investeringen en de financiering, omvatten ook de kredieten voor dat jaar. In het meerjarenplan van de gemeente en het OCMW worden afzonderlijke kredieten per rechtspersoon ingeschreven. De gemeente en het OCMW blijven immers twee afzonderlijke budgettaire entiteiten. De kredieten worden duidelijk toegewezen aan elke rechtspersoon afzonderlijk, ook al wordt het beleid van beide als één geheel voorgesteld.
In toepassing hiervan werd in 2019 het meerjarenplan opgemaakt en goedgekeurd voor de periode van 2020 tot 2025 in de Gemeenteraad van 14 december 2019. Dit meerjarenplan vormt de basis voor het beleid tot 2025. Het bevat de te bereiken resultaten of effecten en de acties en actieplannen die het bestuur daarvoor zal uitvoeren. Op financieel vlak bevat het de ramingen van de verwachte ontvangsten en uitgaven voor de periode van 2020 tot 2025 en de kredieten voor het boekjaar 2020, voorgesteld in schema M3.
Artikel 257 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur bepaalt o.a.dat minstens een keer per jaar het meerjarenplan aangepast wordt, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt.
De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Gemeenteraad van 26 oktober 2020. Met deze aanpassingen werden voornamelijk de effecten van de coronacrisis op de financiën van ons lokaal bestuur ondervangen.
De tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Gemeenteraad van 12 december 2020. De laatste aanpassingen aan het budget 2020 werden doorgevoerd; daarnaast werden de budgetten voor het jaar 2021 aangepast aan de recentste verwachtingen en prognoses.
De derde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Gemeenteraad van 25 oktober 2021. De laatste aanpassingen aan het budget 2021 werden doorgevoerd; daarnaast werden de budgetten voor het jaar 2022, jaren 2023 tot en met 2025 aangepast aan de recentste verwachtingen en prognoses.
De jaarrekening 2021 werd in de Gemeenteraad van 23 mei 2022 vastgesteld. Immers, het financieel evenwicht van een aanpassing van het meerjarenplan waarbij de kredieten voor het lopende boekjaar worden gewijzigd, kan alleen worden aangetoond als de jaarrekening van het boekjaar dat voorafgaat aan het lopende boekjaar, vastgesteld is door de raad en verwerkt in het meerjarenplan.(cfr. artikel 16 van het BVR BBC).
Bij de opmaak van de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 integreert ons bestuur het resultaat
van de jaarrekening over het boekjaar 2021 door het in de aangepaste staat van het financieel evenwicht
(schema M2) in te schrijven onder het gecumuleerd budgettair resultaat van het vorig boekjaar. Opgeteld
bij het geraamde budgettair resultaat voor het boekjaar 2022 leidt dat tot het geraamde gecumuleerd
budgettair resultaat voor boekjaar 2022.
De vierde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 wordt nu aangeboden voor vaststelling door de Gemeenteraad van 28 november 2022; deze bevat o.a. de aanpassingen aan de kredieten 2022 en de kredieten 2023 (schema M3); daarnaast worden de budgetten aangepast aan de recentste verwachtingen en prognoses (waar van toepassing zijnde) voor de jaren 2024 tot en met 2025 in het meerjarenplan 2020-2025.
De aanpassing van het meerjarenplan wordt samengesteld met volgende onderdelen: de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota en de aangepaste toelichting. De achtergrondinformatie, die de raadsleden meer duiding geeft bij de geplande verrichtingen, wordt opgenomen in de bijbehorende documentatie.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en haar wijzigingen.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (BVR BBC) en haar wijzigingen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (MB BBC) en haar wijzigingen.
Omzendbrief KB/ABB-2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Stelt de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 vast.
Integreert het resultaat van de jaarrekening over het boekjaar 2021 (vaststelling in de Gemeenteraad van 23 mei 2022) in de aangepaste staat van het financieel evenwicht (schema M2) door de inschrijving onder het gecumuleerd budgettair resultaat van het vorig boekjaar.
Stelt met deze aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 o.a. de kredieten voor het jaar 2023 vast én past de kredieten voor het jaar 2022 aan volgens het schema M3.
Levert dit besluit digitaal aan de toezichthoudende overheid aan.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur reikt oplossingen aan om een echt geïntegreerd lokaal sociaal beleid mogelijk te maken, met respect voor de verschillende rechtspersonen, die erbij betrokken zijn. Daaruit volgt dat de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn (OCMW) een gezamenlijk meerjarenplan opstellen, dat door beide raden wordt vastgesteld.
Het meerjarenplan 2020-2025 werd in 2019 opgemaakt; deze werd vastgesteld in de raden van 14 december 2019 en goedgekeurd in de Gemeenteraad van 14 december 2019 voor het deel OCMW. De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Raad voor Maatschappelijk Welzijn van 26 oktober 2020 en goedgekeurd voor het deel, dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn i.f.v. de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 heeft vastgesteld in zitting van 26 oktober 2020, door de Gemeenteraad in zitting van 26 oktober 2020.
Artikel 257 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur bepaalt o.a.dat minstens een keer per jaar het meerjarenplan aangepast wordt, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld. Als dat nodig is, kunnen daarbij ook de kredieten voor het lopende boekjaar worden aangepast. Daarnaast kan het meerjarenplan, als dat nodig is, ook worden aangepast om alleen de kredieten voor het lopende boekjaar aan te passen. Bij elke aanpassing van het meerjarenplan wordt het resultaat van de intussen vastgestelde jaarrekeningen verwerkt.
De aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 wordt voorgelegd aan de Raad voor Maatschappelijk Welzijn voor vaststelling in zitting van 28 november 2022.
Artikel 249 §3 van het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn over hun deel van elk beleidsrapport stemmen. Nadat de raden zo het beleidsrapport elk voor hun deel hebben vastgesteld, keurt de Gemeenteraad het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de Raad voor Maatschappelijk Welzijn goed. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.
De vierde vastgestelde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 wordt nu aangeboden voor goedkeuring.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur en haar wijzigingen.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (BVR BBC) en haar wijzigingen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen (MB BBC) en haar wijzigingen.
Omzendbrief KB/ABB-2019/4 van 3 mei 2019 over de strategische meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus.
Keurt het deel, dat de Raad voor Maatschappelijk Welzijn in zitting van 28 november 2022 i.f.v. de aanpassing 4 van het meerjarenplan 2020-2025 heeft vastgesteld, goed.
Levert dit besluit digitaal aan de toezichthoudende overheid aan.
De Vlaamse Regering keurde op 25 juni 2010 het Besluit betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (het BBC-decreet) goed. Het bevat een reeks regels voor het meerjarenplan, het budget, de boekhouding en de jaarrekening van de lokale besturen en provincies.
Het meerjarenplan 2020-2025 werd in 2019 opgemaakt; deze werd vastgesteld in de Gemeenteraad van 14 december 2019 (entiteit STAD). De eerste aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Gemeenteraad in zitting van 26 oktober 2020.
De tweede aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Gemeenteraad van 12 december 2020.
De jaarrekening 2020 (entiteit STAD) werd vastgesteld door de Gemeenteraad in de zitting van 31 mei 2021.
De derde aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 werd vastgesteld in de Gemeenteraad van 25 oktober 2021.
De jaarrekening 2021 (entiteit STAD) werd vastgesteld door de Gemeenteraad in de zitting van 23 mei 2022.
Het dossier werd digitaal aangeleverd aan de provinciegouverneur op 27 mei 2022 cfr. de wettelijke bepalingen.
In toepassing van de bijzondere bepaling over het bestuurlijk toezicht op de jaarrekening staat in artikel 262 van het decreet over het lokaal bestuur vermeld dat de toezichthoudende overheid de jaarrekening goedkeuren kan op diverse voorwaarden, binnen een termijn van 150 dagen.
In het besluit van 10 oktober 2022 van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen werd de jaarrekening over het financiële boekjaar 2021 van de Stad en het OCMW van Oostende goedgekeurd.
Het besluit van de Vlaamse regering van 25 juni 2010 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en haar wijzigingen.
Het ministerieel besluit van 1 oktober 2010 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en haar wijzigingen.
Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en haar wijzigingen.
Het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 262§1 (bevoegdheid).
Neemt kennis van het besluit van 10 oktober 2022 van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen, waarbij de jaarrekening over het financiële boekjaar 2021 van de gemeente en het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Oostende goedgekeurd werd.
De Gemeenteraad nam op 14 december 2019 de Belastingverordening op het te huur stellen en het in huur geven van gemeubelde kamers aan voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
Doordat de stad Oostende onmogelijk oneindig in de tijd de stijgende kosten en de jaarlijkse aanpassing van de inflatie kan blijven opvangen, is het verantwoord het tarief vanaf heden te indexeren.
Vanaf het aanslagjaar 2022 zal het tarief worden aangepast aan de levensduurte waarbij het tarief zal worden geïndexeerd aan de hand van de consumptieprijzen.
Om de index vanaf aanslagjaar 2022 te berekenen wordt beroep gedaan op de gegevens op website van de Federale Overheidsdienst Economie (http://statbel.fgov.be/nl/themas/consumptieprijsindex).
Bij de berekening van het tarief op basis van de index is het aangewezen om de afrondingsregels toe te passen.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd.
Het Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2019 houdende de aanneming van de Belastingverordening op het te huur stellen en het in huur geven van gemeubelde kamers voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Keurt de gewijzigde Belastingverordening op het te huur stellen en het in huur geven van gemeubelde kamers zoals opgenomen in bijlage (GR 2022 -Belastingverordening op het te huur stellen en het in huur geven van gemeubelde kamers) goed.
De Gemeenteraad besliste op 22 november 2021 voor het aanslagjaar 2022 een Belastingverordening inzake opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten aan te nemen en het tarief vast te stellen op 100 opcentiemen op de gewestelijke belasting op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten.
Voor het aanslagjaar 2023 moet de Stad Oostende de Belastingverordening opnieuw aannemen en het tarief vastleggen.
De verkrotting en verwaarlozing van bedrijfsruimten op het grondgebied van de Stad Oostende moet worden voorkomen en bestreden.
Het Gemeenteraadsbesluit van 22 november 2021, houdende de aanneming van de Belastingverordening inzake opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten voor het aanslagjaar 2022.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het artikel 170,§4 van de Grondwet.
Het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, artikel 464/1.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
De Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, artikel 2.6.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 december 2013 houdende de uitvoering van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013.
Het Decreet van 19 april 1995, houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, en latere wijzigingen.
Het Besluit van de Vlaamse regering van 01 juli 1997 tot uitvoering van het Decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, inzonderheid Hoofdstuk III, artikel 15, betreffende de mogelijkheid om gemeentelijke opcentiemen te heffen.
Neemt de Belastingverordening inzake opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten zoals opgenomen in bijlage
(GR 2023 opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten) aan voor het aanslagjaar 2023.
De Gemeenteraad besliste op 22 november 2021 voor het aanslagjaar 2022, een Belastingverordening inzake opcentiemen op de onroerende voorheffing aan te nemen en het tarief vast te leggen op 1.259,45 opcentiemen op de onroerende voorheffing.
Voor het aanslagjaar 2023 moet de Stad Oostende de Belastingverordening opnieuw aannemen en het tarief vastleggen.
Het Gemeenteraadsbesluit van 22 november 2021, houdende de aanneming van de Belastingverordening inzake opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2022.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het artikel 170, §4, van de Grondwet.
De artikelen 249 tot en met 260 en artikel 464 van het Wetboek van de Inkomstenbelasting 1992, inzake de opcentiemen op de onroerende voorheffing.
De vaststelling van het kadastraal inkomen is geregeld in de artikelen 472 tot en met 504 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen.
Het Decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur.
Het Decreet van 13 december 2013 houdende de Vlaamse Codex Fiscaliteit.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Neemt de Belastingverordening inzake opcentiemen op de onroerende voorheffing zoals opgenomen in bijlage (GR 2023 opcentiemen op de onroerende voorheffing) aan voor het aanslagjaar 2023.
De Gemeenteraad besliste op 22 november 2021 voor het aanslagjaar 2022 een Belastingverordening inzake de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting aan te nemen en het tarief vast te leggen op 6,50 % aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting.
Voor het aanslagjaar 2023 moet de Stad Oostende de Belastingverordening opnieuw aannemen en het tarief vastleggen.
Het Gemeenteraadsbesluit van 22 november 2021, houdende de aanneming van de Belastingverordening inzake de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2022.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Artikelen 464 tot en met 470/2 van het Wetboek op de inkomstenbelasting (WIB), houdende de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting van de Staat.
Het Koninklijk Besluit tot uitvoering van het WIB 1992.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Neemt de Belastingverordening inzake de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting zoals opgenomen in bijlage (GR 2023 aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting) aan voor het aanslagjaar 2023.
De tarieven voor de vaste standplaatsen in artikel 20 worden aangepast naar bedragen die meer in de lijn liggen met de huidige marktwaarde van de handelspanden in de omgeving.
Ook wordt een tarief ingevoerd voor vaste standplaatsen die niet onder dit artikel 20 zijn opgenomen.
De tarieven voor de vaste standplaatsen in artikel 20 E. (standplaats op het openbaar domein, andere dan op de openbare markten) worden aangepast naar bedragen die meer in de lijn liggen met de huidige marktwaarde van de handelspanden in de omgeving.
Dit is zowel het geval voor de frietkramen, de ijskramen en kramen met visproducten op de verschillende locaties.
Voor vaste standplaatsen die niet onder de in artikel 20 E vanaf 1 t.e.m. 3 opgesomde kramen vallen, wordt een tarief ingevoerd onder kramen met andere producten.
Door de wijziging van de belastingverordening wordt van de gelegenheid gebruik gemaakt om de tarieven aan te passen aan het indexcijfer vanaf het aanslagjaar 2023.
De tarieven worden jaarlijks geïndexeerd aan de hand van de index van de consumptieprijzen.
Om de index vanaf 2023 te berekenen wordt beroep gedaan op de gegevens op de website van de Federale Overheidsdienst Economie (http://statbel.fgov/nl:themas/consumptieprijzen).
Bij de berekening van de tarieven op basis van de index is het aangewezen om afrondingsregels toe te passen.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd.
Het Koninklijk Besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante activiteiten.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Zijn Besluit van 14 december 2019, houdende de aanneming van de belastingverordening betreffende het gebruik van het openbaar domein.
Zijn Besluit van 28 september 2020, houdende de wijziging van de belastingverordening betreffende het gebruik van het openbaar domein.
Zijn Besluit van 31 mei 2021, houdende de wijziging van de belastingverordening betreffende het gebruik van het openbaar domein.
Zijn Besluit van 21 februari 2022, houdende de wijziging van de belastingverordening betreffende het gebruik van het openbaar domein.
Zijn Besluit van 24 oktober 2022, houdende de wijziging van de belastingverordening betreffende het gebruik van het openbaar domein.
Keurt de gewijzigde Belastingverordening betreffende het gebruik van het openbaar domein zoals opgenomen in bijlage (GR 2023 - wijz. belastingverordening) goed.
Het Bestuur heeft de laatste jaren extra inspanningen moeten leveren voor het promoten van de Stad Oostende als winkelstad en als toeristisch trekpleister. Door de sterk gestegen inflatiecijfers, is het Bestuur echter genoodzaakt om het tarief van de verblijfsbelasting nu op te trekken.
Doordat extra inspanningen werden geleverd om de Stad Oostende als winkelstad en als toeristisch trekpleister te promoten tijdens en na de coronacrisis.
De afgelopen jaren zijn de kosten voor o.a. het verlenen van een goede dienstverlening aan bezoekers aan onze stad sterk gestegen.
Hierdoor wordt het tarief verhoogd van 495,00 euro naar 825,00 euro per kamer en per jaar.
Voor de logiesverstrekker wordt in artikel 2 ook bepaald dat hij de belasting kan verhalen op de personen die in zijn inrichting verblijven. Door de verhoging van de verblijfsbelasting wordt het bedrag dat de logiesverstrekker kan verhalen ook verhoogd van 2,83 euro naar 4,72 euro zonder BTW.
In artikel 3 wordt §2 geschrapt waarbij de vermindering van deze belasting i.v.m. COVID-19 werd geregeld.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Gelet op de artikelen 41, 162 en 170 §4 van de Grondwet;
Verwijzend naar het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd;
Gelet op het decreet van 05 februari 2016 houdende het toeristische logies;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 2017 tot uitvoering van het decreet houdende het toeristische logies;
Gelet op de omzendbrief inzake de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit KB ABB 2019/2;
Zijn Besluit van 26 augustus 2019, houdende de aanneming van de verblijfsbelasting voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
Zijn Besluit van 28 september 2020, houdende de wijziging van de verblijfsbelasting voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
.
Keurt de gewijzigde verordening van de verblijfsbelasting zoals opgenomen in bijlage (GR 2023 - verblijfsbelasting) goed.
De Gemeenteraad nam op 14 december 2019 de Retributieverordening op het parkeren aan voor de periode van 01 januari 2020 tot en met 31 december 2025.
Het reglement dient te worden aangepast om te voorzien in de wijzigende behoeften inzake parkeren in de Stad Oostende.
De doelstelling is het voorzien van een goede parkeerrotatie. Ook zorgt de Stad Oostende voor een oplossing inzake de gevallen waarbij aannemers bepaalde werken dienen uit te voeren.
Van de gelegenheid wordt ook gebruik gemaakt om technische aanpassingen aan te brengen aan de Retributieverordening.
Het Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2019, houdende de aanneming van de Retributieverordening op het parkeren voor de periode van 01 januari 2019 tot en met 31 december 2020.
Artikel 3 vermeldt de diverse tarieven die in de gewijzigde verordening zijn opgenomen.
In artikel 4 wordt omschreven hoe tarief 2 kan worden betaald.
In artikel 5 wordt het gratis tarief, nl. tarief 3, omschreven en hoe deze parkeersessie kan worden aangevraagd.
Artikel 6 bepaalt wanneer tarief 1 wordt aangerekend. Dit is wanneer geen geldig betalingsopdracht of parkeersessie is uitgevoerd, noch over een voldoende debitering van de elektronische betaalparkeerkaart beschikt. In dit artikel worden ook de retributies bepaald.
De vrijstelling van retributie voor personen die houder zijn van de speciale kaart bedoeld in artikel 27.4.3 van het Koninklijk Besluit wordt in de gewijzigde Verordening in een apart artikel 10 opgenomen.
In de artikelen 3 en 16 wordt een bijkomend tarief 5 ingevoerd. Dit geldt voor aannemers die in de betalende zone, werken voor kleine aannemingen uitvoeren. Deze aannemers dienen zich daarvoor te laten registreren aan het loket van de parkeerbeheerder. De diverse tarieven worden in artikel 16 vermeld, per dag, per maand, per 3 maand en per 6 maand.
In artikel 7 wordt "op plaatsen voor kortparkeren" geschrapt omdat er in hetzelfde artikel reeds wordt verwezen naar op alle bovengrondse parkeerplaatsen in het centrum.
Artikel 9 bepaalt dat personen die houder zijn van een geldig parkeerkaart categorie B met als doelgroep zorgverstrekkers ook op plaatsen voorbehouden voor houders van gemeentelijke parkeerkaarten mogen parkeren. Zij mogen maximaal anderhalf uur op deze voorbehouden plaatsen blijven staan.
Voor technici die dringende herstellingen dienen uit te voeren conform artikel 006 van de stedelijke verordening betreffende het parkeren, worden in artikel 11 vrijgesteld van retributie.
In artikel 12 wordt de vrijstelling van de retributie op de voorbehouden en betaalde plaatsen voor het opladen van elektrische voertuigen geschrapt. Betalend parkeren heeft als doelstelling het voorzien van een goede parkeerrotatie. Voornamelijk nabij handelskernen is een dergelijke rotatie wenselijk en aangewezen, in functie van de dienstverlening en hun bereikbaarheid.
In artikel 14 wordt een omschrijving van tarief 4 opgenomen. Dit tarief wordt aangerekend wanneer diegene die het motorvoertuig heeft geparkeerd en niet beschikt over een geldige gemeentelijke parkeerkaart.
In de artikelen 17 en 18 wordt de parkeerjeton voor een halfuur gratis te parkeren vervangen door een gratis parkeerrecht voor maximaal 30 minuten.
Van de gelegenheid wordt ook gebruik gemaakt om technische aanpassingen aan te brengen aan de Retributieverordening.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Hoofdstuk V/I van het Decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens, aangevuld bij het decreet van 09 juli 2010.
Het Koninklijk Besluit van 01 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
De Stedelijke Verordening betreffende het parkeren
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Keurt de gewijzigde Retributieverordening op het parkeren zoals opgenomen in bijlage (GR 2023 - Retributieverordening op het parkeren) goed.
Vanaf 2023 wordt een vergoeding gevraagd voor extra prestaties. Dit is voor begrafenisplechtigheden die buiten de normale diensturen vallen. Dit geldt voor de weekdagen vanaf 15u30 (maandag tot vrijdag) en op zaterdag. Per plechtigheid wordt hiervoor een retributie gevraagd van 75,00 euro.
In hoofdstuk IX, artikel 18 wordt naast de vergoedingen voor grond en grafkelder vanaf 2023 ook een vergoeding gevraagd voor een afdekplaat voor een columbarium of urnenveld.
Vanaf 2023 wordt een vergoeding gevraagd voor extra prestaties. Dit is voor begrafenisplechtigheden die buiten de normale diensturen vallen. Dit geldt voor de weekdagen vanaf 15u30 (maandag tot vrijdag) en op zaterdag. Per plechtigheid wordt hiervoor een retributie gevraagd van 75,00 euro.
In hoofdstuk IX, artikel 18 wordt naast de vergoedingen voor grond en grafkelder vanaf 2023 ook een vergoeding gevraagd voor een afdekplaat voor een columbarium of urnenveld.
Ook wordt door de wijziging van dit retributiereglement van de gelegenheid gebruik gemaakt om de tarieven aan te passen aan het indexcijfer vanaf het aanslagjaar 2023.
De tarieven worden aangepast aan de huidige levensduurte waarbij de tarieven jaarlijks zullen worden geïndexeerd aan de hand van de index van de consumptieprijzen.
Om de index te berekenen wordt beroep gedaan op de gegevens op de website van de Federale Overheidsdienst Economie (http://statbel.fgov.be/nl/themas/consumptieprijsindex)
Bij de berekening van de tarieven op basis van de index is het aangewezen om afrondingsregels toe te passen.
Er wordt rekening gehouden met de toestand van de stadsfinanciën.
Er wordt verwezen naar zijn Besluit van 14 december 2019, houdende de aanneming van de Retributieverordening voor diensten en prestaties ter gelegenheid van begravingen.
Er wordt verwezen naar zijn Besluit van 23 juni 2006, houdende de vaststelling van het reglement op de grafvergunningen en latere wijzigingen.
De tarieven voor de grafvergunningen zijn terug te vinden in het Reglement op de grafvergunning, meer bepaald de artikelen 37 tot en met 41.
Keurt de gewijzigde Retributieverordening voor diensten en prestaties ter gelegenheid van begravingen zoals opgenomen in bijlage (GR 2023 - retributieverordening begravingen) goed.
De Gemeenteraad nam op 14 december 2019 de Belastingverordening op de tweede verblijven aan voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
Doordat de stad Oostende onmogelijk oneindig in de tijd de stijgende kosten en de jaarlijkse aanpassing van de inflatie kan blijven opvangen, is het verantwoord het tarief te indexeren.
Overwegende dat de gebruikers van een groot aantal particuliere woongelegenheden op het grondgebied van de stad Oostende gebruik maken van de gemeentelijke infrastructuur, de dienstverlening en het openbaar domein;
Overwegende dat de stad Oostende belangrijke financiële inspanningen levert om kwaliteitsvolle dienstverlening aan te bieden en om het openbaar domein en de gemeentelijke infrastructuur te onderhouden en dat dit een weerslag heeft op het gemeentelijk budget;
Overwegende dat de stad Oostende vele toeristische, culturele en sportieve evenementen en activiteiten organiseert zodat ook gebruikers van een tweede verblijf tijdens de weekends en in de vakantieperiodes kunnen genieten van een boeiend verblijf, en dat deze evenementen en activiteiten aanleiding geven tot (hoge) kosten;
Overwegende dat de algemene kosten en de personeelskosten voor de dienstverlening, het onderhoud van de gemeentelijke infrastructuur en het openbaar domein jaarlijks stijgen en dit impact heeft op het gemeentelijk budget;
Overwegende dat deze kosten en investeringen ook de eigenaars van de tweede verblijven ten goede komen.
Overwegende dat er op het adres van een tweede verblijf op het grondgebied Oostende geen natuurlijke personen met een woonplaats of zetel van fortuin zoals voorzien in artikel 2 van het Wetboek Inkomstenbelasting zijn ingeschreven of geregistreerd zodat de stad Oostende aldus ten aanzien van de eigenaar(s) of gebruiker(s) van het tweede verblijf geen aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting kan innen zodat deze personen aldus niet bijdragen tot de fiscale financiering van de stedelijke dienstverlening.
Overwegende dat ook de eigen inwoners van de stad Oostende dewelke eigenaar zijn van een tweede verblijf op het grondgebied van de stad Oostende, de stad Oostende verhinderen om aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting te innen aangezien er op het adres van het tweede verblijf geen natuurlijke personen met een woonplaats of zetel van fortuin zoals voorzien in artikel 2 van het Wetboek Inkomstenbelasting zijn ingeschreven of geregistreerd.
Door het overlijden of de opname in een verzorgingscentrum van de eigenaar, huurder of gebruiker van het goed of door onvoorziene omstandigheden, is het niet vanzelfsprekend dat op 01 januari van het volgend aanslagjaar een andere bestemming wordt gevonden voor het betreffend goed. Daarom wordt door de invoering van een vrijstelling voor beperkte duur een kader gecreëerd dat de eigenaar toelaat om een andere bestemming te vinden.
Doordat de vraag groter is dan het aanbod wordt een beroep gedaan op eigenaars van woningen om hun woning ter beschikking te stellen aan het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn of een sociaal verhuurkantoor zodat aan de nood van tijdelijke woonplaatsen kan worden voldaan. Deze onroerende goederen dienen dan ook gedurende de verhuring aan het Openbaar Centrum van Maatschappelijk Welzijn of een sociaal verhuurkantoor van de belasting op tweede verblijven te worden vrijgesteld.
In bepaalde gevallen is het tengevolge van de renovatie van een tweede verblijf het onmogelijk het goed te gebruiken als tweede verblijf. Daarom wordt voorzien in een vrijstelling van beperkte duur. Deze werken houden in dat het gaat om een grondige renovatie of een renovatie op basis van de IER (ingrijpende energetische renovatie).
Op het einde van het jaar en het begin van een jaar is het niet altijd evident om zich administratief in orde te stellen i.v.m. een domicilëring. Daarom wordt hiervoor een overgangsperiode tot 31 januari toegestaan.
Er wordt een reglementair kader gecreëerd dat een vrijstelling verleent wanneer onvoorzienbare en ontoerekenbare omstandigheden de belastbare toestand veroorzaken.
Vanaf het aanslagjaar 2022 zal het tarief worden aangepast aan de levensduurte waarbij het tarief zal worden geïndexeerd aan de hand van de consumptieprijzen.
Om de index vanaf 2022 te berekenen wordt beroep gedaan op de gegevens op de website van de Federale Overheidsdienst Economie (http://statbel.fgov.be/nl/themas/consumptieprijsindex).
Bij de berekening van het tarief op basis van de index is het aangewezen om de afrondingsregels toe te passen.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd.
Het Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2019, houdende de aanneming van de Belastingverordening op de tweede verblijven voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Keurt de gewijzigde Belastingverordening op de tweede verblijven zoals opgenomen in bijlage (GR 202 wijz. Belastingverordening op de tweede verblijven) goed.
De tarieven voor onbewoonbaar/ongeschikt, leegstand en verwaarlozing worden gelijkgeschakeld en worden verhoogd. De administratieve boete bij het laattijdig melden van de overdracht van het zakelijk recht wordt ook verhoogd.
Ook kan er terzelfdertijd een aantal technische aanpassingen worden doorgevoerd. Onder ander de vroegere benaming van diverse instellingen en/of wetgeving aanpassen aan de huidige en bepaalde procedures uitvoeriger en duidelijker omschrijven in de verordening.
In artikel 1 wordt onder punten 1,5, 9, 12, 14, 15, 16 en 21 de vroegere benaming aangepast of een uitvoeriger en duidelijker omschrijving opgenomen.
In artikel 3 wordt in §5 en §6 het tarief gewijzigd van 300,00 euro naar 330,00 euro die het gevolg zijn van de stijgende algemene kosten die het Bestuur moet doorrekenen wegens het onnodig administratief werk dat is uitgevoerd.
Een uitvoerige verwijzing om beroep in te stellen tegen de administratieve beslissing bij de rechtbank van Eerste Aanleg wordt opgenomen in artikel 10 §5, artikel 12 §6, artikel 15 §5 en artikel 17 §9.
In artikel 17 is er een aanvulling bij §1 en §2 om eventuele twijfel te bannen. De Stad beoordeelt het effectief gebruik over een periode van 6 maanden vanaf de datum van aanvraag tot schrapping.
In artikel 19 §1 worden de tarieven gelijkgeschakeld en verhoogd naar 4.500,00 euro. In §2 wordt de berekening aangeduid. Om in bepaalde gevallen tot een oplossing te komen wordt na de periode waar het basisbedrag vermenigvuldigd wordt met 5, het basisbedrag maal 25 uitgewerkt.
In artikel 23 §3 wordt mag een goedgekeurde, niet-vervallen omgevingsvergunning niet ouder zijn dan twee jaar i.p.v. één jaar.
§12 van het artikel 23 vermeld nu specifiek dat deze extra schijf effectief moet worden aangevraagd.
In de artikelen 21 §4, 22 §3, 24 §7, 25 §3 en 26 §4 wordt de verwoording gewijzigd om verkeerde interpretatie te vermijden.
Overwegend dat leegstand, verkrotting en verwaarlozing leiden tot verloedering, ongedierte en criminaliteit aantrekken en het onveiligheidsgevoel doen toenemen;
Ook zijn er enerzijds heel wat mensen op zoek naar een degelijke, betaalbare woning terwijl anderzijds heel wat woningen leegstaan of door de slechte woningkwaliteit nauwelijks de naam woning waardig zijn.
Het is derhalve noodzakelijk om leegstand, verkrotting en verwaarlozing aan te pakken om een leefbare stad te behouden waar iedereen de kans krijgt om op een waardige manier te wonen.
Langdurige leegstand van woningen en gebouwen in de stad moet voorkomen en bestreden worden omdat langdurige leegstand de kwaliteit van het woningpatrimonium ondermijnt en na verloop van de tijd er vaak schade ontstaat bij de aanpalenden.
Rekening houden met de toestand van de stadsfinanciën.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald de artikelen 40, 287 en 288.
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen.
Het Decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op Titel III,hoofdstuk II, laatst gewijzigd bij Decreet van 29 maart 2013.
Het besluit van 02 april 1996 van de Vlaamse regering betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen en latere wijzigingen.
Gelet op het Decreet van 22 december 1995, houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, inzonderheid op hoofdstuk VIII, afdeling 2, laatst gewijzigd bij Decreet van 29 maart 2013.
Het Besluit van 12 juli 2013 van de Vlaamse regering betreffende de kwaliteits- en veiligheidsnormen voor woningen.
Gelet op omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Het gewijzigde Decreet van 27 maart 2009 betreffende het grond- en pandenbeleid en latere wijzigingen, hierna het Decreet Grond- en Pandenbeleid genoemd.
Zijn Besluit van 14 december 2019, houdende de aanneming van de Belastingverordening op woningen en/of gebouwen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd en leegstaand voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025;
Zijn Besluit van 23 maart 2020, houdende de wijziging van de Belastingverordening op woningen en/of gebouwen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd en leegstaand voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2025;
Zijn Besluit van 01 maart 2021, houdende de wijziging van de Belastingverordening op woningen en/of gebouwen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd en leegstaand voor de aanslagjaren2021 tot en met 2025;
Het Besluit van 10 juli 2009 van de Vlaamse regering, houdende nadere regels betreffende het Leegstandsregister en houdende wijziging van het Besluit van 02 april 1996 van de Vlaamse regering betreffende de heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van gebouwen en/of woningen.
Het arrest nummer 4/2010 van 20 januari 2010 van het Grondwettelijk Hof;
Het arrest van de zesde fiscale kamer van het Hof van Beroep te Gent van 29 oktober 2013;
Artikel 23 van de Belgische grondwet.
Keurt de gewijzigde Belastingverordening op woningen en/of gebouwen die beschouwd worden als onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd of leegstaand, opgenomen in bijlagen (GR 2023 - onbewoonbaar, ongeschikt, verwaarloosd of leegstaand; GR 2020 - bijlage 1 - TVVW; GR 2021.03.01 - Bijlage 2 - AAVW; GR 2021.03.01 - Bijlage 3 - AAL; GR 2020 - bijlage 4 - TVLS; GR 2020 - bijlage 5 - aanvraagformulier vrijstelling), goed voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met het vaststellen van de secundaire modaliteiten.
Deelt de aangepaste beslissing, opgenomen in een gecoördineerde Verordening, mee aan de Vlaamse regering en deelt een voor eensluidend afschrift mee aan de Gouverneur.
Wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid en Koninklijk Besluit van 19 april 2014 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van Hulpverleningszones.
Gemeenteraadsbesluit van 25 juni 2010 tot toetreding tot de operationele prezone (hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen) en de goedkeuring van de financiële verdeelsleutel.
Ministeriële omzendbrief van 14 augustus 2014.
De Gemeenteraad besliste op 25 juni 2010 om toe te treden tot de operationele prezone (hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen) en om de financiële verdeelsleutel goed te keuren.
De Gemeenteraad besliste op 16 januari 2014 om in te stappen in de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen vanaf 01 januari 2015 en de overeenkomst tussen de zone in oprichting en de gemeenten inzake de financiële verdeelsleutel en de daaraan verbonden modaliteiten voor de periode 2015-2025 goed te keuren.
De Stad Oostende maakt aldus deel uit van de hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen, die op 5 januari 2015 werd geïnstalleerd.
Uitgaande van de autonomie van de Stad is het aangewezen dat de Stad haar toelage vaststelt die in de begroting 2023 van de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen zal ingeschreven worden.
Het aandeel van de stad Oostende in de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen voor dienstjaar 2023 bedraagt 25,0709 % en vertegenwoordigt een bedrag van 7.394.787 euro. Er is een bijkomende toelage van 295.791 euro. De totale bijdrage voor 2023 bedraagt 7.690.578 euro. Dit bedrag zal worden opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025 van de Stad.
Wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid en Koninklijk Besluit van 19 april 2014 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van Hulpverleningszones.
Gemeenteraadsbesluit van 25 juni 2010 tot toetreding tot de operationele prezone (hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen) en de goedkeuring van de financiële verdeelsleutel.
Ministeriële omzendbrief van 14 augustus 2014.
Stelt de toelage van de stad Oostende in de begroting van het dienstjaar 2023 van de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen ten bedrage van 7.690.578 euro vast.
Bezorgt een afschrift van dit besluit aan de Voorzitter van de Zoneraad van de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen, Siemenslaan 8, 8020 Oostkamp en aan het departement Financiën.
De stad Oostende is toegetreden tot de West-Vlaamse Intercommunale, kortweg WVI.
De uitnodiging per aangetekend schrijven van 26 oktober 2022 voor de Buitengewone Algemene Vergadering van WVI op woensdag 14 december 2022 om 18.30 uur. Deze vindt plaats in CC De Beuk, Torhoutstraat 9, 8610 Kortemark.
Voorafgaand aan de vergadering is er de mogelijkheid om om 17.45 uur een geleid bezoek te brengen aan de nabijgelegen Brouwerijsite, een schoolvoorbeeld van inbreiding.
De agenda waarover een standpunt moet worden ingenomen is als volgt:
Tijdens de Gemeenteraad van 25 februari 2019 werd de heer Alan Van Laer, gemeenteraadslid, aangeduid als effectief vertegenwoordiger in de Algemene Vergadering van WVI gedurende deze legislatuur. Tijdens de Gemeenteraad van 26 augustus 2019 werd mevrouw Hina Bhatti aangeduid als plaatsvervanger.
Deze beslissing bepaalt het stemgedrag van de vertegenwoordiger van de Stad.
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, deel 3, titel 3
artikel 12 en 13 van de statuten van WVI
De Stad formuleert geen opmerkingen of bezwaren tegen de volgende agendapunten van de Buitengewone Algemene Vergadering van WVI op 14 december 2022 om 18.30 uur en keurt deze agendapunten inclusief de bijlagen bijgevolg goed:
Draagt de aangeduide vertegenwoordiger (de heer Alan Van Laer met als plaatsvervanger mevrouw Hina Bhatti) op om zijn stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van de algemene vergadering op 14 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze vergadering uitgesteld of verdaagd zou worden, waarbij de agenda onveranderd blijft).
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan WVI.
De Buitengewone Algemene Vergadering van Imewo vindt plaats op donderdag 22 december 2022 om 18.00 uur in Vinoscoop, Industrieweg 202 te 9000 Gent.
De oproeping en documentatie van deze vergadering werd per brief van 22 september 2022 opgestuurd.
Per e-mail werd op 6 oktober een ontwerpbesluit bezorgd met betrekking tot
Gezien het belang van de voorliggende agendapunten wordt verzocht om de omschrijving van de beslissingspunten uit het ontwerp van raadsbesluit integraal over te nemen.
Tijdens de zitting van de gemeenteraad van 25 februari 2019 werd mevrouw Nathalie Vervaecke aangeduid als effectieve vertegenwoordiger van de Stad in de Algemene Vergadering van Imewo. In de zitting van 26 augustus 2019 werd de heer Danick Minne aangesteld als plaatsvervanger. Dit voor de duur van de huidige legislatuur.
Op 10 november 2022 werd een nazending verzonden met bijkomende documentatie.
Gelet op het feit dat de stad/gemeente momenteel voor één of meerdere activiteiten aangesloten is bij de Opdrachthoudende vereniging Imewo.
Gelet op het feit dat de agenda met documentatiestukken opgesteld werd door de Raad van Bestuur in zitting van 9 september 2022.
Gelet op het feit dat de stad/gemeente per aangetekend schrijven van 22 september 2022 werd opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van Imewo die op donderdag 22 december 2022 plaatsheeft in Vinoscoop te 9000 Gent, Industrieweg 202.
Gelet op het feit dat een dossier met documentatiestukken bij deze oproepingsbrief waren gevoegd.
Gelet op het artikel 432, alinea 3 van het Decreet over het Lokaal Bestuur, waarbij bepaald wordt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger dient te worden herhaald voor elke Algemene Vergadering.
Het eerste agendapunt handelt over de realisatie van het datanetwerk van de toekomst in Vlaanderen (het dossier Tramontana).
In het artikel 3.A.2 van de statuten van Imewo wordt in het voorwerp voorzien dat de Opdrachthoudende vereniging bevoegd is voor o.m. “het aanleggen, het exploiteren en het beschikbaar stellen van elektronische-communicatienetwerken en installaties alsook voor het vervoer van signalen langs deze elektronische-communicatienetwerken”.
Gelet op het artikel 3.B van de statuten van de Opdrachthoudende vereniging Imewo waarin opgenomen is dat de Opdrachthoudende vereniging ten behoeve van haar deelnemers haar voorwerp ook mag verwezenlijken door samenwerking met andere rechtspersonen waar zij al dan niet kan in deelnemen met naleving van de bepalingen van het Decreet Lokaal Bestuur.
Imewo doet voor de uitvoering van haar activiteiten en de daarmee verband houdende openbaredienstverplichtingen een beroep op de exploitatiemaatschappij Fluvius System Operator cv met zetel te Brusselsesteenweg 199, 9090 Melle.
Fluvius System Operator cv en Telenet BV hebben op 18 juli 2022 een bindend akkoord bereikt om samen het datanetwerk van de toekomst (met inbegrip van de fiber-to-the-home-technologie) in Vlaanderen te realiseren. De twee bedrijven zullen met dat doel een dochteronderneming (werknaam NetCo) uitbouwen die financieel en operationeel zelfstandig zal zijn.
Het datanetwerk van de toekomst zal:
De stad/gemeente is overtuigd dat de toegang van iedere burger en bedrijf tot kwaliteitsvolle en snelle dataverbindingen van cruciaal belang is. De stad/gemeente wenst op haar grondgebied maximaal in te zetten op het vlak van connectiviteit en het datanetwerk van de toekomst uit te bouwen via hoofdzakelijk een fiber-to-the-home-technologie. De stad/gemeente staat ten volle achter de ambitie om glasvezelconnectiviteit te voorzien zowel in stedelijk als in landelijk gebied en – waar dit niet mogelijk is – de huidige hybride glasvezel-coax-netwerkinfrastructuur van een upgrade te voorzien.
Deze doelstellingen kaderen binnen het algemeen en maatschappelijk belang aangezien het alle burgers en bedrijven van de stad/gemeente aanbelangt. De beslissing van de stad/gemeente, in uitvoering van haar beleid en binnen haar autonome bevoegdheid, tot het uitbouwen van openbare elektronische-communicatienetwerken op haar grondgebied wordt gekwalificeerd als een taak van stedelijk/gemeentelijk belang. De uitrol van het datanetwerk zal maximaal gebeuren in synergie met andere werken voor glasvezel en nutsvoorzieningen. Dergelijke beslissing laat het recht van de stad/gemeente in haar hoedanigheid van domeinbeheerder onverlet om op verzoek van een derde partij de nodige domeintoelatingen toe te kennen. Ook de keuze om vrij een dienstverlener als stad/gemeente te kiezen blijft behouden.
Om deze openbare elektronische-communicatienetwerken aan te leggen, te exploiteren en beschikbaar te stellen wenst de stad/gemeente een beroep te doen op de Opdrachthoudende vereniging Imewo, die door middel van haar exploitatiemaatschappij Fluvius System Operator cv de vennootschappen NetCo en HoldCo mede zal uitbouwen. In NetCo zullen de elektronische-communicatienetwerken (meer specifiek het bestaande HFC-netwerk en de overige glasvezelinfrastructuur) worden ingebracht. Na de inbreng zal NetCo instaan voor de aanleg, het beheer, de exploitatie en het beschikbaar stellen van de hogervermelde ingebrachte netwerken alsook voor de uitrol van het datanetwerk van de toekomst. De oprichting van HoldCo, waarin de aandelen NetCo worden ingebracht, biedt desgevallend en tussentijds mogelijkheden om een uitkering van cashmiddelen te kunnen voorzien voor de aandeelhouders.
Deze structuur en de centralisatie van deze netwerken in NetCo bieden de beste garanties voor de stad/gemeente om deze doelstellingen te realiseren en zo voor iedereen in Vlaanderen een efficiënt, betaalbaar en toegankelijk datanetwerk van de toekomst mogelijk te maken.
De Raad van Bestuur van Imewo heeft, overeenkomstig de artikelen 12:10 en 12:93 e.v. van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, in zitting van 9 september ll. het voorstel tot inbreng van de bedrijfstak openbare elektronische-communicatienetwerken in Fluvius System Operator cv opgesteld en goedgekeurd. In dit inbrengverslag werden de voorafgaande besluitvormingsvereisten opgenomen die gelden als opschortende voorwaarden voor de realisatie van het dossier Tramontana.
Het tweede agendapunt omvat de voorgestelde statutenwijzigingen.
Gelet op het feit dat aan het voorwerp wijzigingen worden aangebracht waarvoor de Raad van Bestuur, overeenkomstig het artikel 6:86 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, een omstandige verantwoording heeft opgemaakt.
Gelet op het feit dat de voorgestelde statutenwijzigingen hun oorsprong vinden in meerdere domeinen.
De wijzigingen met betrekking tot het dossier Tramontana werden in geel gemarkeerd in het voorliggend ontwerp van statutenwijzigingen.
Ingevolge de door de Raad van Bestuur van Imewo besliste inbreng van bedrijfstak van de openbare elektronische-communicatienetwerken in Fluvius System Operator cv, zal Fluvius System Operator cv op haar beurt deze bedrijfstak inbrengen in de nieuw op te richten vennootschap NetCo die zal instaan voor de aanleg, het beheer, de exploitatie en het beschikbaar stellen van de hogervermelde ingebrachte netwerken alsook voor de uitrol van het datanetwerk van de toekomst. De Opdrachthoudende vereniging Imewo ontvangt daarvoor de daartoe uitgegeven aandelen K in Fluvius System Operator cv, waardoor de participatie van Imewo in de exploitatiemaatschappij wordt uitgebreid voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken. Aangezien er bij Imewo nog geen enkele deelnemer aangesloten is voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken zal gevraagd worden om één aandeel Ak te onderschrijven (voor vergoeding van de inbreng bedrijfstak ‘algemeen’).
De wijzigingen aan de statuten met betrekking tot het dossier Tramontana betreffen in het bijzonder:
De wijzigingen met betrekking tot de structuurwijzigingen werden in blauw gemarkeerd in het voorliggend ontwerp van statutenwijzigingen.
De Vlaamse Regering besliste bij decreet van 16 november 2018 houdende diverse bepalingen inzake energie (zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 14 december 2018) om het grondgebied van Vlaanderen op te delen in homogene lokale geografische aaneengesloten exploitatiegebieden voor elektriciteit en gas met als doel om zo de operationele efficiëntie te verhogen.
In artikel 4.1.1 van het decreet houdende algemene bepalingen betreffende het energiebeleid van 8 mei 2009 (hierna het “Energiedecreet”) werden bijgevolg twee randvoorwaarden vastgelegd waarbinnen gemeenten kunnen kiezen voor een distributienetbeheerder, met name (i) dezelfde distributienetbeheerder voor gas en elektriciteit en (ii) aaneensluitende geografische gebieden met minstens 200.000 aangesloten afnemers (Bij Decreet van 15 juli 2022 tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009 wat de voorwaarden voor de aanwijzing van distributienetbeheerders betreft (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 26 juli 2022) werd de vereiste inzake het minimaal aangesloten afnemers toegevoegd.).
Overeenkomstig artikel 15.3.5/18 van het Energiedecreet hebben de distributienetbeheerders momenteel tot en met 1 januari 2023 de tijd om te voldoen aan voormelde voorwaarden waarbij eventueel onderling gebieden kunnen worden uitgewisseld.
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur voorziet in het artikel 422 voor onder meer de Opdrachthoudende verenigingen die overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet zijn aangewezen als distributienetbeheerder, dat uittreding ten gevolge van een gebiedsuitwisseling mogelijk is als de gemeente en de betrokken Opdrachthoudende verenigingen daarmee instemmen en afspraken hebben over de modaliteiten voor de uitvoering ervan.
Om tot de vooropgestelde homogene gebieden te komen zal immers gebiedsuitwisseling nodig zijn. Daarom heeft de Raad van Bestuur van Imewo in zitting van 9 september 2022:
Het gehele vermogen van deze activiteiten, die alle activa en passiva en alle rechten en plichten omvat, zal overeenkomstig artikel 12:8 en volgende van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen overgaan naar de overnemende vereniging en dit vanaf 1 januari 2025.
De opschortende voorwaarden inzake de partiële splitsingen door overneming zijn opgenomen in de respectievelijke voorstellen van partiële splitsing.
Er wordt geopteerd voor een voorlopige ruilverhouding gebaseerd op de gegevens per 31 december 2021. Op basis van de definitieve cijfers per 31 december 2024 die geattesteerd zullen worden door de betrokken commissarissen, zal de definitieve ruilverhouding, bepaald aan de hand van de goedgekeurde ruilverhoudingsmethodiek met betrekking tot de cijfers van 31 december 2021 (voorlopige ruilverhouding), worden vastgelegd en verwerkt. Deze werkwijze laat in de eerste plaats toe om met de meest geactualiseerde boekhoudkundige cijfers rekening te kunnen houden die zo dicht mogelijk aansluiten op de datum van 1 januari 2025, waarop genoemde partiële splitsingen binnen de onderscheiden Opdrachthoudende verenigingen boekhoudkundig, fiscaal en juridisch van kracht worden.
Door deze partiële splitsingen zal voldaan worden aan de randvoorwaarden zoals opgelegd in het artikel 4.1.1 van het Energiedecreet en wordt de bereidwilligheid en het engagement van de steden/gemeenten en de distributienetbeheerders aangetoond om zich te conformeren aan de voorwaarden en ratio legis van het Energiedecreet, waarbij aan de distributienetbeheerders de mogelijkheid moet geboden worden om voor de concrete uitwerking van de transactie en de overeenkomstige gebiedsuitwisseling decretaal verlenging te krijgen tot 1 januari 2025, het begin van de volgende gewestelijke en gemeentelijke legislatuur.
De wijzigingen aan de statuten met betrekking tot het dossier structuurwijzigingen treden in werking op 1 januari 2025 betreffen in het bijzonder:
De overige wijzigingen werden in groen gemarkeerd in het voorliggend ontwerp van statutenwijzigingen en zijn een gevolg van wijzigingen van regelgeving, het schrappen van de activiteiten Fluvius GIS en Center, het rechtzetten van materiële vergissingen, enz.
Het betreft meer bepaald:
Het derde agendapunt omvat de realisatie van de partiële splitsing door overneming van de activiteiten elektriciteit, openbare verlichting en de aandelen in de cv Publi-T van de gemeente Jabbeke van Fluvius West naar Imewo.
Gelet op de uiteenzetting onder het punt van de structuurwijzigingen dient de gemeente Jabbeke een keuze te maken omtrent de distributienetbeheerder voor zowel elektriciteit als gas. Daarom stellen de raden van bestuur van Fluvius West en Imewo voor een partiële splitsing door overneming te realiseren waarbij de gemeente Jabbeke voor de activiteiten elektriciteit, openbare verlichting en de aandelen in de cv Publi-T uit de Opdrachthoudende vereniging Fluvius West zal treden en haar aansluiting zal uitbreiden bij de Opdrachthoudende vereniging Imewo. Door deze partiële splitsing zal de gemeente Jabbeke de randvoorwaarden, zoals opgelegd in het artikel 4.1.1 van het Energiedecreet, kunnen respecteren.
Overeenkomstig het artikel 422 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur is, voor onder meer de Opdrachthoudende verenigingen die overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet van 8 mei 2009 zijn aangewezen als distributienetbeheerder, uittreding ten gevolge van een gebiedsuitwisseling mogelijk als de gemeente en de betrokken Opdrachthoudende verenigingen daarmee instemmen en afspraken hebben over de modaliteiten voor de uitvoering ervan.
Het vierde agendapunt omvat de realisatie van de partiële splitsing door overneming van alle activiteiten van de gemeente Zelzate van Fluvius Antwerpen naar Imewo.
Gelet op de uiteenzetting onder het punt van de structuurwijzigingen en meer specifiek, gelet op het feit dat eilandvorming naar de toekomst toe niet langer is toegestaan, dient de gemeente Zelzate voor haar gehele grondgebied een keuze te maken omtrent de distributienetbeheerder voor zowel elektriciteit als gas. Daarom stellen de raden van bestuur van Fluvius Antwerpen en Imewo voor een partiële splitsing door overneming te realiseren waarbij de gemeente Zelzate voor alle activiteiten uit de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Antwerpen zal treden en zal toetreden tot de Opdrachthoudende vereniging Imewo. Door deze partiële splitsing zal de gemeente Zelzate de randvoorwaarden, zoals opgelegd in het artikel 4.1.1 van het Energiedecreet, kunnen respecteren.
Overeenkomstig het artikel 422 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur is, voor onder meer de Opdrachthoudende verenigingen die overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet van 8 mei 2009 zijn aangewezen als distributienetbeheerder, uittreding ten gevolge van een gebiedsuitwisseling mogelijk als de gemeente en de betrokken Opdrachthoudende verenigingen daarmee instemmen en afspraken hebben over de modaliteiten voor de uitvoering ervan.
Het vijfde agendapunt omvat de realisatie van de partiële splitsing door overneming van alle activiteiten van de gemeente De Haan van Gaselwest naar Imewo.
Gelet op de uiteenzetting onder het punt van de structuurwijzigingen dient de gemeente De Haan een keuze te maken omtrent de distributienetbeheerder voor zowel elektriciteit als gas. Daarom stellen de raden van bestuur van Gaselwest en Imewo voor een partiële splitsing door overneming te realiseren waarbij de gemeente De Haan voor de activiteiten elektriciteit, gas, openbare verlichting en strategische participaties (Publi-T en Publigas) uit de Opdrachthoudende vereniging Gaselwest zal treden en hiervoor zal toetreden bij de Opdrachthoudende vereniging Imewo. Door deze partiële splitsing zal de gemeente De Haan de randvoorwaarden, zoals opgelegd in het artikel 4.1.1 van het Energiedecreet, kunnen respecteren.
Overeenkomstig het artikel 422 van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur is, voor onder meer de Opdrachthoudende verenigingen die overeenkomstig artikel 4.1.1 van het Energiedecreet van 8 mei 2009 zijn aangewezen als distributienetbeheerder, uittreding ten gevolge van een gebiedsuitwisseling mogelijk als de gemeente en de betrokken Opdrachthoudende verenigingen daarmee instemmen en afspraken hebben over de modaliteiten voor de uitvoering ervan.
Gelet op het Energiedecreet van 8 mei 2009,
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur,
Decreet Lokaal bestuur Deel 3 - Titel 3
Statuten Imewo
Agenda
Zijn goedkeuring te hechten aan de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering van de Opdrachthoudende vereniging Imewo d.d. 22 december 2022:
1. | Kennisneming en bespreking van de overeenkomst tussen Fluvius en Telenet inzake de realisatie van het datanetwerk van de toekomst in Vlaanderen (dossier Tramontana). | ||
2. | Goedkeuring van de statutenwijzigingen, meer in het bijzonder wat betreft: | ||
| a. | Wijziging van het voorwerp; | |
| b. | Aanpassingen ingevolge het dossier Tramontana en de oprichting van NetCo BV en HoldCo BV van de bestaande artikelen 2bis, 3, 8, 9, 17, 25, 30 en 32 en de bijlagen 1, 2 en 3 en toevoeging van een artikel 37ter; | |
| c. | Aanpassingen ingevolge de structuurwijzigingen (partiële splitsingen door overneming) van de bestaande artikelen 1 (naamswijziging), 8, 11, 12, 25, 26, 30, 35, 37, 37ter en de bijlagen 1 en 2 en schrapping van de bestaande bijlage 4; | |
| d. | Aanpassingen ingevolge gewijzigde regelgeving en tekstuele correcties van de bestaande artikelen 2, 2bis, 3, 8, 9, 11, 17, 27, 30, 33 en 40 en de bijlagen 2 en 3; | |
| e. | Bijzonder verslag van de Raad van Bestuur opgesteld overeenkomstig artikel 6:87, tweede lid van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV); | |
| f. | Bijzonder verslag van de Commissaris opgesteld overeenkomstig artikel 6:87, tweede lid WVV; | |
| g. | Verlenen van een machtiging aan de Secretaris van de Raad van Bestuur met mogelijkheid van subdelegatie om de definitieve benaming van NetCo BV en HoldCo BV in de statuten in te schrijven; | |
| h. | Verlenen van een machtiging aan de Secretaris van de Raad van Bestuur met mogelijkheid van subdelegatie om de statuten inclusief de bijlagen te coördineren; | |
| i. | Vaststelling van de opschortende voorwaarden met betrekking tot de statutenwijzigingen; | |
| j. | Verlenen van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om de al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden met betrekking tot het agendapunt 2 vast te stellen. | |
3. | Realisatie van een partiële splitsing door overneming overeenkomstig de artikelen 12:8 en 12:59 en volgende WVV van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius West (partieel te splitsen vereniging) om de activiteiten elektriciteit en openbare verlichting en de aandelen in de coöperatieve vennootschap Publi-T van de gemeente Jabbeke, dewelke zij heeft toevertrouwd aan Fluvius West, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Imewo (overnemende vereniging): | ||
| a. | Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling. | |
| b. | Vaststelling van de omzetting per 1 januari 2025 van de aandelen Ae, Ag, Apt en Apg à rato van 25 euro per eigen eigenvermogenswaarde voor de activiteiten elektriciteit, aardgas en Strategische Participaties. | |
| c. | Goedkeuring van de creatie per 1 januari 2025 van de aandelen Aek binnen de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken à rato van 25 euro per aandeel. | |
| d. | Kennisneming van het splitsingsvoorstel (art. 12:59 WVV), van het omstandig verslag van de Raad van Bestuur (art. 12:61 WVV) en van de Commissaris (art. 12:62 WVV) met betrekking tot het voorstel tot partiële splitsing door overneming en van eventuele belangrijke wijzigingen in activa en passiva van het vermogen (art. 12:63 WVV), met juridische, boekhoudkundige en fiscale uitwerking van de partiële splitsing per 1 januari 2025. | |
| e. | Goedkeuring van: | |
|
| i. | De partiële splitsing door overneming van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius West (partieel te splitsen vereniging) om de activiteiten elektriciteit en openbare verlichting van de gemeente Jabbeke, alsook haar aandelen in de coöperatieve vennootschap Publi-T, dewelke zij heeft toevertrouwd aan Fluvius West, en haar aandeel Aek, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Imewo (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige) van de balans afgesloten op 31 december 2021 en een definitieve ruilverhouding vastgesteld op de balans per 31 december 2024. |
|
| ii. | De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen. |
|
| iii. | De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers. |
| f. | Aanvaarding van de uitbreiding van de aansluiting voor de activiteiten elektriciteit en openbare verlichting van de gemeente Jabbeke vanaf 1 januari 2025. | |
| g. | Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de partiële splitsing en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om: | |
|
| i. | De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de partiële splitsing zoals vermeld onder punt 3.a vast te stellen; |
|
| ii. | De verwezenlijking van de partiële splitsing vast te stellen; |
|
| iii. | Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving; |
|
| iv. | De definitieve ruilverhouding in het kader van de partiële splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de partieel te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het partiële splitsingsvoorstel en de bijzondere verslagen over het partiële splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024; |
|
| v. | Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn; |
|
| vi. | Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de partiële splitsing in de meest brede zin. |
4. | Realisatie van een partiële splitsing door overneming overeenkomstig de artikelen 12:8 en 12:59 en volgende WVV van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Antwerpen (partieel te splitsen vereniging) om de activiteiten elektriciteit, aardgas, openbare verlichting, warmte en Strategische Participaties (Publi-T) met betrekking tot de gemeente Zelzate over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Imewo (overnemende vereniging): | ||
| a. | Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling. | |
| b. | Vaststelling van de omzetting per 1 januari 2025 van de aandelen Ae, Ag, Apt en Apg à rato van 25 euro per eigen eigenvermogenswaarde voor de activiteiten elektriciteit, aardgas en Strategische Participaties (Publi-T en Publigas). | |
| c. | Kennisneming van het splitsingsvoorstel (art. 12:59 WVV), van het omstandig verslag van de Raad van Bestuur (art. 12:61 WVV) en van de Commissaris (art. 12:62 WVV) met betrekking tot het voorstel tot partiële splitsing door overneming en van eventuele belangrijke wijzigingen in activa en passiva van het vermogen (art. 12:63 WVV), met juridische, boekhoudkundige en fiscale uitwerking van de partiële splitsing per 1 januari 2025. | |
| d. | Goedkeuring van: | |
|
| i. | De partiële splitsing door overneming van de Opdrachthoudende vereniging Fluvius Antwerpen (partieel te splitsen vereniging) om de activiteiten elektriciteit, aardgas, openbare verlichting, warmte en Strategische Participaties (Publi-T) met betrekking tot de gemeente Zelzate, en haar aandeel Ak’, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Imewo (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige) van de balans afgesloten op 31 december 2021 en een definitieve ruilverhouding vastgesteld op de balans per 31 december 2024. |
|
| ii. | De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen. |
|
| iii. | De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers. |
| e. | Aanvaarding van de toetreding voor de activiteiten elektriciteit, aardgas, openbare verlichting, warmte en Strategische Participaties (Publi-T) van de gemeente Zelzate vanaf 1 januari 2025. | |
| f. | Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de partiële splitsing en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om: | |
|
| i. | De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de partiële splitsing zoals vermeld onder punt 5.a vast te stellen; |
|
| ii. | De verwezenlijking van de partiële splitsing vast te stellen; |
|
| iii. | Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving; |
|
| iv. | De definitieve ruilverhouding in het kader van de partiële splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de partieel te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het partiële splitsingsvoorstel en de bijzondere verslagen over het partiële splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024; |
|
| v. | Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn; |
|
| vi. | Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de partiële splitsing in de meest brede zin. |
5. | Realisatie van een partiële splitsing door overneming overeenkomstig de artikelen 12:8 en 12:59 en volgende WVV van de Opdrachthoudende vereniging Gaselwest (partieel te splitsen vereniging) om de activiteiten elektriciteit, aardgas, openbare verlichting en Strategische Participaties (Publi-T en Publigas) van de gemeente De Haan, dewelke zij heeft toevertrouwd aan Gaselwest, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Imewo (overnemende vereniging): | ||
| a. | Vaststelling van de in het splitsingsvoorstel opgenomen opschortende voorwaarden en tijdsbepaling. | |
| b. | Vaststelling van de omzetting per 1 januari 2025 van de aandelen Ae, Ag, Apt en Apg à rato van 25 euro per eigen eigenvermogenswaarde voor de activiteiten elektriciteit, aardgas en Strategische Participaties. | |
| c. | Kennisneming van het splitsingsvoorstel (art. 12:59 WVV), van het omstandig verslag van de Raad van Bestuur (art. 12:61 WVV) en van de Commissaris (art. 12:62 WVV) met betrekking tot het voorstel tot partiële splitsing door overneming en van eventuele belangrijke wijzigingen in activa en passiva van het vermogen (art. 12:63 WVV), met juridische, boekhoudkundige en fiscale uitwerking van de partiële splitsing per 1 januari 2025. | |
| d. | Goedkeuring van: | |
|
| i. | De partiële splitsing door overneming van de Opdrachthoudende vereniging Gaselwest (partieel te splitsen vereniging) om de activiteiten elektriciteit, aardgas, openbare verlichting en Strategische Participaties (Publi-T en Publigas) van de gemeente De Haan, en haar aandeel Ak, over te brengen naar de Opdrachthoudende vereniging Imewo (overnemende vereniging) omvattende alle activa en passiva en alle rechten en plichten, niets uitgezonderd, noch voorbehouden, en dit op basis van een balans afgesloten op 31 december 2021, met inwerkingtreding per 1 januari 2025 en dit op basis van de ruilverhouding (voorlopige) van de balans afgesloten op 31 december 2021 en een definitieve ruilverhouding vastgesteld op de balans per 31 december 2024. |
|
| ii. | De overeenkomstige wijzigingen aan het eigen vermogen. |
|
| iii. | De overeenkomstige wijzigingen aan het register van de deelnemers. |
| e. | Aanvaarding van de toetreding voor de activiteiten elektriciteit, aardgas, openbare verlichting en Strategische Participaties (Publi-T en Publigas) van de gemeente De Haan vanaf 1 januari 2025. | |
| f. | Vaststelling van de noodzakelijke uitvoeringsmaatregelen en verlenen van de desbetreffende machtiging naar aanleiding van de besluitvorming omtrent de partiële splitsing en wijzigingen aan het eigen vermogen en inzonderheid verlening van machtiging aan de Raad van Bestuur met mogelijkheid tot subdelegatie om: | |
|
| i. | De al dan niet vervulling van de opschortende voorwaarden die gelden ten aanzien van de partiële splitsing zoals vermeld onder punt 6.a vast te stellen; |
|
| ii. | De verwezenlijking van de partiële splitsing vast te stellen; |
|
| iii. | Het overgedragen vermogen exact te beschrijven, en desgevallend de Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie vrij te stellen van het nemen van een ambtshalve inschrijving; |
|
| iv. | De definitieve ruilverhouding in het kader van de partiële splitsing vast te stellen op basis van de geactualiseerde netto actief-waarde van de partieel te splitsen vereniging en de overnemende vereniging per 31 december 2024, berekend volgens de principes vastgelegd in het partiële splitsingsvoorstel en de bijzondere verslagen over het partiële splitsingsvoorstel, dit na revisorale controle van de cijfers per 31 december 2024; |
|
| v. | Daartoe alle akten en stukken te tekenen, woonplaats te kiezen en alles te doen wat nodig of nuttig kan zijn; |
|
| vi. | Alle formaliteiten te vervullen met betrekking tot de neerlegging en publicatie van de beslissingen van de Algemene Vergadering en de uitvoering van de partiële splitsing in de meest brede zin. |
6. | Verlenen van machtiging aan de Secretaris van de Raad van Bestuur met de mogelijkheid tot subdelegatie voor de opmaak en finalisering van de nodige documenten en afhandeling van de formaliteiten met betrekking tot de agendapunten 2, 3, 4, 5 en 6 te actualiseren en te finaliseren, en om de beslissingen genomen in de agendapunten 2, 3, 4, 5, 6, 9, 10 en 11 bij authentieke akte te doen vaststellen. | ||
7. | Bespreking in het kader van artikel 432 van het Vlaams decreet lokaal bestuur van de te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie voor het boekjaar 2023 alsook van de door de Raad van Bestuur opgestelde begroting 2023. | ||
8. | Vaststelling van de uitkering overeenkomstig artikel 6:114 en volgende WVV. | ||
9. | (Neven)activiteiten – Aanvaarding wijziging deelnemerschap | ||
10. | Statutaire benoemingen. | ||
11. | Statutaire mededelingen. | ||
Dossier Tramontana
Zijn goedkeuring te hechten aan de voorgestelde statutenwijzigingen van Imewo aangaande het dossier Tramontana, met inbegrip van de voorgestelde wijziging van het voorwerp, wat impliceert dat de stad/gemeente geacht wordt aangesloten te zijn bij Imewo voor de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken. Door deze goedkeuring verricht de stad/gemeente haar beheersoverdracht met betrekking tot de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken (het aanleggen, exploiteren en het beschikbaar stellen van openbare elektronische-communicatienetwerken en installaties alsook voor het vervoer van signalen langs deze elektronische-communicatienetwerken in het kader van het voorwerp van de Opdrachthoudende vereniging) alsook de hiermee gepaard gaande inbreng overeenkomstig artikel 9 van de statuten.
Deze uitbreiding van de aansluiting van de gemeente/stad tot de activiteit openbare elektronische-communicatienetwerken bij de Opdrachthoudende verenging Imewo zal ter aanvaarding worden voorgelegd aan de buitengewone algemene vergadering.
De gemeente zal na aanvaarding door de buitengewone algemene vergadering worden uitgenodigd om één aandeel Ak te onderschrijven ter waarde van 25 euro.
Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari 2023 onder de opschortende voorwaarde van de effectieve realisatie van het dossier Tramontana met het operationeel zijn van HoldCo en NetCo (cf. het inbrengverslag).
Dossier Tramontana
Ingevolge de beslissing genomen in de artikelen 1 en 2 wordt de activiteit zoals omschreven in 3.A.2 van de statuten toevertrouwd aan de Opdrachthoudende vereniging Imewo die – door middel van haar exploitatiemaatschappij Fluvius System Operator cv – hiervoor een beroep zal doen op haar dochtervennootschap NetCo, wat mogelijk is overeenkomstig artikel 3.B van de statuten.
Structuurwijzigingen
Zijn goedkeuring te hechten aan de voorgestelde statutenwijzigingen van Imewo met betrekking tot de structuurwijzigingen, met inbegrip van de naamswijziging.
Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari 2025 onder de opschortende voorwaarde van de effectieve realisatie van alle hiermee verband houdende partiële splitsingen.
Overige wijzigingen
Zijn goedkeuring te hechten aan de voorgestelde statutenwijzigingen van Imewo met betrekking tot de overige wijzigingen, met inbegrip van de voorgestelde wijziging van het voorwerp.
Deze wijzigingen treden in werking op 1 januari 2022.
Partiële splitsing door overneming van Fluvius West naar Imewo voor de activiteiten elektriciteit, openbare verlichting en de aandelen in de cv Publi-t van de gemeente Jabbeke
Zijn goedkeuring te hechten aan het voorstel van partiële splitsing Fluvius West / Imewo door overneming inzake de overgang van Fluvius West naar Imewo van de activiteiten elektriciteit, openbare verlichting en de aandelen in de cv Publi-T verbonden aan de gemeente Jabbeke.
De algemene vergadering in buitengewone zitting van Imewo wordt verzocht de uitbreiding van de aansluiting van de gemeente Jabbeke voor de activiteiten elektriciteit, openbare verlichting en de strategische participaties (Publi-T) van de gemeente Jabbeke te willen aanvaarden.
Partiële splitsing door overneming van Fluvius Antwerpen naar Imewo voor alle activiteiten van de gemeente Zelzate
Zijn goedkeuring te hechten aan het voorstel van partiële splitsing Fluvius Antwerpen / Imewo door overneming inzake de overgang van Fluvius Antwerpen naar Imewo van alle activiteiten verbonden aan de gemeente Zelzate.
De algemene vergadering in buitengewone zitting van Imewo wordt verzocht de toetreding van de gemeente Zelzate voor de activiteiten elektriciteit, gas, warmte, openbare verlichting en strategische participaties (Publi-T) te willen aanvaarden.
Partiële splitsing door overneming van Gaselwest naar Imewo voor alle activiteiten van de gemeente De Haan
Zijn goedkeuring te hechten aan het voorstel van partiële splitsing Gaselwest / Imewo door overneming inzake de overgang van Gaselwest naar Imewo van alle activiteiten verbonden aan de gemeente De Haan.
De algemene vergadering in buitengewone zitting van Imewo wordt verzocht de toetreding van de gemeente De Haan voor de activiteiten elektriciteit, gas, openbare verlichting en strategische participaties (Publi-T en Publigas) te willen aanvaarden.
De betrokken Opdrachthoudende verenigingen te verzoeken om de nodige bestuurlijke en vennootschapsrechtelijke acties te ondernemen om uitvoering te kunnen geven aan bovenstaande beslissingen van deze gemeenteraad.
De vertegenwoordiger van de stad (mevrouw Nathalie Vervaecke met als plaatsvervanger de heer Danick Minne) die zal deelnemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van de Opdrachthoudende vereniging Imewo op 22 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden), op te dragen zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormelde artikelen 1 tot en met 9 van onderhavige gemeenteraadsbeslissing.
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van voormelde beslissingen en onder meer kennisgeving hiervan te verrichten aan de Opdrachthoudende vereniging Imewo, ter attentie van het secretariaat, (in pdf-versie), uitsluitend op het e-mailadres vennootschapssecretariaat@fluvius.be.
De stad Oostende is aangesloten bij de Intergemeentelijke Vereniging voor het afvalbeheer voor Oostende en Ommeland, kortweg IVOO.
Het schrijven van 19 oktober 2022 met uitnodiging tot deelname aan de Algemene Vergadering - jaarvergadering der aandeelhouders op dinsdag 13 december 2022 om 18.00 uur in de vergaderzaal van IVOO, Klokhofstraat 2 te Oostende.
De uitnodiging en de bijhorende stukken werden overeenkomstig artikel 432 van het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 uiterlijk 30 kalenderdagen voor de Algemene Vergadering verstuurd.
De agenda waarover een standpunt moet worden ingenomen is als volgt:
Tijdens de Gemeenteraad van 26 september 2022 werd de heer Werner Verbiest aangeduid als effectieve vertegenwoordiger van de Stad aangeduid. Eerder werd tijdens de gemeenteraad van 26 augustus 2019 mevrouw Charlotte Verkeyn als plaatsvervangend vertegenwoordiger aangeduid. Dit voor alle algemene vergaderingen van IVOO.
Deze beslissing bepaalt het stemgedrag van de vertegenwoordiger van de Stad.
Decreet Lokaal bestuur Deel 3 - Titel 3
Statuten IVOO
Formuleert geen opmerkingen over of bezwaren tegen de volgende agendapunten van de Buitengewone Algemene Vergadering van de IVOO op 13 december 2022 en keurt deze agendapunten inclusief de bijlagen bijgevolg goed:
Draagt de aangeduide vertegenwoordiger (de heer Werner Verbiest met als plaatsvervanger mevrouw Charlotte Verkeyn) op om zijn stemgedrag tijdens de Buitengewone Algemene Vergadering van IVOO op 13 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden en waarbij de agendapunten niet wijzigen) af te stemmen op deze beslissing van de gemeenteraad.
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan IVOO.
Oostende is aangesloten bij de Tussengemeentelijke Maatschappij voor Watervoorziening, opdrachthoudende vereniging, in het kort TMVW ov.
Overeenkomstig artikel 42 van de statuten dienen de Gemeenteraden te beslissen over de voorstellen van statutenwijziging en wordt daartoe uiterlijk negentig kalenderdagen voor de buitengewone algemene vergadering die de statutenwijzigingen moet beoordelen, een door de raad van bestuur opgesteld ontwerp aan alle deelnemers voorgelegd. De beslissingen daarover van hun gemeenteraden, bepalen het mandaat van de respectieve vertegenwoordigers op de algemene vergadering en worden bij het verslag gevoegd.
De buitengewone algemene vergadering waarvan hier sprake wordt voorzien op 16 december 2022. Het ontwerp van statutenwijziging werd door TMVW ov aan de deelnemers overgemaakt per aangetekend schrijven van 14 september 2022.
De volledige agenda van deze buitengewone algemene vergadering van TMVW ov zal afzonderlijk voorgelegd worden aan de gemeenteraad.
Tijdens de Gemeenteraad van 25 mei 2020 werd beslist om mevrouw Nathalie Vervaecke aan te duiden als effectieve vertegenwoordiger van de Stad in de algemene vergadering van TMVW ov gedurende deze legislatuur. Mevrouw Sandra Demuynck werd tevens aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger.
De directe aanleiding voor de voorgestelde statutenwijziging is een naamswijziging. De Raad van Bestuur wenst de naam van de vereniging te wijzigen in 'Farys'.
Daarnaast wenst de Raad van Bestuur de regeling rond het investeringsfonds in de distributieactiviteit te vereenvoudigen en te aligneren aan het nieuwe regulatoir kader.
Bovendien dienen de statuten van de vereniging in overeenstemming te worden gebracht met de recente aanpassingen aan het Decreet Lokaal Bestuur ingevolge de invoering van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
Ten slotte wordt voorgesteld een aantal andere (eerder administratieve) wijzigingen/vereenvoudigingen door te voeren.
De agenda van de Buitengewone algemene vergadering van TMVW ov op 16 december 2022 omvat volgende specifieke agendapunten aangaande de statutenwijziging:
7. Statutenwijziging
7.1.Toelichtende nota bij de statutenwijziging met artikelsgewijze bespreking
7.2. Nieuwe tekst van de statuten
art. 426-427 DLB
statuten TMVW ov, inzonderheid artikel 42
Keurt de voorgestelde statutenwijziging van TMVW ov, zoals opgenomen in het desbetreffende agendapunt 7 (7.1 en 7.2) van de Buitengewone Algemene Vergadering van 16 december 2022, en het beschreven ontwerp goed.
Geeft opdracht aan zijn vertegenwoordiger(s) deze wijzigingen op de buitengewone algemene vergadering die erover zal beslissen, goed te keuren.
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan TMVW ov per elektronische post 20221216BAVTMVW@farys.be.
De stad Oostende is aangesloten bij TMVW ov.
Per aangetekend schrijven van 5 oktober 2022 werd de Stad uitgenodigd om deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van TMVW ov op 16 december 2022 om 14.30 uur in Flanders Expo, Maaltekouter 1, 9051 Gent . De vergadering zal fysiek plaatsvinden met digitale inbelmogelijkheid via Zoom.
Een dossier met documentatiestukken daaromtrent werd aan de Stad overgemaakt.
De Gemeenteraad dient het standpunt van de Stad te bepalen m.b.t. de volgende agendapunten van de Algemene Vergadering:
Varia
Tijdens de Gemeenteraad van 25 mei 2020 werd beslist om mevrouw Nathalie Vervaecke aan te duiden als effectieve vertegenwoordiger van de Stad in de algemene vergadering van TMVW ov gedurende deze legislatuur. Mevrouw Sandra Demuynck werd tevens aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger.
Het stemgedrag van de vertegenwoordiger van de Stad zal gebaseerd zijn op deze beslissing.
De goedkeuring van de statutenwijziging namens de Gemeenteraad overeenkomstig artikel 42 van de statuten van TMVW ov wordt behandeld in een apart punt tijdens deze zitting.
Decreet Lokaal bestuur Deel 3 - Titel 3
Statuten TMVW ov
Verleent goedkeuring aan alle punten op de agenda van de Buitengewone Algemene Vergadering TMVW ov van 13 december 2022 en de daarbij behorende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten:
Varia
Draagt de aangeduide vertegenwoordiger (mevrouw Nathalie Vervaecke met als plaatsvervanger mevrouw Sandra Demuynck) op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de buitengewone algemene vergadering van TMVW ov vastgesteld op 13 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden en waarbij de agendapunten niet wijzigen), te onderschrijven en haar stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan TMVW ov per elektronische post 20221216BAVTMVW@farys.be.
De stad Oostende is aangesloten bij TMVS dv.
Per aangetekend schrijven van 27 september 2022 werd de Stad uitgenodigd om deel te nemen aan de Buitengewone Algemene Vergadering van TMVS dv op dinsdag 13 december 2022 om 14.30 uur in FLANDERS EXPO, Maaltekouter 1, 9051 Gent. Een dossier met documentatiestukken werd daaromtrent aan de Stad overgemaakt.
De vergadering zal fysiek plaatsvinden met digitale inbelmogelijkheid via ZOOM. De effectieve en plaatsvervangende vertegenwoordigers van de deelnemers zullen persoonlijk een uitnodiging per e-mail ontvangen.
De Gemeenteraad dient het standpunt van de Stad te bepalen m.b.t. de volgende agendapunten van de Algemene Vergadering:
1. Toetreding van deelnemers
2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge toetredingen
3. Evaluatie 2022, te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
4. Begroting 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
5. Actualisering presentievergoeding
6. Statutaire benoemingen
Varia
Tijdens de Gemeenteraad van 25 februari 2019 werd beslist om mevrouw Silke Beirens aan te duiden als effectieve vertegenwoordiger en mevrouw Natacha Waldmann als plaatsvervangend vertegenwoordiger van de stad Oostende voor alle algemene vergaderingen van TMVS dv gedurende deze legislatuur.
Deze beslissing bepaalt het stemgedrag van de vertegenwoordiger van de Stad.
Decreet Lokaal bestuur Deel 3 - Titel 3
Statuten TMVS dv
Verleent goedkeuring aan alle punten op de agenda van de Algemene Vergadering TMVS dv van 13 december 2022 en de daarbij horende documentatie nodig voor het onderzoek van de agendapunten:
1. Toetreding van deelnemers
2. Actualisering van bijlagen 1 en 2 aan de statuten ingevolge toetredingen
3. Evaluatie 2022, te ontwikkelen activiteiten en de te volgen strategie 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
4. Begroting 2023 (cfr. artikel 432 DLB)
5. Actualisering presentievergoeding
6. Statutaire benoemingen
Varia
Draagt de aangeduide vertegenwoordiger(mevrouw Silke Beirens met als plaatsvervanger mevrouw Natacha Waldmann) op om namens het bestuur alle akten en bescheiden met betrekking tot de algemene vergadering van TMVS dv vastgesteld op 13 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden en waarbij de agendapunten niet wijzigen), te onderschrijven en haar stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van voormelde algemene vergadering.
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan TMVS dv per elektronische post 20221213BAVTMVS@farys.be.
Stad Oostende is lid van de Intercommunale Kustreddingsdienst West-Vlaanderen, kortweg IKWV.
De uitnodiging per aangetekend schrijven van 20 oktober 2022 van IKWV voor de Algemene Vergadering op woensdag 14 december 2022 om 19.30 uur. De locatie van deze vergadering is het secretariaat van IKWV te Westende.
De uitnodiging en de bijbehorende stukken werden tijdig bezorgd.
De agenda waarover een standpunt moet worden ingenomen is als volgt:
Tijdens de Gemeenteraad van 25 februari 2019 werd Bart Plasschaert aangesteld als effectieve vertegenwoordiger in de Algemene Vergadering van IKWV. Natacha Waldmann is zijn plaatsvervanger.
Het stemgedrag van de vertegenwoordiger wordt bepaald door deze beslissing.
Decreet Lokaal bestuur, deel 3 Deelname in rechtspersonen en samenwerking - titel 3 De intergemeentelijke samenwerking
Keurt onderstaande agendapunten van de Algemene Vergadering van IKWV op 14 december 2022 om 19.30 uur goed:
Draagt de vertegenwoordiger van de Stad die zal deelnemen aan de Algemene Vergadering van IKWV op 14 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden en waarbij de agenda onveranderd blijft), op om zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden.
Een afschrift van deze beslissing wordt gestuurd aan IKWV, Strandlaan 3, 8434 Westende of via e-mail aan secretaris@ikwv.be.
De stad Oostende is aangesloten bij de Opdrachthoudende Vereniging voor Crematoriumbeheer in het arrondissement Oostende, kortweg OVCO.
Het schrijven van 19 september 2022 met uitnodiging tot deelname aan de Bijzonder Algemene Vergadering van aandeelhouders op woensdag 21 december 2022 om 18.00 uur in het Crematorium Polderbos, Grintweg 120, 8400 Oostende.
De uitnodiging en de bijhorende stukken werden overeenkomstig artikel 432 van het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 uiterlijk 30 kalenderdagen voor de Algemene Vergadering verstuurd.
De Gemeenteraad dient het standpunt van de Stad te bepalen m.b.t. de agendapunten van de Bijzondere Algemene Vergadering.
De volgende agenda wordt voorgesteld:
Overeenkomstig artikel 432 van het decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 moeten de vertegenwoordigers op een algemene vergadering bij gemeenteraadsbesluit aangewezen worden uit de leden van de gemeenteraad en moet het mandaat van de vertegenwoordiger vastgesteld worden voor elke algemene vergadering.
Tijdens de Gemeenteraad van 25 februari 2019 werden mevrouwen Silke Beirens, Nancy Bourgoignie, Luba Minarikova aangeduid als effectieve vertegenwoordigers van de Stad in de Algemene Vergadering van OVCO voor deze legislatuur. Tijdens de Gemeenteraad van 20 december 2021 werd de heer Kurt Claeys eveneens aangeduid als vertegenwoordiger in de Algemene Vergadering. Tijdens de Gemeenteraad van 23 maart 2020 werd de heer Frank Jongbloet aangeduid als plaatsvervangend vertegenwoordiger.
Deze beslissing bepaalt het stemgedrag van de vertegenwoordigers van de Stad.
Decreet Lokaal bestuur Deel 3 - Titel 3
Statuten OVCO, art. 27
Formuleert geen opmerkingen over of bezwaren tegen de volgende agendapunten van de Bijzondere Algemene Vergadering van OVCO op 21 december 2022 en keurt deze agendapunten inclusief de bijlagen bijgevolg goed:
Draagt de aangeduide (plaatsvervangend) vertegenwoordigers op om het stemgedrag tijdens de Algemene Vergadering van OVCO op 21 december 2022 (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden en waarbij de agendapunten niet wijzigen) af te stemmen op deze beslissing van de gemeenteraad.
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt bezorgd aan OVCO.
Art. 41, 2de lid, 5° van het Decreet Lokaal bestuur.
In de gemeenteraad van 14 december 2019 werd de samenwerkingsovereenkomst 2020 - 2025 tussen de Stad en Toerisme Oostende vzw goedgekeurd.
Aan de samenwerkingsovereenkomst 2020 - 2025 is een jaarlijkse afsprakennota gekoppeld, waarin een aantal afspraken met de Stad, meetindicatoren en financiële engagementen zijn opgenomen. Deze afsprakennota maakt onlosmakelijk deel uit van deze samenwerkingsovereenkomst. De jaarlijkse goed te keuren afsprakennota bevat de jaarlijks door de Stad aan de EVA te betalen werkingstoelage.
Er wordt voorgesteld de afsprakennota 2022, zoals eerder goedgekeurd in de Gemeenteraad van 25 oktober 2021 aan te passen als volgt:
"3.5. Financiën
Mits goedkeuring van de begroting 2022 wordt er door de Stad aan de vereniging een toelage gegeven van € 5.334.065,00 als werkingstoelage, inclusief € 1.100.003,00 geraamd als inkomsten uit de citytaks. Binnen haar begroting handelt de vereniging autonoom.
"
als volgt te vervangen:
"3.5. Financiën
Mits goedkeuring van de begrotingswijziging 2022 wordt er door de Stad aan de
vereniging een toelage gegeven van € 5.674.065,00 als werkingstoelage, inclusief €
1.100.003,00 geraamd als inkomsten uit de citytaks. Binnen haar begroting
handelt de vereniging autonoom. "
De reden voor de vervanging zoals hierboven aangegeven van punt 3.5 is de volgende:
Er wordt bespaard op de werkingssubsidie voor een bedrag van € 268.000,00
Anderzijds wordt er een verhoging van het bedrag voor events doorgevoerd ten bedrage van : € 98.000,00 (€ 50.000,00 Mercator, € 48.000,00 overname personeel Ensorhuis - half jaar)
Eveneens wordt een verhoging ten bedrage van van € 360.000,00 voorzien voor de herstelling van de Amandine.
Art. 247 DLB.
De samenwerkingsovereenkomst 2020 - 2025 tussen de Stad en EVA vzw Toerisme Oostende, artikel 3 en 8
Keurt het ontwerp van gewijzigde afsprakennota 2022 tussen de stad Oostende en de EVA Toerisme Oostende vzw, in bijlage bij huidig besluit genaamd 'Afsprakennota 2022 wijziging' goed.
Art. 41, 2de lid, 5° van het Decreet Lokaal bestuur.
In de gemeenteraad van 14 december 2019 werd de samenwerkingsovereenkomst 2020 - 2025 tussen de Stad en Toerisme Oostende vzw goedgekeurd.
Aan de samenwerkingsovereenkomst 2020 - 2025 is een jaarlijkse afsprakennota gekoppeld, waarin een aantal afspraken met de Stad, meetindicatoren en financiële engagementen zijn opgenomen. Deze afsprakennota maakt onlosmakelijk deel uit van deze samenwerkingsovereenkomst. De jaarlijkse goed te keuren afsprakennota bevat de jaarlijks door de Stad aan de EVA te betalen werkingstoelage.
De afsprakennota voor het jaar 2023 tussen de Stad en EVA vzw Toerisme Oostende dient te worden goedgekeurd door de Gemeenteraad.
In het ontwerp van afsprakennota wordt onder punt 3.5. Financiën bepaald:
"Mits goedkeuring van de begroting 2023 wordt er door de Stad aan de vereniging een toelage gegeven van € 5.211.730,00 als werkingstoelage, inclusief € 1.666.666,00 geraamd als inkomsten uit de citytaks. Binnen haar begroting handelt de vereniging autonoom "
Art. 247 DLB.
De samenwerkingsovereenkomst 2020 - 2025 tussen de Stad en EVA vzw Toerisme Oostende, artikel 3 en 8.
Keurt het ontwerp van afsprakennota 2023 tussen de stad Oostende en de EVA Toerisme Oostende vzw, in bijlage bij huidig besluit genaamd 'Afsprakennota 2023' goed.
De brief van Toerisme Oostende vzw met de uitnodiging voor de Algemene Vergadering op donderdag 1 december 2022 om 18.30 in de vergaderzaal Bel Air (5de verdieping) van Toerisme Oostende, Monacoplein 2, 8400 Oostende.
Alle nodige documentatiestukken werden eveneens bezorgd.
De volgende agenda wordt voorgelegd:
Het Stadsbestuur dient zijn goedkeuring te hechten aan de agendapunten van de Algemene Vergadering.
Deze beslissing bepaalt het stemgedrag van de vertegenwoordigers van de Stad; zoals bij gemeenteraadsbesluit aangeduid voor de duur van de legislatuur.
-
De Stad formuleert geen opmerkingen of bezwaren tegen de volgende agendapunten van de Algemene Vergadering van Toerisme Oostende vzw op donderdag 1 december 2022 om 18.30 uur en keurt de volgende agendapunten goed:
Draagt de vertegenwoordiger(s) van de Stad die deelnemen aan de Algemene Vergadering van Toerisme Oostende vzw op donderdag 1 december 2022 om 18.30 uur (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden, waarbij de agenda onveranderd blijft), op om zijn/haar stemgedrag af te stemmen op de beslissingen genomen in de gemeenteraad van heden inzake voormeld artikel 1 van onderhavige beslissing.
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt gestuurd naar EVA Toerisme Oostende vzw, Monacoplein 2 te Oostende.
Gelet op de Kadernota Integrale Veiligheid 2016-2019 en het Nationaal Veiligheidsplan 2016-2019;
De laatste jaren is het besef gegroeid dat een louter repressieve aanpak vaak niet volstaat en er nood is aan een meer omvattende multidisciplinaire aanpak, met oog voor preventie en repressie. Belangrijk hierbij is ook de uitbouw van de bestuurlijke handhaving. Bestuurlijke handhaving en gerechtelijke handhaving zijn hierbij complementair.
Om dit te bewerkstelligen is er een noodzaak aan een gedegen informatie-uitwisseling. Via het protocolakkoord bestuurlijke handhaving criminaliteit en onveiligheid, wensen de volgende partners:
zich te engageren om binnen het vooropgesteld toepassingsgebied (zie hoofdstuk 1 materieel toepassingsgebied van het protocolakkoord) een multidisciplinaire informatie-uitwisseling tussen de verschillende partners toe te staan, met als doel het creëren van een interdisciplinaire en probleemoplossende samenwerking. Dit met het oog op de goede handhaving van de openbare orde, het voorkomen van het plegen van misdrijven en meer in het algemeen de integrale en de geïntegreerde aanpak van criminaliteit en onveiligheid.
Het protocolakkoord zet de richtlijnen uit voor een efficiënte samenwerking tussen de verschillende partners. Een samenwerking die noodzakelijk blijkt om de volgende uitdagingen aan te pakken:
Neemt kennis van het Protocolakkoord bestuurlijke handhaving criminaliteit en onveiligheid
De concessie op het on-street parkeren van Streeteo in Oostende loopt af op 30 november 2022. Vanaf dan heeft de stad Oostende de ambitie om het on-street parkeren dan terug in handen te nemen.
Ingevolg een beslissing van de gemeenteraad van 24 juni 2019 werd daarom het autonoom gemeentebedrijf Mobiliteit Oostende opgericht (AG Mobil-O). Daarnaast wordt momenteel een aanpassing voorzien aan de stedelijke verordening betreffende het parkeren en een stedelijk retributiereglement betreffende het parkeren opgesteld.
Met het oog op een efficiënt en klantgericht parkeerbeleid, wordt ervoor gekozen het volledige proces digitaal te laten verlopen, incl. de handhaving. Hiervoor wenst de stad Oostende en AG Mobil-O mobiele APNR-camera's (camera's met nummerplaatherkenning) in te zetten. Deze camera's worden gemonteerd op voertuigen die rondrijden op het gehele grondgebied van Oostende.
Art. 5,§2 van de Camerawet bepaalt verder dat het gebruik van mobiele ANPR camera's in een niet-besloten plaats wordt toegestaan na positief advies van de gemeenteraad. De koprschef verleent positief advies.
Met het oog op een efficiënt en klantgerichte parkeerbeleid, wensen AG Mobil-O en stad Oostende specifieke voertuigen inzetten, uitgerust met ANPR camera's. Door middel van deze camera's worden de kentekens van de geparkeerde voertuigen gescand en afgetoetst aan de bestaande parkeerrechten. Indien een kenteken geen geldig recht geeft, handelen de bevoegde diensten verder af.
Het gebruik en inzet van deze ANPR camera's valt onder het toepassingsgebied van de Camerawet, een wordt gedefinieerd als een mobiele bewakingscamera. Een mobiele bewakingscamera is volgens de Camerawet een “bewakingscamera die tijdens de observatie wordt verplaatst om vanaf verschillende plaatsen of posities te filmen”. Het type voorbeeld is een rijdende wagen met een camera op zijn dak. Art. 7/1 van de Camerawet bepaalt verder dat mobiele bewakingscamera's in niet-besloten plaatsen enkel mogen gebruikt worden met het oog op de automatische nummerplaatherkenning, door of in opdracht van de gemeentelijke overheden voor de volgende doeleinden:
1° voorkomen, vaststellen of opsporen van overlast in de zin van artikel 135 van de nieuwe gemeentewet, in het kader van artikel 3, 3°, van de wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties;
2°controleren van de naleving van de gemeentelijke reglementen inzake betalend parkeren. Het gebruik van de mobiele bewakingscamera's, bedoeld in het eerste lid, kan slechts worden toevertrouwd aan het bij wet aangewezen personeel om vaststellingsopdrachten uit te voeren, binnen hun bevoegdheidsgrenzen.
De beslissing om mobiele bewakingscamera's zoals bedoeld in het eerste lid te gebruiken, wordt genomen na positief advies van de gemeenteraad van de betrokken gemeente. Deze laatste verstrekt haar advies na voorafgaandelijk de korpschef van de politiezone waar de plaats zich bevindt, te hebben geraadpleegd. De verwerkingsverantwoordelijke verduidelijkt in zijn adviesaanvraag de bijzondere doeleinden voor het gebruik van mobiele bewakingscamera's bedoeld in het eerste lid, de perimeter waarbinnen zij gebruikt worden en de voorziene gebruiksmodaliteiten. De gebruiksperimeter kan overeenstemmen met het volledige grondgebied van de betrokken gemeente.
De ANPR camera’s worden gebruikt conform de voorwaarden van art 7/1 van de camerawet. De gecapteerde persoonsgegevens worden gebruikt voor een legitieme doelstelling: het toezien op de naleving , alsook de handhaving ervan (met inbegrip van de identificatie van de retributieplichtige dan wel de overtreder).
De mobiele scanwagen valt onder dit toepassingsgebied en zal opereren binnen het gehele grondgebied van Oostende, met als doel het controleren van de naleving van de stedelijke verordening betreffende het parkeren.
De Stad Oostende volgt hierbij alle bepalingen uit de Camerawet en houdt rekening met voldoende technische en organisatorische veiligheidsmaatregelen in het kader van de AVG.
De beelden worden niet langer bijgehouden dan strikt noodzakelijk en met een maximum van 1 maand.
Het inzetten van de mobiele scanwagen kreeg een positief advies van de Korpschef van de Lokale Politie Oostende. Bijkomstig vragen we hierbij het positief advies van de gemeenteraad.
- Europese Verordening nr. 2016/679 van 27 april 2016 - betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG, hierna afgekort tot "AVG".
- Wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, gewijzigd door de wet van 21 maart 2018 (Camerawet).
- Koninklijk Besluit van 8 mei 2018 betreffende de aangiften van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's en betreffende het register van de beeldverwerkingsactiviteiten.
- Koninklijk Besluit van 28 mei 2018 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt.
Gaat principieel akkoord met het gebruik van mobiele camera's in het kader van de handhaving van de stedelijke verordening betreffende het parkeren en de retributieverordening op het parkeren.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, artikel 29.
- Ministerieel Besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, artikel 5.
- Ministerieel besluit tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, datum 12/09/2018
- Decreet over het lokaal bestuur, datum 22/12/2017 + wijzigingen, artikel 171 en artikel 263
De regelgeving met betrekking tot beleidsrapporten legt de verplichting op om aan de raadsleden driemaal per jaar te rapporteren over de beleidsdoelstellingen en de uitvoering ervan:
- bij de aanpassing van het meerjarenplan in het najaar
- bij de vaststelling van de jaarrekening in het voorjaar
- minstens één tussentijdse rapportering over het eerste semester in het najaar.
Dit rapport voldoet aan de verplichting met betrekking tot de frequentie en de inhoud over het rapporteren van de stand van zaken van het meerjarenplan aan de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn.
- Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, artikel 29.
- Ministerieel Besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, artikel 5.
- Ministerieel besluit tot wijziging van diverse bepalingen van het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, datum 12/09/2018
- Decreet over het lokaal bestuur, datum 22/12/2017 + wijzigingen, artikel 171 en artikel 263
De Gemeenteraad neemt kennis van de stand van zaken over het eerste semester van het meerjarenplan, conform de decretale verplichtingen inzake rapportering.
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Keurt bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf" goed.
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Keurt bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf" goed.
Fabienne Vandesande (FABZ) heeft het handelsgelijksvloers in concessie sinds juni 2020 na het faillissement van de bvba Hill Donut Brugge (zie gekoppeld besluit 2020_CBS_03554).
Met de brief 10 oktober 2022 vraagt mevrouw Fabienne Vandesande (FABZ) of de Stad kan instemmen met een overdracht van de concessie omwille van gezondheidsredenen vanaf 1 januari 2023. Zij vond echter een overnemer voor haar handelsfonds en de lopende concessie, nl. de heer Dave Vanremoortele van de bvba Manon Royal (zie vraag overname concessie.pdf' in bijlage).
De overdracht van de concessie is volgens de concessieovereenkomst mogelijk mits de Stad voorafgaandelijk instemt met:
* de overdracht van de concessie (artikel 12 van de concessieovereenkomst)
* de desgevallende wijziging van bestemming van de exploitatie door de overnemer, welke dient te voldoen aan een standingsvolle zaak die bijdraagt aan de uitstraling van het handelsapparaat.
De huidige concessionaris mevrouw Fabienne Vandesande (FABZ) vraagt in haar schrijven van 11 oktober 2022 of de Stad kan instemmen met de overdracht van de concessie aan de heer Dave Vanremoortele (Manon Royal bv). De huidige concessionaris wenst om gezondheidsredenen de concessie over te dragen met ingang vanaf 01 januari 2023.
De overnemer wenst er een zaak uit baten waar chocolade, confisserie en aanverwante artisanale producten zullen aangeboden worden (zie mail 'bestemming handelszaak.pdf' in bijlage).
Omwille van volgende argumenten kan er ingestemd worden met de overdracht van de concessie en wijziging van de activiteiten naar chocolade, confiserie en aanverwante artisanale producten:
* de reden voor de overdracht van de concessie omschreven door mevrouw Fabienne Vandesande (FABZ);
* de bestemming voldoet aan de bepalingen van de artikelen 1 en 2 van de concessieovereenkomst om in het handelsgelijksvloers een standingsvolle zaak uit te baten, die zal bijdragen aan de uitstraling van het handelsapparaat ;
* de huidige concessionaris stemt in om hoofdelijk aansprakelijk te blijven voor de uitvoering van de bepalingen van de concessieovereenkomst tot het einde van de duur van de lopende concessie m.n. 30 april 2024, mits de Stad vanaf 2 maanden huurachterstal de huidige concessionaris hiervan in kennis stelt (zie 'instemming concessionaris aansprakelijkheid.pdf' in bijlage)
Aan de Gemeenteraad wordt gevraagd om in te stemmen met de overdracht van de concessie door mevrouw Fabienne Vandesande (FABZ) aan de heer Dave Vanremoortele voor de uitbating van een handelszaak waarin chocolade- en confiserie en aanverwante artisanale producten zullen aangeboden worden.
de concessieovereenkomst betreffende de uitbating van het handelsgelijksvloers in het pand Kapellestraat 72B
Stemt in met de overdracht van de lopende concessieovereenkomst van het pand Kapellestraat 72B aan de heer Dave Vanremoortele en met de wijziging van de activiteiten naar chocolade- en confisserie en aanverwante artisanale producten.
De huidige concessionaris blijft hoofdelijk aansprakelijk gedurende de resterende looptijd van de concessie, waar als er 2 maanden huurachterstal is van de nieuwe concessionaris, de Stad de huidige concessionaris zal aanspreken om te voldoen aan de afspraken.
Stelt de partijen in kennis van de beslissing van de Gemeenteraad.
Belast het College met de uitvoering van de secundaire modaliteiten.
De stad Oostende, als rechtsopvolger van het ontbonden Autonoom Gemeentebedrijf Grond- en Bouwbeleid, en Medialaan nv, als rechtsvoorganger van DPG Media hebben op 14 februari 2008 een concessieovereenkomst inzake de uitbating van een tearoom onder de zeedijk afgesloten. Deze concessieovereenkomst werd ingevolge addenda dd. 07 juni 2011, 28 juni 2016, 14 maart 2017, 23 augustus 2019 en 25 juni 2020 gewijzigd en 2x verlengd.
DPG Media vraagt om de duur van de concessieovereenkomst een derde maal met 3 jaar te willen verlengen.
Overeenkomstig artikel 3 § 2 van de overeenkomst is een verlenging een derde keer mogelijk op de wijze als voorzien in de wetgeving inzake handelshuren, zonder dat de Wet op de handelshuur van toepassing is. Hiertoe werd een ontwerp van addendum 6 aan de concessieovereenkomst opgesteld (zie bijlage bij huidig besluit). Er wordt gevraagd aan de Gemeenteraad om het ontwerp van addendum 6 goed te keuren.
Concessieovereenkomst dd. 14 februari 2008
Keurt de tekst in bijlage 'concessie Q-Beachhouse add. 6.pdf' goed.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met het vaststellen van de secundaire modaliteiten.
Er worden m.b.t. de opdracht van Autonoom Gemeentebedrijf Mobil-O een aantal artikels in de Beheersovereenkomst ingelast.
Er worden m.b.t. de opdracht van AG Mobil-O een aantal artikels in de Beheersovereenkomst ingelast. Met de ingevoegde artikels worden de taken van het AG verduidelijkt. Met name wordt het AG belast met het beheer en de exploitatie van het on street parkeren, naar aanleiding van het aflopen van de concessie van Indigo inzake het betalend parkeren op de openbare weg op 30 november 2022. Voorts wordt verduidelijkt dat AG Mobil O m.b.t. tot het aan haar toevertrouwde beheer en exploitatie van het on street parkeren, zich stipt zal houden aan de bepalingen van de stedelijke verordening betreffende parkeren enerzijds en aan de bepalingen van de stedelijke retributieverordening voor het parkeren in het algemeen en aangaande de tarifering en de tariefstructuur in het bijzonder anderzijds.
Artikel 234 van het Decreet over het Lokaal Bestuur;
Artikel 46 van de beheersovereenkomst die bepaalt dat de partij die de beheersovereenkomst wenst te wijzigen hiertoe het initiatief neemt;
Artikel 240, §4 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.
Tussen artikel 14tris en artikel 15 van de beheersovereenkomst, wordt een artikel ingevoegd, luidend als volgt:
Artikel 14quater
Het AG wordt vanaf 1 december 2022 door de stad belast met het beheer en de exploitatie van het on street parkeren.
Tussen artikel 27 en artikel 28 van voormelde beheersovereenkomst, wordt een artikel ingevoegd, luidend als volgt:
Artikel 27bis
Het AG zal de bepalingen van de stedelijke verordening betreffende het parkeren integraal naleven. Het AG zal voorts de bepalingen van de stedelijke retributieverordening voor het parkeren in het algemeen en de bepalingen aangaande de tarifering en de tariefstructuur in het bijzonder integraal naleven.
Gelet op de artikelen 248 tot en met 260 van het Gemeentedecreet dat door de Vlaamse Regering op 15 juli 2005 werd bekrachtigd inzake het administratief toezicht;
Overeenkomstig de bepalingen van een akte die op 17 februari 1998 werd verleden voor Jean Vandecasteele, Burgemeester van de Stad Oostende, tussen de Stad en echtgenoten Philippe Janssens - Chantal Tielemans, beschikt de Stad over het recht van terugkoop ingeval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
De Gemeenteraad besliste op 23 april 2018 om in te stemmen met de overdracht door de nv Carrol aan de heer Peter Rogiers van het perceel industriegrond gelegen Hooggeleedstraat 22 in Oostende, bij het kadaster gekend in de 12de afdeling, sectie A, als nummers 242 B 4 P0000 en 242 E 4 P0000, voor een totale oppervlakte volgens het Kadaster van 26 are 91 ca. In de werkplaats op het perceel zou de activiteit "smederij, lasser, metaalconstructie, lakken" worden uitgeoefend.
Bij brief van 18 oktober 2022 heeft notariskantoor Van Hoof - Wibo ons Bestuur ingelicht van de geplande overdracht door de heer Peter Rogiers aan de nv Vastma. De nv Vastma verklaart dat zij binnen 2/3 jaar op het goed een bedrijf wil uitbaten met als doel "projectontwikkeling in de bouw". De zetel zou alsdan worden verplaatst naar deze locatie.
Het goed behoorde eerder toe aan de echtgenoten Philippe Janssens - Chantal Tielemans, ingevolge de verwerving ervan jegens de Stad, waarvan de akte op 17 februari 1998 werd verleden, om er een activiteit uit te oefenen die verband houdt met elektrotechnische installaties en installatie en onderhoud van centrale verwarming in gebouwen.
In deze akte is bepaald dat de Stad beschikt over het recht van terugkoop overeenkomstig artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie - vervangen door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering - in het geval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Het onderhavig lot werd doorverkocht aan de nv Carrol, waarvan de akte op 10 februari 2004 werd verleden voor notaris Pierre De Maesschalck in Oostende. Naar aanleiding van deze verkoop heeft de Gemeenteraad op 28 november 2003 afgezien van het recht van terugkoop en heeft ze ingestemd met de wijziging van de activiteiten naar "de uitbating van een loodgieterij".
Later is het goed overgedragen aan de heer Peter Rogiers. De Gemeenteraad stemde op 23 april 2018 in met de overdracht door de nv Carrol aan de heer Peter Rogiers, die in de werkplaats op het perceel de activiteit "smederij, lasser, metaalconstructie, lakken" zou uitgeoefenen.
Thans wenst de heer Peter Rogiers het goed over te dragen aan de nv Vastma, die verklaart dat zij er binnen 2/3 jaar een bedrijf wil uitbaten met als doel "projectontwikkeling in de bouw", en alsdan de zetel naar deze locatie zou verplaatsen.
Vermits de overdracht van het goed geschiedt overeenkomstig de bepalingen van de gewijzigde wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, en tevens gelet op het Gewestplan, kan worden gesteld dat de geplande activiteit van de verwervende partij, niet tegemoet komt aan de daarin opgenomen bepalingen. Namelijk voor een goed dat is gelegen in een zone bestemd als 'milieubelastende industrieën' (zie 'advies Ruimte 20221115'.pdf) :
"Deze zijn bestemd voor de vestiging van industriële of ambachtelijke bedrijven. Ze omvatten een bufferzone. Voor zover zulks in verband met de veiligheid en de goede werking van het bedrijf noodzakelijk is, kunnen ze mede de huisvesting van het bewakingspersoneel omvatten. Tevens worden in deze gebieden complementaire dienstverlenende bedrijven ten behoeve van de ander industriële bedrijven toegelaten, namelijk: bankagentschappen, benzinestations, transportbedrijven, collectieve restaurants, opslagplaatsen van goederen bestemd voor nationale of internationale verkoop".
Bijgevolg kan niet worden ingestemd met deze overdracht.
Artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie ;
Artikels 2, 3, 6 en 7 van de akte van overdracht van onroerende goederen, die op 17 februari 1998 werd verleden voor de Burgemeester ;
Gewestplan
Stemt niet in met de geplande overdracht door de heer Peter Rogiers aan de naamloze vennootschap Vastma.
Stemt in het onderhavig geval niet in met de wijziging van de activiteiten die op het goed zijn toegelaten.
De gemeenteraad van 27 maart 2017 keurde de overeenkomst houdende de tariefwijziging voor de parkings Mijnplein, Visserskaai en Centrumparking goed.
Deze overeenkomst vervatte o.a. de toepassing van de principes van het eerste uur gratis parkeren en betaling per minuut voor het tweede uur en per kwartier vanaf het derde uur voor de parkings Mijnplein en Visserskaai. Voor parkings Mijnplein, Visserskaai en de Centrumparking werd ook een nachtelijk maximumtarief van 5,00 euro ingevoerd.
Deze overeenkomst liep initieel tot 30 juni 2019 en werd bij addendum 1 verlengd tot 30 juni 2021 en bij addendum 2 een tweede maal verlengd tot 30 november 2022.
Met oog op het bevorderen van de aantrekkelijkheid van het stadscentrum als winkelcentrum is de handhaving van het principe van het eerste uur gratis parkeren in de parkings Mijnplein en Visserskaai en van een nachtelijk maximumtarief in de parkings Mijnplein, Visserskaai en Centrumparking aangewezen.
Hiertoe werd een ontwerp van addendum 3 aan de overeenkomst houdende de 'aanpassing van de tarieven parkings Mijnplein, visserskaai en Centrumparking - pilootfase' opgemaakt om de toepasselijkheid van de tariefstructuur te verlengen tot 30 juni 2023 voor de parkings Mijnplein en Visserskaai en tot 31 december 2023 voor de Centrumparking.
De verlenging tot 31 december 2023 voor de Centrumparking loopt gelijk met het contractuele einde van de concessie inzake de exploitatie van de Centrumparking in hoofde van Indigo.
Naar aanleiding van het aflopen van de concessie van Indigo tot beheer en exploitatie van het betalend parkeren op de openbare weg op 30 november 2022, worden de tarieven in de parkings Mijnplein en Visserskaai, die op basis van de bestaande overeenkomsten in langlopende concessie zijn van Indigo, een derde maal voor een korte termijn verlengd tot 30 juni 2023, waarna een evaluatie zal plaatsvinden van deze tarieven in deze parkings.
Concessie van openbare dienst betreffende het beheer van het betalend parkeren op het openbaar domein in de stad Oostende” d.d. 02 december 1993 met de NV Setex, rechtsvoorganger van Indigo Park Belgium, en 6 navolgende addenda.
Akte van overeenkomst inzake de exploitatie van de parkeerhaven Europacentrum d.d. 23 augustus 1999 met de nv Parking Europacentrum, rechtsvoorganger van Indigo Park Belgium, en verlengd (Gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2008).
Overeenkomst zoals goedgekeurd door de Gemeenteraad d.d. 27 maart 2017 houdende de aanpassing van de tarieven parkings Mijnplein, visserskaai en Centrumparking - pilootfase, verlengd bij addendum 1 zoals goedgekeurd door de Gemeenteraad d.d. 24 juni 2019 en bij addendum 2 zoals goedgekeurd door de Gemeenteraad d.d. 28 juni 2021.
Keurt addendum 3 aan de overeenkomst 'aanpassing tarieven parkings Mijnplein, Visserskaai en Centrumparking', zoals opgenomen in bijlage bij huidig besluit genaamd '2022 addendum 3', goed.
De Federale Overheid engageert zich om aan duurzame ontwikkelingsdoelstellingen te werken door in 2015 in New York het engagement ‘Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen’ te ondertekenen.
Vlaanderen en de lokale besturen slaan d.m.v. het Lokaal Energie- en Klimaatpact sinds 2021 de handen in elkaar om samen de nodige transitie in het energie- en klimaatbeleid waar te maken. Het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 (LEKP 2.0) bouwt verder op het Lokaal Energie en Klimaatpact van 2021 (zie 2021_GR_00296) en volgt met twee mitigatie- en twee adaptatiewerven dezelfde principes als het LEKP 1.0
In lijn met de verscherpte Europese klimaatdoelstellingen vermeld in het Fit for 55-pakket, worden de engagementen van de lokale besturen als volgt uitgebreid. De doelstelling m.b.t. CO2-reductie voor eigen gebouwen en technische infrastructuur wordt verhoogd van -40% naar -55% CO2-emissies tegen 2030. De scope van deze doelstelling voor CO2-reductie wordt daarnaast uitgebreid naar eigen mobiliteit. De primaire energiebesparingsdoelstelling wordt aangescherpt naar -3% per jaar vanaf 2023. Er worden geen principiële schepencollege- of gemeenteraadsbeslissing meer genomen m.b.t. lokale heffingen op elektriciteitsmasten en sleuven van ELIA. Onder werf 2 zijn 25 van de 50 collectieve renovaties per 1.000 wooneenheden tegen 2030 fossielvrije en worden de inwoners van 50 per 1.000 wooneenheden uitgenodigd voor een klimaattafel ter bespreking van een wijkgerichte aanpak voor einde 2024. Binnen werf 3 wordt de uitdaging 1,5 i.p.v. 1 (semi-) publieke laadequivalenten per 100 inwoners (99.000 laadpunten (CPE)) tegen 2030.
De Vlaamse overheid engageert zich tot een eenmalige additionele budgettaire impuls van 22,5 miljoen euro voor LEKP 2.0 ondertekenaars om de aangescherpte ambities van LEKP 2.0 te ondersteunen tijdens deze legislatuur. Deze middelen worden verdeeld als volgt: 8,75 miljoen euro voor 2022, 8,75 miljoen euro voor 2023 en 5 miljoen euro voor 2024.
In Oostende wordt gestreefd naar een klimaatneutrale stad tegen 2050. In artikel 250 van het Bestuursakkoord Oostende 2019-2024 staat “Oostende wordt klimaatneutraal. We voeren het engagement, aangegaan in het burgemeestersconvenant onverkort, onverwijld en ambitieus uit.” Het goedgekeurde beleidsplan klimaatmitigatie – Leefbaar Oostende 2050 stippelt de weg hiernaar uit. Een klimaatadaptatieplan wordt in de komende jaren opgemaakt. De Gemeenteraad heeft de ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0 gemandateerd op 27 september 2021. Het is wenselijk dat de stad Oostende het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 ondertekent en de acties uitvoert die in lijn liggen met het beleidsplan klimaatmitigatie 2050. Bijgevolg heeft de stad Oostende recht op financiële ondersteuning van de Vlaamse overheid d.m.v. trekkingsrecht (momenteel geraamd op 102.998,24 euro en opgenomen onder EB 2023 op budgetsleutel O/ST/74080001/039000////800-01 Specifieke Werkingssubsidies Vlaamse Gemeenschap).
Dit punt wordt geagendeerd na de goedkeuring van de aanpassing Meerjarenplan 2020 - 2025.
Dit punt wordt geagendeerd na de goedkeuring van de aanpassing Meerjarenplan 2020 - 2025.
Keurt de ondertekening van het Lokaal Energie- en Klimaatpact 2.0 goed en engageert zich om de gewenste en mogelijke acties uit te voeren. Bijgevolg heeft de Stad recht op financiële ondersteuning van de Vlaamse Overheid, zowel voor investerings-, werkings- als personeelskosten.
Deze financiële ondersteuning wordt ingezet voor acties uit de werven gelinkt aan het Klimaatplan Leefbaar Oostende - mitigatie 2050 en worden kenbaar gemaakt door de deelrapportagecode (ABB-LEKP-2022).
Binnen de dagelijkse werking van de dienst Buitenschoolse Kinderopvang werden enkele praktische wijzigingen doorgevoerd. Dit in het kader van samenwerkingen met andere diensten, aanbieden van een betere en uitgebreidere dienstverlening of om de werkbaarheid van de dienst te optimaliseren. Deze wijzigingen in de dagelijkse werking dwingen ons ertoe om het huishoudelijk reglement en de inschrijvingsformulieren aan te passen aan deze vernieuwingen.
Eveneens worden de ouderbijdragen herzien aan de hand van de indexatie.
Om ervoor te zorgen dat ouders alle nodige informatie ontvangen en kunnen raadplegen, is het noodzakelijk het huishoudelijk reglement aan te passen. Dit aangezien de dagelijkse werking werd aangepast in het kader van werkbaarheid, toegankelijkheid en een betere dienstverlening. Alle wijzigingen werden in het geel aangeduid in het document 'HHR_BKO_20222023'. Ook de huidige versie van 2022 'HHR_BKO_2022' en de nieuwe versie 'HHR_BKO_2023' zijn in bijlage terug te vinden.
Het vernieuwde inschrijvingsformulier is tevens in bijlage terug te vinden 'Inschrijvingsformulier_2023', alsook de schriftelijke overeenkomst.
- De contactgegevens van de dienst werden aangepast aangezien dienst Buitenschoolse Kinderopvang een loketfunctie opstartte in het stadhuis.
Ouders geven toestemming aan de dienst voor het ontvangen van de nieuwsbrief. Op deze manier kunnen we alle ouders beter bereiken.
- Tijdens (sommige) vakantieperiodes is er een samenwerking met dienst Jeugd. Informatie omtrent openingsuren, breng- en afhaalmomenten en eventuele boetes werden toegevoegd.
- Het dossier van elk kind moet jaarlijks hernieuwd worden om zo over correcte informatie te beschikken en het dossier actief te kunnen houden. Er wordt hiervoor een dossierkost aangerekend van 5,00 euro per kinddossier.
- Er wordt een nieuw reservatiesysteem voor de zomervakantie toegepast vanaf 2023 om zo betere dienstverlening aan te bieden. Op deze manier zijn we meer afgestemd met de organisatoren van sport-, thema- en jeugdkampen. Ouders kunnen 1 week (7dagen) inschrijven voor juli en augustus, nadat ze hun bevestiging van hun plaatsen ontvingen kunnen ze 7 dagen gratis annuleren. Dit nieuwe inschrijvingssysteem biedt ouders de kans zich sneller voor te bereiden op en vroeger in te schrijven voor de zomervakantie. Ze krijgen één week gratis annulatietijd om zo boetes door laattijdig annuleren te voorkomen. Nadien kunnen ouders nog reserveren zonder voorrangsregels tot de capaciteitsgrens is bereikt (dit ligt in lijn met de dagelijkse werking van de dienst).
- De informatie omtrent annuleren werd overzichtelijker gemaakt en anders geformuleerd zodat dit duidelijker leesbaar is. Ouders krijgen nu ook recht op gratis annuleren indien ze slechts een halve dag plaats hebben ipv een volledige dag. De annulatieprocedure voor annuleren zonder attest werd aangepast om vrijgekomen plaatsen te kunnen aanbieden aan ouders op de reservelijst.
- Afspraken omtrent busvervoer voor kinderen uit het buitengewoon onderwijs werden toegevoegd. De dienst werkt reeds jaren op dergelijke manier maar dit stond nog niet specifiek opgenomen in het huishoudelijk reglement.
- Informatie omtrent een ongeval in de buitenschoolse kinderopvang en verzekeringen werd toegevoegd.
- Toevoeging van de rechten van ouders omtrent opzeg, volgens wettelijke bepalingen vanuit de Vlaamse Overheid.
- Het inschrijvingsformulier werd herzien. Op deze manier dienen ouders slechts 1 formulier in te vullen en te onderteken, op heden zijn dit 3 verschillende documenten.
Er werd meer aandacht besteed aan vragen die de nood aan specifieke ondersteuning nagaan. Op deze manier kan onze werking beter inspelen op de noden van de ouder en het kind.
- De schriftelijke overeenkomst moet worden ondertekend door aanvrager en aanbieder. Hierin moeten volgende zaken worden opgenomen: omschrijving van het opvangaanbod en de voorwaarden ervan, met minstens het opname- en prijsbeleid. Het document werd aangepast aan de nodige vereisten.
- De ouderbijdragen worden aangepast aan de index:
voor- en naschools 0,91 euro per begonnen half uur (nu 0,81 euro)
woensdagmiddag, schoolvrije dagen en vakantiedagen 3,43 euro (nu 3.04 euro) voor een verblijfsduur van minder dan 3 uur / 5,17 euro (nu 4.59 euro) voor een verblijfsduur tussen 3 uur en 6 uur / 10,34 euro (nu 9.17 euro) voor een verblijfsduur vanaf 6 uur.
Besluit van de Vlaamse Regering van 16 oktober 2020 tot toekenning van een kwaliteitslabel aan organisatoren van kleuteropvang.
Decreet van 3 mei 2019 houdende de organisatie van buitenschoolse opvang en de afstemming tussen buitenschoolse activiteiten.
Gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen,
Gemeenteraadsbesluit van 20/12/2021:
2021_GR_00425 - Buitenschoolse Kinderopvang - Huishoudelijk reglement wijziging - Goedkeuring
Keurt de aanpassingen in het huishoudelijk reglement van de dienst Buitenschoolse Kinderopvang goed.
Keurt de aanpassing van het inschrijvingsformulier en de schriftelijke overeenkomst van de dienst Buitenschoolse Kinderopvang goed.
Keurt de herziening van de ouderbijdragen, aan de hand van de indexatie, goed:
voor- en naschools 0,91 euro per begonnen half uur
woensdagmiddag, schoolvrije dagen en vakantiedagen:
3,43 euro voor een verblijfsduur van minder dan 3 uur
5,17 euro voor een verblijfsduur tussen 3 uur en 6 uur
10,34 euro voor een verblijfsduur vanaf 6 uur.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de secundaire uitvoeringsmodaliteiten van dit Besluit
De voorbije jaren werkt de Stad zeer nauw samen met Katrol vzw in het kader van studie- en opvoedingsondersteuning voor kinderen ingeschreven in het basisonderwijs. Deze samenwerking wordt als bijzonder waardevol en positief ervaren.
De Katrol vzw voerde ook een proefproject uit in het kader van innovatieve onderwijsprojecten binnen het subsidiereglement 'Iedereen Mee'. Het project betrof tutoring om leerachterstand weg te werken in de eerste graad secundair onderwijs, onontgonnen terrein in de Stad Oostende. Het project kwam hiermee tegemoet aan een nood gesignaleerd door ouders en jongeren, en werd mede ondersteund door de Oostendse secundaire scholen. Het project werd zeer positief geëvalueerd.
Daarnaast ontwikkelde de Stad met projectmiddelen een eigen zomerschool, met de focus op taalstimulering en taalverwerving Nederlands, genaamd 'ABC aan zee'. Aan 'ABC aan zee' namen meer dan honderd kinderen deel. Het is een werking die sterk bevraagd blijft door het onderwijsveld, haar partners en de gezinnen zelf. Taalstimulering en taalverwerving Nederlands zijn cruciaal voor de gehele leerloopbaan van kinderen. Het leren van taal is van essentieel belang voor een optimale sociale, emotionele en intellectuele ontwikkeling. Lerarenteams en schoolleiders zetten hier dus sterk op in, vooral bij kinderen en jongeren die van thuis uit anderstalig zijn. Belangrijk is om deze inspanningen ook vol te houden tijdens de schoolvakanties, en hiertoe een krachtige taalleeromgeving in te richten met oefenkansen op maat, gekoppeld aan sport en spel. Het opsporen, remediëren of voorkomen van leerverlies en -achterstand staat centraal, met bijzondere aandacht voor de meest kwetsbare doelgroepen.
De Stad wenst, als antwoord op de blijvende noden binnen de doelgroep en signalen uit het werkveld, beide projecten een structurelere plaats te geven door middel van een addendum aan de overeenkomst van Katrol vzw.
De Katrol vzw heeft al jaren zowel ervaring in sociale sector als de onderwijssector en weet beide zeer goed te verenigen. Ze werkt ook al bijzonder lang samen met hogescholen in het kader van stages en heeft dus veel ervaring in het coachen van mensen bij uitvoering van projecten met kwetsbare gezinnen. Hierdoor heeft de Katrol de verschillende schoolse studiebegeleidingsprojecten onder haar vleugels. Dit zorgt zowel voor een efficiëntiewinst als voor een expertisebundeling.
Het studiebegeleidingsproject wordt gefinancierd met middelen Plan Samenleven van 01 januari 2023 tot en met 31 december 2025 onder voorbehoud van goedkeuring Meerjarenplan 2022-2025.
De focus binnen dit project voor de kinderen/jongeren eerste graad secundair onderwijs ligt op:
De Paas- en Zomerschool, bestaande uit zowel een week werking in de paasvakantie, twee weken zomervakantie als uit diverse taalstimulerende activiteiten doorheen het werkjaar, wordt gefinancierd met restmiddelen van de Oostendebon van 01 december 2022 tot en met 30 november 2024 onder voorbehoud van goedkeuring Meerjarenplan 2022-2025.
De focus binnen dit project voor kinderen en jongeren met een nood aan oefenkansen Nederlands ligt op:
Het uitbouwen van de werking Paas- en Zomerschool gebeurt in nauwe samenwerking met partners, in het bijzonder met Samen Divers vzw.
Het Meerjarenplan en Meerjarenbudget 2020-2025.
AP 040101 – P – Het stadsbestuur heeft een regierol inzake integratiebeleid
A 04010102 – De dienst Mens en Maatschappij zet een samenwerking op met partnerorganisaties in kader van het integratiebeleid, waarbij expertise, projecten en middelen gezamenlijk ingezet kunnen worden.
OD 0505 – P – IN OOSTENDE HEBBEN ALLE KINDEREN RECHT OP ONDERWIJS EN OPVANG, ONDERSTEUND DOOR EEN EFFICIËNT FLANKEREND BELEID.
AP 050501 – P – De stad Oostende ontwikkelt en implementeert samen met de andere actoren in het onderwijs een actieplan dat kleuterparticipatie moet verhogen, schooluitval moet aanpakken en op een doeltreffende manier spijbelen tegengaat.
A 05050104 - De dienst onderwijs stimuleert innoverende onderwijsprojecten en voorziet hiervoor ondersteuning.
Het Armoedebeleidsplan 2020-2025.
Hefboom 5. Een gekwalificeerde uitstroom uit het secundair Onderwijs voor elke Oostendse jongere – ACTIE 33 Innoverende onderwijsprojecten stimuleren om gelijke onderwijskansen te optimaliseren.
Keurt onder voorbehoud van de goedkeuring van de budgetten Meerjarenplan 2022-2025 het addendum Samenwerkingsovereenkomst inzake uitvoering van de Katrol, studie- en opvoedingsondersteuning aan huis: uitbreiding studieondersteuning en Paas- en Zomerschool, goed.
Voor de Vogelwijk geldt op vandaag een Bijzonder Plan van Aanleg, met name BPA 103 Autosnelweg-Gistelsesteenweg. Het BPA is meer dan vijftien jaar oud en heeft nood aan een herziening van de voorschriften om het ruimtelijk rendement - met name voor de sociale huisvestingswijk 'Vogelwijk' - te optimaliseren en de concepten van het Witboek Beleidsplan Ruimte Vlaanderen verder uit te voeren.
Ondertussen is er voldoende zicht op de gewenste ontwikkelingen dat het zinvol lijkt om deze in een meer gedetailleerd plan te verankeren. Op die manier ontstaat er een meer gedetailleerd toetsingskader voor vergunningen en krijgen bestaande en toekomstige bewoners/gebruikers een juridisch verankerd beeld van de te verwachten ontwikkelingen enerzijds en de geplande groenvoorzieningen anderzijds.
De procedure voor een RUP Vogelwijk werd ondertussen opgestart, het planteam werd vastgelegd en de eerste planteamvergaderingen werden georganiseerd.
Op 10 september 2021 werd de opdracht gegeven aan het AGSO om dit RUP op te maken.
Op 03 december 2021 vond een eerste overleg plaats tussen de leden van het planteam.
Op 24 januari 2022 vond een tweede overleg plaats tussen de leden van het planteam.
De startnota en procesnota werden opgemaakt voor publieke raadpleging.
De publieke raadpleging werd georganiseerd tussen 18/02/2022 en 18/04/2022. Er werd een participatiemoment gehouden, fysiek, op 14/03/2022. Het verslag van dit participatiemoment werd opgeladen via de geijkte kanalen.
Gelijktijdig werd een adviesvraag georganiseerd waarbij alle bevoegde instanties om advies werden gevraagd. Alle adviezen werden ontvangen.
De ontwerper wijzigde de inhoud van het RUP volgens de opmerkingen ontvangen uit de adviesvraag en de publieke raadpleging.
Op vandaag bevindt het RUP Vogelwijk zich in de derde fase: het voorontwerp. Tijdens deze fase wordt het ontwerpplan en de effectbeoordeling opgemaakt. Deze fase eindigt bij de voorlopige vaststelling van het plan door de gemeenteraad en het openbaar onderzoek. In deze fase wordt het ontwerp-GRUP en procesnota in vierde versie opgemaakt.
Het grafisch plan is opgemaakt. Ook de toelichtingsnota en een voorontwerp van de aangepaste stedenbouwkundige voorschriften liggen voor. In de scopingnota werden alle in de vorige fase nog ontbrekende stukken aangevuld.
Op 19/04/2022, één dag na de periode van publieke raadpleging, werden de startnota, procesnota en alle verkregen adviezen overgedragen aan MER Vlaanderen (ref. SCRI22036).
Binnen de aangepaste startnota (paragraaf 8) werd bij het scopinggedeelte (paragraaf 8.2.1) de mogelijke plan-MER-plicht/-screeningsgerechtigheid besproken. De scopingnota werd ter ontheffing doorgestuurd op 05/05/2022.Op 02/06/2022 werd beslist door MER Vlaanderen dat enkele aanpassingen noodzakelijk waren alvorens kon bepaald worden of de herziening van het RUP Vogelwijkscreeningsgerechtigd was. Op basis van hun opmerkingen werd de scopingnota aangepast en opnieuw ingediend ter screening op 05/07/2022.
Op 14/07/2022 werd door MER Vlaanderen beslist dat voor het voorliggend RUP geen plan-MER moet opgemaakt worden en het dus screeningsgerechtigd is.
Binnen het plangebied zijn er geen Seveso-inrichtingen aanwezig en het behoort niet tot de doelstellingen van het plan om deze toe te laten. Er dient voor het plangebied geen RVR te worden opgemaakt (zie beslissing). Daarom is er geen bijlage met een ruimtelijk veiligheidsrapport (RVR). De RVR-toets waaruit blijkt dat er geen RVR nodig is, is opgenomen in de toelichtingsnota.
Er zal een openbaar onderzoek worden georganiseerd. Zowel het ontwerp GRUP als de milieueffectenbeoordeling worden aan het openbaar onderzoek onderworpen. De bevolking kan hierop opmerkingen maken. Het openbaar onderzoek duurt 60 dagen. Dit openbaar onderzoek wordt minstens binnen de 30 dagen na de voorlopige vaststelling aangekondigd in het Belgisch Staatsblad. Het openbaar onderzoek start uiterlijk de dertigste dag (termijn van orde) nadat de aankondiging ervan in het Belgisch Staatsblad is verschenen.
Na de voorlopige vaststelling wordt het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan onmiddellijk opgestuurd naar de deputatie van de provincie waarin de gemeente ligt, naar het departement en naar de Vlaamse Regering.
§ 2. Het college van burgemeester en schepenen onderwerpt het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan samen met het ontwerp van de effectbeoordelingsrapporten aan een openbaar onderzoek dat binnen dertig dagen na de voorlopige vaststelling, vermeld in paragraaf 1, minstens wordt aangekondigd door een bericht in het Belgisch Staatsblad. Die termijn is een termijn van orde.
Neemt kennis van het ontwerp van de toelichtingsnota, procesnota, ontwerp van grafisch plan en stedenbouwkundige voorschriften voor het RUP Vogelwijk.
Keurt de toelichtingsnota, procesnota, ontwerp van grafisch plan en stedenbouwkundige voorschriften goed en geeft opdracht aan het AG Stadsvernieuwing Oostende om de procedure verder te zetten.
Mu.ZEE vzw verzoekt de Stad ten behoeve van de Administratie der Douane en Accijnzen borg te staan voor de vrijstelling van borg ten gevolge van de tijdelijke invoer van kunstwerken van buiten de EU-zone ten behoeve van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser'. Daartoe wordt met de Administratie der Douane en Accijnzen een verbintenis aangegaan en met Mu.ZEE vzw een overeenkomst gesloten. De expo vindt van 17 december 2022 tot en met 21 mei 2023 plaats in Mu.ZEE. De vrijstelling geldt voor de tentoonstellingsperiode, uitgebreid met de periode van 17 november 2022 tot en met 21 juli 2023 voor het heen- en terugtransport.
De Stad kan garant staan voor de vrijstelling van de borg ten gevolge van de tijdelijke invoer van kunstwerken van buiten de EU-zone ten behoeve van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser' in Mu.ZEE.
Op dit punt werd een amendement goedgekeurd met volgende tekst:
Ten behoeve van de tentoonstelling ‘Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser’ in Mu.ZEE wordt de Stad gevraagd borg te staan voor de vrijstelling van de accijnzen bij de invoer van internationale bruiklenen. Mu.ZEE verzocht op vrijdag 25/11/22 via mail om een extra werk toe te voegen aan de loan list. De lijst werd uitgebreid met het werk ‘Untitled’ van Lesley Vance.
Beslist zodoende om de bijlage 'Loan list Friends in a Field - douane' in besluit 2022_GR_0311 met als titel 'Internationale bruiklenen van kunstwerken ten behoeve van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser' - Verbintenis ten behoeve van de administratie der douane en accijnzen voor de vrijstelling van de borg ten gevolge van tijdelijke invoer en sluiting overeenkomst met Mu.ZEE vzw met betrekking tot de borgstelling - Goedkeuring' te vervangen door de bijlage hierbij 'Loan list Friends in a Field - douane versie2'
Brief van van Mu.ZEE vzw betreffende de vraag tot borgstelling ten behoeve van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser' in Mu.ZEE.
Loan list van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser'.
Gaat de verbintenis aan om de borgstelling ten overstaan van de Administratie der Douane en Accijnzen voor vrijstelling van borg ten gevolge van tijdelijke invoer van kunstwerken door Mu.ZEE vzw, Romestraat 11 in 8400 Oostende, ten behoeve van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser' op zich te nemen.
Sluit met Mu.ZEE vzw een overeenkomst met betrekking tot de borgstelling ten gevolge van de tijdelijke invoer van kunstwerken.
Ten behoeve van de tentoonstelling ‘Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser’ in Mu.ZEE wordt de Stad gevraagd borg te staan voor de vrijstelling van de accijnzen bij de invoer van internationale bruiklenen. Mu.ZEE verzocht op vrijdag 25/11/22 via mail om een extra werk toe te voegen aan de loan list. De lijst werd uitgebreid met het werk ‘Untitled’ van Lesley Vance.
Beslist zodoende om de bijlage 'Loan list Friends in a Field - douane' in besluit 2022_GR_0311 met als titel 'Internationale bruiklenen van kunstwerken ten behoeve van de tentoonstelling 'Friends in a Field. Conversations with Raoul De Keyser' - Verbintenis ten behoeve van de administratie der douane en accijnzen voor de vrijstelling van de borg ten gevolge van tijdelijke invoer en sluiting overeenkomst met Mu.ZEE vzw met betrekking tot de borgstelling - Goedkeuring' te vervangen door de bijlage hierbij 'Loan list Friends in a Field - douane versie2'
Reeds meer dan 30 jaar is het domein van Polyvalente zaal 't Bosjoenk voor veel organisaties en verenigingen een vaste stek om jaarlijks een activiteit of evenement te organiseren. Om deze sporadische verhuur op een efficiënte en vlotte manier te organiseren, is er een huishoudelijk reglement dat de voorwaarden vastlegt. De dienst Jeugd staat in voor de praktische opvolging van deze voorwaarden.
Voorgesteld wordt om een nieuw huishoudelijk reglement aan te nemen, hoofdzakelijk in functie van vereenvoudigde en transparantere dagvergoedingen:
Het huidige Huishoudelijk Reglement zaalverhuur Duin en Zee, goedgekeurd op 25 april 2022, werd als basis gebruikt om eenvormige regels in functie van zaalverhuur te voorzien voor de gebruikers.
Er wordt voorgesteld om het nieuwe reglement in werking te laten treden vanaf 1 januari 2023. Aanvragen ingediend voorafgaand aan deze datum zouden eveneens vallen onder het nieuwe reglement, met uitzondering van de oude tarieven die blijven gelden voor deze oude aanvragen in de overgangsfase (zie overgangsbepaling art. 19 van het nieuwe reglement).
Gemeenteraadsbesluit 30 van 29 augustus 2014 houdende de aanpassing huishoudelijk reglement van Duin en Zee, 't Bosjoenk, Hangaar 1 en Elysée.
Heft het huishoudelijk reglement zaalverhuur van polyvalente zaal 't Bosjoenk, goedgekeurd in zitting van 29 augustus 2014, op.
Keurt het nieuw huishoudelijk reglement zaalverhuur van polyvalente zaal 't Bosjoenk goed.
Op 26 april 2021 keurde de Gemeenteraad het nieuwe Reglement betreffende huwelijksplechtigheden goed.
Door de stijgende loon- en energiekosten en de stijgende materiaalprijzen is het aangewezen om een aantal aanpassingen aan het Reglement betreffende huwelijksplechtigheden door te voeren.
Zo zullen er -naar analogie met de andere centrumsteden- geen recepties meer aangeboden worden door de Stad na de huwelijksplechtigheden.
De retributies voor de huwelijksplechtigheden worden aangepast maar de koppels blijven de mogelijkheid hebben om gratis te huwen op dinsdagvoormiddagen.
Het aangepaste Reglement betreffende huwelijksplechtigheden zal van toepassing zijn voor huwelijksplechtigheden waarvan de aangifte gebeurd is vanaf 1 januari 2023. Voor huwelijksplechtigheden waarvan de aangifte gebeurd is vóór 1 januari 2023, blijft het Reglement betreffende huwelijksplechtigheden, goedgekeurd door de Gemeenteraad op 26 april 2021, nog van kracht.
Aan de Gemeenteraad wordt gevraagd om het aangepaste Reglement betreffende huwelijksplechtigheden -zoals toegevoegd in bijlage- goed te keuren .
- Gemeenteraadsbesluit 2021_GR_00108 van 26 april 2021.
- Meerjarenplan 2020_2025.
Keurt het aangepaste Reglement betreffende huwelijksplechtigheden -zoals toegevoegd in bijlage- goed.
Keurt goed dat het bestaande reglement betreffende huwelijksplechtigheden, goedgekeurd door de Gemeenteraad op 26 april 2021, blijft gelden voor alle huwelijksaangiften die vóór 1 januari 2023 gebeuren of gebeurd zijn.
Verleent aan het College van Burgemeester en Schepenen het mandaat om verder te beslissen m.b.t. mogelijke secundaire modaliteiten en verdere concrete uitwerkingen van het aangepaste Reglement betreffende huwelijksplechtigheden.
Begrafenisrituelen en herdenkingsnoden evolueren voortdurend. Inwoners, met of zonder migratieachtergrond, willen waardig afscheid nemen van overledenen. Sommigen wensen dan ook een geïndividualiseerde concessie. Het laatste Stedelijk reglement op de grafvergunningen dient geactualiseerd te worden om aan die huidige situatie rond begraven en concessies op de begraafplaatsen.
Volgende wijziging worden voorgesteld aan artikelen 33 en 37 van dit reglement om columbariums en urnenvelden meer te kunnen individualiseren.
De mogelijk wordt aangeboden om de afdekplaat van het columbarium of urnenveld aan te kopen en deze naar eigen ontwerp te laten graveren. Enkel de volgende gegevens dienen verplicht opgenomen te worden: de aanwijzer, de naam, de voornaam, het geboorte- en overlijdensjaar van de bijgezette perso(o)n(en). Dit wil dus zeggen dat de nabestaanden ervoor kunnen kiezen om een eigen tekst, foto of tekening op te laten nemen op de afdekplaat.
Met deze wijziging kunnen nabestaanden, na het beëindigen van de concessie, dan ook iets tastbaar verkrijgen als herinnering. De afdekplaat wordt dan aanzien als grafbekleding dat eigendom is van de nabestaanden.
Decreet van 16 januari 2004 op de begraafplaatsen de lijkbezorging
Keurt het gewijzigde Stedelijk reglement op de grafvergunningen goed, zoals bijgevoegd bij huidig besluit.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de secundaire uitvoeringsmodaliteiten.
De ramingen van het budget moeten soms worden aangepast aan de realiteit. Een budgetwijziging die niet binnen de perken van het meerjarenplan blijft, moet voorgelegd worden aan de gemeenteraad voor goedkeuring.
Conform het eredienstdecreet van 7 mei 2004, moeten de erediensten hun budgetwijziging binnenbrengen bij het gemeentebestuur. De Anglicaanse eredienst heeft hun budgetwijziging ingediend via Religiopoint op 14 oktober 2022 en de meerjarenplanwijziging.
Met betrekking tot deze budgetwijziging 2022 en meerjarenplanwijziging heeft het centraal comité van de Anglicaanse eredienst, het erkend representatief orgaan, advies gegeven via Religiopoint.
Een budgetwijziging en meerjarenplanwijziging moeten voorgelegd worden aan en goedgekeurd worden door de gemeenteraad in volgende gevallen:
1. De exploitatietoelage uit het oorspronkelijke meerjarenplan blijkt ontoereikend te zijn en moet verhoogd worden.
2. Men wil de gemaakte afspraken uit het oorspronkelijke meerjarenplan wijzigen.
3. De financieringswijze van een investering moet definitief gewijzigd worden.
4. Het totaal van de uitgaven van één van de hoofdfuncties van de investeringen volstaat niet voor de geplande investeringen en moet opgetrokken worden, behalve als de investering het gevolg is van verdisconteringen, of het gevolg van beleggingen die gecompenseerd worden door extra investeringsontvangsten, of het gevolg van de verschuiving van een investering van het ene naar het daaropvolgende boekjaar binnen hetzelfde meerjarenplan.
De exploitatietoelagen (MAR 900) van de hieronder vermelde Anglicaanse kerk evolueert als volgt in de budgetwijziging 2022:
| Exploitatietoelagen Stad (deel Oostende) | Budget 2022 | Verschil | BW 2022 (MAR 900) KF | MJP 2022 |
| Anglicaanse kerk | 118.917,55 € | 8.370,12 € | 127.287,67 € | 148.489,94 € |
Er zijn geen investeringen of doorgeefleningen in 2022.
Het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 48-50.
Het Besluit van 13 oktober 2006 van de Vlaamse Regering houdende het Algemeen Reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, inzonderheid de artikelen 12 en 22-24.
Keurt de budgetwijziging 2022 en meerjarenplanwijziging 2020-2025 goed van de Anglicaanse kerk.
Geeft kennis van de goedkeuring aan de Provinciegouverneur, Anglicaanse eredienst en het Centraal Comité van de Anglicaanse eredienst, het erkend representatief orgaan.
De Anglicaanse eredienst diende op 14 oktober 2022 het volledige dossier houdende het budget 2023 in van de Anglicaanse kerk.
Met betrekking tot dit budget 2023 verleende het Centraal Comité van de Anglicaanse eredienst, het erkend representatief orgaan, gunstig advies.
De Anglicaanse eredienst diende op 14 oktober 2022 het volledige dossier houdende het budget 2023 in bij het stadsbestuur van Oostende.
In de exploitatierekening wordt het tekort bijgepast door de exploitatietoelage van de Stad:
| Kerkfabriek (deel Oostende) | Geactualiseerd budget 2022 | 2023 in het MJP 20-25 | MAR 900 in budget 2023 |
| Anglicaanse eredienst |
127.287,67 euro |
137.867,47 euro | 137.867,47 euro |
De terugbetalingen van de kapitaalaflossingen en intresten zitten inbegrepen in de exploitatietoelage tbv 137.867,47 euro.
De correcte bedragen van intrest- en kapitaalaflossingen werden gebudgetteerd in 2023 waardoor de exploitatietoelage is verhoogd en het meerjarenplan aangepast.
Er worden geen investeringen voorzien voor 2023.
Het decreet van 07 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid op de artikelen 32, 33, 47, 48, 49, 112, 113, 148, 149, 184 en 185.
Het besluit van 13 oktober 2006 van de Vlaamse Regering houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de besturen van de erkende erediensten en van de centrale besturen van de erkende erediensten, inzonderheid op de artikelen 12, 17, 18, 19, 20 en 21.
Keurt het budget 2023 en meerjarenplanwijziging 2020-2025 goed van de Anglicaanse eredienst.
Geeft kennis van de goedkeuring aan de Provinciegouverneur, de Anglicaanse eredienst en het Centraal Comité van de Anglicaanse eredienst, het erkend representatief orgaan.
De Gemeenteraad wil op de hoogte worden gebracht van de overheidsopdrachtendossiers, waarvan zij de gunningswijze heeft goedgekeurd, die tijdens de afgelopen maand werden gesloten.
Van volgende overheidsopdrachtendossiers heeft de sluiting plaats gevonden tussen 10 oktober 2022 en 14 november 2022:
270.D.035 - Aanstellen van ICT-architect voor de "ICT-integratie AZ Oostende" via perceel 3 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek
Op dit punt werd een amendement goedgekeurd met volgende tekst:
Door een materiële vergissing werd in het verslag van nazicht dat integraal deel uitmaakt van de gunningsbeslissing van 28 oktober 2022 (2022_VB_00869 - 270.D.035 - Aanstellen van ICT-architect voor de "ICT-integratie AZ Oostende" via perceel 3 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek - Gunning - Goedkeuring) een verkeerde indiendatum en tevens gewijzigde datum voor het indienen van de offerte opgenomen. Om de tegenspraak in dit verslag weg te werken diende bovengenoemd besluit gewijzigd te worden. Het verslag van nazicht werd bij besluit van 25 november 2022 vervangen door een verbeterde versie. Deze besluiten dienen zodoende samen gelezen te worden.
Beslist zodoende om het besluit 2022_VB_00936 van 25 november 2022 met als titel "270.D.035 - Aankopen - ICT - Aanstellen van ICT-architect voor de "ICT-integratie AZ Oostende" via perceel 3 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek - Wijziging besluit 00869 Vast Bureau van 28 oktober 2022 - Goedkeuring" aanvullend te koppelen aan het gemeenteraadsbesluit 2022_GR_00347 - Aankopen - Uitslag - Kennisneming.
Ongekend
Neemt kennis van volgende overheidsopdrachten waarvan de sluiting plaats vond tussen 10 oktober 2022 en 14 november 2022:
270.D.035 - Aanstellen van ICT-architect voor de "ICT-integratie AZ Oostende" via perceel 3 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek
Door een materiële vergissing werd in het verslag van nazicht dat integraal deel uitmaakt van de gunningsbeslissing van 28 oktober 2022 (2022_VB_00869 - 270.D.035 - Aanstellen van ICT-architect voor de "ICT-integratie AZ Oostende" via perceel 3 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek - Gunning - Goedkeuring) een verkeerde indiendatum en tevens gewijzigde datum voor het indienen van de offerte opgenomen. Om de tegenspraak in dit verslag weg te werken diende bovengenoemd besluit gewijzigd te worden. Het verslag van nazicht werd bij besluit van 25 november 2022 vervangen door een verbeterde versie. Deze besluiten dienen zodoende samen gelezen te worden.
Beslist zodoende om het besluit 2022_VB_00936 van 25 november 2022 met als titel "270.D.035 - Aankopen - ICT - Aanstellen van ICT-architect voor de "ICT-integratie AZ Oostende" via perceel 3 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek - Wijziging besluit 00869 Vast Bureau van 28 oktober 2022 - Goedkeuring" aanvullend te koppelen aan het gemeenteraadsbesluit 2022_GR_00347 - Aankopen - Uitslag - Kennisneming.
Burgemeesterbesluiten opgemaakt door de dienst Wonen.
Conformiteitsattesten opgemaakt door de dienst Wonen.
Processen-verbaal opgemaakt door Agentschap Wonen Vlaanderen.
Ministeriële Besluiten opgemaakt door de Vlaamse overheid.
1) Burgemeesterbesluit van 04 oktober 2022, houdende ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van een woning gelegen Lijndraaiersstraat 50 0101, eerste verdieping.
2) Conformiteitsattest van 05 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Leffingestraat 273, eengezinswoning met twee slaapkamers, bureel en berging.
3) Burgemeesterbesluit van 27 september 2022, houdende ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woningen gelegen Dokter Eduard Moreauxlaan 57, 0001, 0101 en 0201, gelijkvloerse verdieping, eerste verdieping en tweede verdieping.
4) Burgemeesterbesluit van 04 oktober 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Torhoutsesteenweg 234 (0301), tweede verdieping links.
5) Burgemeesterbesluit van 07 oktober 2022, houdende de opheffing ongeschiktverklaring na herbestemming van de woning gelegen Koningsstraat 63 (0104-0204-0304).
6) Burgemeesterbesluit van 04 oktober 2022, houdende de onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Romestraat 8 (0002), tussenverdieping gelijkvloers-eerst achteraan.
7) Burgemeesterbesluit van 04 oktober 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woningen gelegen Romestraat 8 (0002-0101), tussenverdieping gelijkvloers-eerste achteraan en eerste verdieping.
8) Burgemeesterbesluit van 07 oktober 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woningen gelegen Leffingestraat 93 (0101-0201), eerste en tweede verdieping.
9) Burgemeesterbesluit van 07 oktober 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Kapucijnenstraat 21 0201, tweede verdieping.
10) Conformiteitsattest van 20 september 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Nieuwpoortsesteenweg 28 bus 0001, tweeslaapkamerappartement.
11) Conformiteitsattest van 20 september 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Nieuwpoortsesteenweg 28 bus 0201, tweeslaapkamerappartement.
12) Conformiteitsattest van 20 september 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Nieuwpoortsesteenweg 30 bus 0001, tweeslaapkamerappartement.
13) Conformiteitsattest van 20 september 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Nieuwpoortsesteenweg 30 bus 0201, tweeslaapkamerappartement.
14) Ministerieel Besluit van 05 oktober 2022 over de ongeschiktverklaring van de woning gelegen Mariakerkelaan 130 bus 0001.
15) Burgemeesterbesluit van 07 oktober 2022, houdende de onbewoonbaarverklaring van de woningen gelegen Noord-Edestraat 1 (0201-0202), tweede verdieping links en rechts.
16) Proces-verbaal van vaststelling van uitvoering na een vonnis van 28 september 2022 over een zelfstandige woning gelegen Plakkersstraat 6.
17) Burgemeesterbesluit van 30 september 2022, houdende de opheffing ongeschiktverklaring na herbestemming van de woning Noord-Edestraat 1 (0001), gelijkvloerse verdieping.
18) Conformiteitsattest van 13 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Leopold II-laan 10 (19), eenslaapkamerappartement.
19) Conformiteitsattest van 12 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Lindenlaan bus 0201, tweeslaapkamerappartement, leefruimte, keuken, berging, wc en badkamer.
20) Burgemeesterbesluit van 07 oktober 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woning gelegen Werkzaamheidstraat 8 0001, duplexappartement op gelijkvloerse en eerste verdieping.
21) Conformiteitsattest van 07 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Vredestraat 15, rijwoning.
22) Conformiteitsattest van 21 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Leffingestraat 279, gesloten woning met twee bouwlagen onder zadeldak.
23) Conformiteitsattest van 19 september 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Peter Benoitstraat 2A (0101), inkomhal via Peter Benoitstraat met leefruimte, keuken, slaapkamer en badkamer met intern wc.
24) Conformiteitsattest van 06 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Frère-Orbanstraat 114 (0101), tweeslaapkamerappartement met afgesloten keuken.
25) Conformiteitsattest van 11 oktober 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Prinsenlaan 30 (0001), halfverzonken gelijkvloerse verdieping.
26) Proces-verbaal van vaststelling van uitvoering van een herstelvordering van 03 november 2022 over de woningen gelegen Edith Cavellstraat 8 (0101, 0201, 0301 en 401).
27) Burgemeesterbesluit van 28 oktober 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Karel Janssenslaan 3 (0201), 2de verdieping.
28) Burgemeesterbesluit van 08 november 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Timmermanstraat 14, eengezinswoning.
29) Burgemeesterbesluit van 08 november 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Blauwkasteelstraat 37 (0001-0101), gelijkvloerse verdieping en eerste verdieping.
30) Burgemeesterbesluit van 08 november 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Thomas Van Loostraat 7 (0301), derde verdieping.
31) Burgemeesterbesluit van 04 november 2022, houdende de onbewoonbaarverklaring van een woning gelegen Noord-Edestraat 1 (0101), eerste verdieping.
32) Ministerieel Besluit van 24 oktober 2022 over de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van een woning gelegen Zuidstraat 7.
Burgemeestersbesluiten dienen ter kennisgeving aan de Gemeenteraad te worden voorgelegd.
Conformiteitsattesten dienen ter kennisgeving aan de Gemeenteraad te worden voorgelegd.
Processen-verbaal dienen ter kennisgeving aan de Gemeenteraad te worden voorgelegd.
Ministeriële Besluiten dienen ter kennisgeving aan de Gemeenteraad te worden voorgelegd.
Neemt kennis van de mededelingen.