Overeenkomstig de bepalingen van een akte die op 01 februari 1996 werd verleden voor de heer Julien Goekint, Burgemeester van de Stad Oostende, tussen de Stad en de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert, beschikt de Stad over het recht van terugkoop ingeval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Bij brief van 18 mei 2022 heeft notariskantoor De Maesschalck ons Bestuur ingelicht dat de huidige eigenaar de grond wenst over te dragen aan de heer Tim Vandenabeele. De voornoemde koper zal de huidige activiteiten, die verband houdt met 'handel en verdeling en opslag van vloeibare brandstoffen', niet verderzetten. De nieuwe activiteiten worden: "tuinonderhoud, sorteren van metalen, grondwerken en stokkering van tuinafval en metalen".
Het goed behoort op vandaag toe aan de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert, voor de oprichting en uitbating van een bedrijf met als activiteitenhandel en verdeling en opslag van vloeibare brandstoffen', ingevolge de beslissing van de Gemeenteraad van 15 december 1995, waarbij de voorwaarden voor de verwerving van het lot industriegrond werden vastgelegd.
De voornoemde echtgenoten waren er eigenaar van geworden, ingevolge de aankoop ervan jegens de stad Oostende, waarvan de akte op 01 februari 1996 werd verleden voor de heer Julien Goekint, Burgemeester.
De huidige activiteiten worden niet overgenomen en gewijzigd naar : "tuinonderhoud, sorteren van metalen, grondwerken en stokkering van tuinafval en metalen" (zie 'brf notaris de maesschalck voorkooprecht hooggeleedstraat.pdf).
In de voormelde akte is bepaald dat de Stad beschikt over het recht van terugkoop overeenkomstig artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie - vervangen door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering - in het geval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Overwegende dat de Stad op heden het goed niet doelmatig kan aanwenden voor industriële of gemeenschapsdoeleinden, heeft het op heden geen zin dat de Stad eigenares zou worden van het goed. Derhalve is het aangewezen dat de Stad afziet van de uitoefening van het recht van terugkoop.
De dienst Vergunningen - directie Omgeving bezorgde op 04 juni 2022 een positief advies m.b.t. de wijziging van activiteiten (zie 'advies Omgeving.pdf' in bijlage).
Artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat vervangen is door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering.
Oefent het recht van terugkoop, bepaald bij artikel 32 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat werd vervangen door Hoofdstuk IV van het Decreet ruimtelijke economie van 13 juli 2012, niet uit ter gelegenheid van de geplande verkoop uit de hand van een lot industriegrond gelegen Hooggeleedstraat 6 in Oostende, bij het kadaster gekend in de 12de afdeling, sectie A, als nummers 242 R P0000 en 242 N P0000, voor een totale oppervlakte volgens het Kadaster van 2.215,90m², toebehorend aan de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert.
Verwijst naar het recht van kosteloze overweg en oppervlaktebeschikking van de strook grond, gelegen tussen de percelen 210 L 2 P0000 en 210 Z P0000, met een oppervlakte van 214,89m², bij het Kadaster gekend in de 12de afdeling sectie A als nummer 210 G 2 P0000, waarvan de bedding toebehoort aan de TMWV in Gent.
Het afzien door de Stad van de uitoefening van het recht van terugkoop is eenmalig en de Stad behoudt voor de toekomst het recht van terugkoop ten opzicht van de overnemer van het goed, en zal het kunnen uitoefenen in het geval de verwervende partij de opgelegde bestemming ervan of één der andere voorwaarden die aan de overname zijn verbonden, niet zou naleven.
Alle voorwaarden en verplichtingen die in de akte van 01 februari 1996 betreffende de verkoop door de Stad aan de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert werden opgelegd, blijven mutatis mutandis van kracht ten opzichte van de koper, die derhalve in alle rechten en verplichtingen van de verkoper treedt.
De voorschriften van het Gewestplan "Oostende-Middenkust", dat bij een Koninklijk Besluit van 26 januari 1977 werd vastgesteld, moeten strikt nageleefd worden. Volgens deze voorschriften moet op het goed een industriële of ambachtelijke activiteit worden uitgeoefend, met uitsluiting van enige vorm van verkoop in detail aan verbruikers. Het terrein mag geenszins worden aangewend als open stortplaats voor verwezen materialen.
De verwervende partij heeft er kennis van dat de Stad bij de overdracht van industriegronden aan een rechtspersoon de volgende verplichtingen oplegt :
De verwervende partij moet voldoen aan de voorschriften van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. Dit behelst dat zij voor de gevraagde exploitatie, voor zover het een hinderlijk ingedeelde inrichting betreft, naar gelang de klasse waartoe de inrichting behoort, hetzij een melding moet doen, hetzij de nodige aanvraag moet doen om de gevraagde activiteiten te mogen uitvoeren.
De bovenvermelde opgesomde bepalingen moeten in de akte van overdracht worden ingelast.