Toelichting: We weten weinig over de stand van zaken i.v.m. de fusie tussen AZ Damiaan en het Henri Serruys ziekenhuis. Tevens weten we weinig over het Pit-systeem voor 112 ziekenwagens.
Vragen:
1) Hoever staat het met de fusieplannen tussen AZ Damiaan en Henri Serruys ziekenhuis Oostende ?
2) Wat zal de defusie tussen Henri Serruysziekenhuis Oostende en Sint Jan Brugge kosten ?
3 )Hoe is de vergadering van 11 mei met het personeel van het Henri Serruys ziekenhuis verlopen ?
4) Wat is de reden dat sommige afdelingen van het Henri Serruys ziekenhuis tijdelijk gesloten worden ?
5) Kan er nagedacht worden over een pit-systeem ?
6) Is er met het stadsbestuur reeds nagedacht over het probleem om vrijwilligers te vinden bij de brandweer van Oostende ?
Door de coronamaatregelen werd het concert van Rammstein in Oostende verschoven van 10 juni 2020 naar 7 augustus 2021 om uiteindelijk pas mogelijk te zijn op 3 augustus 2022. Ondertussen blijkt de Europese tour van Rammstein een dermate succes dat er een extra concert werd toegevoegd in België, nl, een extra concert in Oostende op 4 augustus 2022. Oostende zal dus 2 dagen gaststad zijn voor Rammstein.
Op een goede vijf weken van dit enorm evenement voor onze stad - alvast het eerste en grootste evenement ooit voor de Nieuwe Koers, enkele vragen:
Beste,
Verkeersveiligheid moet altijd prioritair zijn in een stad als Oostende. Op 3 mei 2022 startte het project veilige schoolomgeving op de konterdam.We merken dat er heel wat bezorgdheden zijn vanuit de buurtbewoners. Betrokkenheid van buurtbewoners bij dergelijk project is zeer belangrijk.
Hierbij volgende vragen
1.Bent u bereid het overleg met de buurt alsnog te houden voor de zomer?
2.Bent u ingevolge bereid om aanpassingen te doen die de veiligheid niet verlagen en het toch leefbaarder maken?
Dank u !
Karel Labens
Motivatie: Tijdens de mooie warme dagen van de laatste weken en tijdens het Pinksterweekend werd Oostende weerom geconfronteerd met afvaloverlast veroorzaakt door de grote volkstoeloop en dit op de Westerstekdam, het klein strand, de Zeedijk en de Visserskaai.
Vragen:
1) Hoeveel processen-verbaal tegen sluikstorten werden uitgeschreven de laatste twee weekends ?
2) Bestaat er een mogelijkheid om een sensibiliseringscampagne inzake netheid te voeren gericht naar de dagtoeristen die vooral met de trein komen ?
2) Kan extra toezicht gehouden worden op het sluikstorten ?
Afgelopen dinsdag doken op sociale media kortstondig videobeelden op van enkele jongeren die, uit de beelden en verklaringen van omwonenden op te maken, deelnemen aan illegale georganiseerde vechtpartijen op een pleintje achter de Sint Jozefkerk.
Hieromtrent had ik graag volgende vragen gesteld:
- Is de politie op de hoogte van dit incident van afgelopen dinsdag?
- Heeft de politie weet van deze problematiek en eventuele eerdere incidenten?
- Welke stappen zal de politie ondernemen om deze problematiek aan te pakken en dergelijke praktijken in onze stad verder te vermijden?
Motivatie: Onlangs werd het nieuw strategisch beleidsplan van Toerisme Oostende voorgesteld.
Vragen:
1) Het beleidsplan loopt van 2022 tot 2027. Welke realisaties denkt U te kunnen verwezenlijken binnen deze legislatuur ?
2) In het beleidsplan wordt verwezen naar het verfrissen van het stadsbeeld. Wat is de stand van zaken inzake de site Thermae Palace ? Wanneer starten de renovatiewerken aan het Kursaal met de realisatie van een open zicht op zee ? Hebt U al een privé-partner om het Terminus Hotel om te vormen tot een nieuw hotel ?
3) Wat zal de financiële impact zijn van de verwezenlijking van dit beleidsplan ?
Tijdens de voorbije warme dagen werden via sociale media meerdere berichten verspreid over in auto's achtergelaten kinderen en dieren die in ademnood verkeerden.
Vragen:
1) Krijgt de politie, de stadswachters en de stadsmariniers extra opdracht om hierop te controleren ?
2) Wat kan en mag een burger doen bij het vaststellen van een dergelijk feit ? Politie opbellen of zelf een initiatief nemen, zoals het inslaan van een ruit ?
Reeds enkele maanden geleden deed ik een interpellatie over de situatie op de begraafplaats in de Stuiverstraat.
Ondertussen blijven wij getuigenissen binnen krijgen van mensen die het slachtoffer zijn van diefstal of vandalisme aan de graven van hun geliefden.
Daarom had ik graag volgende vragen gesteld:
-Zijn er ondertussen al stappen ondernomen om diefstal/vandalisme/overlast op de begraafplaats aan te pakken?
-Zijn er al daders gevat?
-Zal het stadsbestuur of de politie nog verdere stappen ondernemen om de problematiek op de begraafplaatsen aan te pakken?
Het huidig bestuursakkoord vermeldt onder punt 330: We onderzoeken de bouw van een nieuw museum, samen met private investeerders...Het nieuw museum kan ook een maritieme vleugel onderbrengen. Het strategisch beleidsplan Toerisme legt het accent op Oostende als maritieme stad.
Vragen:
1) Is er al een onderzoek geweest rond de bouw van een nieuw museum, waarin ook een maritieme vleugel kan in worden ondergebracht ? Zo ja, wat is het resultaat geweest ? Zo neen, wat is de reden dat hiervoor geen initiatief werd genomen ?
2) Een maritiem museum zou de stad een meerwaarde bieden. Overweegt het bestuur op termijn een maritiem museum te bouwen of onder te brengen in een groter geheel ?
Daarom volgende vragen;
1. Klopt het dat 4411 per 1 juni 2022 de transactiekosten met 40% verhoogt?
2. Op basis van welke argumenten rechtvaardigt 4411 deze stijging?
3. Gaat de Stad akkoord met deze verhoging?
4. Welke houding neemt het Stadsbestuur aan?
5. Jullie werken samen met 4411, gaan jullie het gesprek aan om een sterk signaal te geven dat dit niet door de beugel kan?
De burgemeester bevestigde 6 maanden geleden in de pers de plannen van een private eigenaar om op het terrein naast de Kinderboerderij indoor-padelterreinen te realiseren in combinatie met een parking voor zwerfwagens.
De plannen zorgen ondertussen voor heel wat ongerustheid bij de naburige bewoners die onder meer vrezen voor geluidsoverlast en mobiliteitsproblemen.
Daarom ook volgende vragen:
1/ Welke plannen liggen er nu precies op tafel?
2/ Hoe staat het stadsbestuur tegenover het project?
3/ In welke fase bevindt het dossier zich?
4/ Is er voor het project een omgevingsvergunning vereist, en zal er een openbaar onderzoek plaatsvinden?
5/ Is het stadsbestuur bereid om een informatievergadering te organiseren voor de buurtbewoners?
6) Is de private eigenaar op enige manier betrokken in het dossier m.b.t. de aanleg van de nieuwe fietspaden op de Stuiverstraat
Met vriendelijke groeten
Jeroen Soete
Begin deze maand werden 3 fietszones in het centrum geopend.
Ik had hierover graag volgende vragen gesteld:
1) Over het advies van de politie:
Welke opmerkingen heeft de politie geformuleerd bij hun positief advies?
Waarom zijn deze niet terug te vinden in het collegedossier?
Waarom zijn deze nog niet bezorgd ondanks de vraag tot inzage?
2) Over de Van Iseghemlaan:
Komt er een herinrichting van de Van Iseghemlaan met bv. een duidelijke scheiding tussen beide rijrichtingen?
Zullen er aanpassingen gebeuren aan de fietssuggestiestrook?
4) Welke stakeholders zijn er betrokken geweest bij de opmaak van de plannen?
5) Welke maatregelen in functie van een autoluw centrum zal het stadsbestuur verder uitrollen?
6) Komen er controles op het inhaalverbod in fietsstraten?
Alvast bedankt voor de antwoorden.
Mvg,
Jeroen Soete
De krapte op de arbeidsmarkt is in alle sectoren voelbaar en ongetwijfeld ook bij de Oostendse lokale politie.
Ik had hierover graag volgende vragen gesteld:
1/ Graag een overzicht van de evolutie in het aantal betrekkingen in de personeelsformatie en de effectieve invulling daarvan in FTE gedurende de afgelopen 3 jaar.
2/ Hoeveel van de vooropgestelde personeelsuitbreiding (35 extra) is er op vandaag effectief gerealiseerd?
3/ Welke maatregelen worden er ondernomen om de kloof tussen het personeelsformatiekader en de reële invulling op het terrein gedicht te krijgen?
Alvast bedankt voor de antwoorden!
De Strandparking aan de achterzijde van het station wordt opnieuw geopend om soelaas te kunnen bieden aan de verkeersdrukte tijdens de drukke zomermaanden.
Ik had hierbij graag volgende vragen gesteld:
1/Waarom is er geen toegang meer mogelijk tot het centrum via de achterzijde van het station?
2/ Is er overleg geweest om de doorgang alsnog opnieuw mogelijk te maken
3/ De politie beschikt over een mobiliteitsplan om op drukke momenten de verkeersafwikkeling in Oostende te regelen. Welke maatregelen houden dit plan in?
Alvast bedankt!
Vandaag werd bekend gemaakt dat AZ Damiaan de ereloonsupplementen voor prestaties op niet-medisch technische diensten met ingang van 1 juli (!) zal verhogen van 110 procent naar 135 procent. Dit om een technisch innovatiefonds op te richten.
De stad heeft beslist om een eengemaakt ziekenhuis op te richten. Hiervoor werd eerst een defusie van het AZ Sint-Jan beslist om dan een eengemaakt ziekenhuis, campus Damiaan en campus Serruys, te beslissen.
Was de stad op de hoogte of betrokken bij deze prijsverhoging op kap van de patiënt? In hoeverre heeft de verhoging van de ereloonsupplementen voor prestaties op niet-medisch technische diensten vanaf 1 juli door het AZ Damiaan invloed op de ereloonsupplementen van het Henri Serruys. Heeft de stad Oostende tijdens de besprekingen rond een eengemaakt ziekenhuis garanties verkregen dat de ereloonsupplementen (in Serruys is dat nu 100 procent) voor campus Serruys niet dienen te verhogen? Op welke wijze kan de stad Oostende de oostendenaar geruststellen dat er geen prijsverhoging komt voor hun kwalitatieve ziekenhuiszorg tengevolge een eengemaakt ziekenhuis?
Artikel 71 t.e.m. 75 van de Wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op twee niveaus.
Als bijlage gaat de begrotingswijziging 2022, het verslag van de begrotingscommissie en het zonaal veiligheidsplan 2020-2025.
Het College van Burgemeester en Schepenen, gelieve deze begrotingswijziging 2022 aan de Gemeenteraad voor te leggen voor voorlopige vaststelling.
De begroting omvat de raming van alle ontvangsten en uitgaven over het jaar 2022. Door middel van deze begrotingswijziging worden deze ramingen bijgestuurd.
Binnen de begroting wordt een onderscheid gemaakt tussen de gewone en de buitengewone dienst en, binnen elk van deze diensten, tussen het eigenlijk financieel dienstjaar en de vorige dienstjaren.
Op de gewone dienst bedragen na deze begrotingswijziging:
Op de buitengewone dienst bedragen na deze begrotingswijziging:
Artikels 5 tot en met 15 van het Koninklijk Besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de politiezone.
Ministeriële omzendbrief PLP 61 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting voor 2022 ten behoeve van de politiezones.
Stelt de begrotingswijziging 2022 van de politiezone Oostende voorlopig vast.
Onderwerpt de voormelde begrotingswijziging aan het specifieke goedkeuringstoezicht van de Gouverneur.
-
Naar aanleiding van:
Politieverordeningen moeten worden goedgekeurd naar aanleiding van:
1) Konterdam Avondcriterium voor eliterenners op 30 juni 2022.
2) Zomerstart in het dorp op 02 juli 2022.
3) Kwintebank Rocket the Opex op 02 juli en 03 juli 2022.
4) Summer Kick Off 2022 op 01 juli en 02 juli 2022.
Artikel 63 van het Decreet lokaal bestuur.
Het Decreet van 28 april 1993, houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het administratief toezicht op de gemeenten.
Neemt de volgende verkeersmaatregelen aan :
1)Konterdam Avondcriterium voor eliterenners
Op donderdag 30 juni 2022 van 17.00 uur tot 22.00:
Deze maatregel wordt gesignaleerd door het verkeersteken E3.
Op donderdag 30 juni 2022 van 19.00 uur tot 22.00:
Deze maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken C3.
Op de navolgende wegen is voor iedere bestuurder de toegang in beide richtingen verboden, uitgezonderd voor plaatselijk verkeer:
Deze maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken C3, met onderbord “uitgezonderd plaatselijk verkeer”.
Op volgende weg wordt het eenrichtingsverkeer opgeheven:
2) Zomerstart in het dorp
Van donderdag 30 juni 2022 om 08.00 uur tot maandag 4 juli 2022 om 18.00 uur:
1. Op de navolgende wegen is voor iedere bestuurder het stilstaan en parkeren verboden:
• Zandvoordedorpstraat, plein naast de kerk (Kerkplein);
• Boterbloemstraat, zijarm achter de kerk. De maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken E3.
Van zaterdag 2 juli 2022 om 12.00 uur tot zondag 3 juli 2022 om 01.30 uur:
2. Op de navolgende wegen is voor iedere bestuurder de toegang in beide richtingen verboden:
• Zandvoordedorpstraat, van Boterbloemstraat en Ernest Claeslaan.
Deze maatregel wordt gesignaleerd door het verkeersteken C3 (en F45C).
3. Op de navolgende wegen is voor iedere bestuurder het stilstaan en parkeren verboden:
• Zandvoordedorpstraat, van Boterbloemstraat en Ernest Claeslaan.
Deze maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken E3.
3) Kwintebank Rocket the Opex
Van zaterdag 02 juli 2022 van 16:00 uur tot zondag 03 juli 2022 om 01:00 uur:
1. Op de navolgende weg is voor iedere bestuurder de toegang in beide richtingen verboden:
• Kwintebankstraat, vanaf huisnummer 9 tot het einde van de straat.
Deze maatregel wordt gesignaleerd door het verkeersteken C3.
Van vrijdag 01 juli 2022 van 00:00 uur tot maandag 04 juli 2022 tot 17:00 uur:
2. Op de navolgende weg is voor iedere bestuurder het stilstaan en parkeren verboden:
• Kwintebankstraat, vanaf huisnummer 9 tot het einde van de straat met inbegrip van de Bypass ter hoogte van het huisnummer 11.
Deze maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken E3.
4) Summer Kick Off 2022
Op 01 juli 2022 van 18:00 uur tot 02:00 uur en 02 juli 2022 van 16:00 uur tot 02:00 uur:
1. Op de navolgende wegen is voor iedere bestuurder het stilstaan en parkeren verboden:
• Van Iseghemlaan, parkeerstrook tussen Monacoplein en Antoon Belpairestraat.
Deze maatregel wordt gesignaleerd met het verkeersteken E3.
-
De Burgemeester heeft op 06 mei 2022, 10 mei 2022, 17 mei 2022, 20 mei 2022, 24 mei 2022, 27 mei 2022 Besluiten genomen om de veiligheid van de weggebruikers te kunnen waarborgen naar aanleiding van:
1) BK Skeeleren op de weg op 22 mei 2022;
2) Viering Guru Ravidass op 15 mei 2022;
3) Voorstelling "The Sheepsong" op 19 mei 2022;
4) Schoolfeest basisschool Sint-Lodewijkschool (aanpassing) op 15 mei 2022;
5) Promovideo Conservatorium aan Zee op 11 mei 2022;
6) Optreden Preuteleute op 14 mei 2022;
7) Filmopnamen Onder vuur Bowling op 16 mei 2022;
8) Promovideo Conservatorium aan Zee(aanpassingen) op 11 mei 2022;
9) Filmopnamen Onder vuur Stadhuis 1 (aanpassingen) van 16 mei 2022 tot en met 19 mei 2022;
10) Filmopnamen Onder vuur Stadhuis 2 (aanpassingen) op 30 mei 2022;
11) Bezoek ambassadeur Spanje naar aanleiding van de expo Magelaan op 18 mei 2022;
12) Retrofietsenhappening van 25 mei2022 tot en met 29 mei 2022;
13) Sint-Monica blusbus op 19 mei 2022;
14) Paella OC de Boeie op 17 juni 2022;
15) Soirée Retro fuif op 25 mei 2022;
16) De Nacht van Oostende van 04 juni tot 05 juni 2022;
20) Ostend Open voetbal op 27 mei 2022 en 28 mei 2022;
21) Rommelmarkt en braderie Vuurtorenwijk van 17 juni 2022 tot en met 19 juni 2022;
22) randactiviteiten kermis Vuurtorenwijk op 19 juni 2022;
Art. 63 van het Decreet Lokaal bestuur;
Het Decreet van 28 april 1993, houdende regeling voor het Vlaamse Gewest van het administratief toezicht op de gemeenten;
Art. 133-133bis van de Nieuwe Gemeentewet.
Neemt akte van de Besluiten die de Burgemeester heeft genomen op 06 mei 2022, 10 mei 2022, 17 mei 2022, 20 mei 2022, 24 mei 2022, 27 mei 2022 om de veiligheid van de (weg)gebruikers en de deelnemers te kunnen waarborgen.
Stuurt een afschrift van deze Besluiten aan de Griffies van de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brugge en van de Politierechtbank in Brugge, afdeling Oostende.
Bij de vergelijking tussen het aantal betrekkingen voorzien in de formatie en de reële bezetting in FTE's komt naar voor dat er:
De gemeenteraad is bevoegd om de open betrekkingen vacant te verklaren, alsook om de selectiemodaliteiten vast te leggen.
De Gemeenteraad is bevoegd om deze selectiecommissies samen te stellen.
Het is opportuun om de vacature van consulent voor de dienst Garage open te stellen via dringende externe werving conform artikel
4.1.37.
De Nieuwe Gemeentewet: artikel 97.
De wet van 07 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus: artikel 128.
Het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
Het koninklijk besluit van 20 november 2001 tot vaststelling van de nadere regels inzake de mobiliteit van het personeel van de politiediensten.
De omzendbrieven GPI 15, 15bis, 15ter, 15 quater en 15 quinquies betreffende de toepassing van de mobiliteitsregeling in de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus, ten behoeve van de lokale verantwoordelijke overheden in de politiezones.
In het kader van de mobiliteit nr. 2022-03 worden volgende betrekkingen vacant verklaard:
Volgende selectiemodaliteiten worden gehanteerd:
In het kader van de dringende externe werving worden de volgende betrekkingen vacant verklaard:
Volgende selectiemodaliteiten worden gehanteerd:
Het besluit wordt meegedeeld aan DRP.
Sedert de start van de politiehervorming in 2002 is de maatschappij fundamenteel geëvolueerd. De fenomenen waarmee de politiezone Oostende dagdagelijks geconfronteerd wordt, vragen een hoge mate van professionalisme en flexibiliteit. Daarom is het noodzakelijk om de personeelsformatie bij te sturen. Concreet leidden volgende situaties tot een herziening van de formatie:
Vanuit Defensie werd recent bevestigd dat er in de eerste jaren geen "assistenten" meer kunnen overgaan naar de politie.
Rekening houdend met bovenstaande wijzigingen in de maatschappelijke en eigen context worden volgende wijzigingen voorgesteld:
1. Inzake de formatie van het administratief en logistiek kader wordt voorgesteld om 1 maatschappelijk assistent, 2 technisch consulenten en 1 assistent toe te voegen en om 1 consulent en 1 contractueel assistent te schrappen.
Motivering
De complexiteit van het politiewerk neemt toe, interventies kunnen zeer ingrijpend zijn en de werkdruk ligt hoog. Inzetten op interne zorg is dus een must.
Eind 2017 kreeg het zorgteam officieel vorm om zo nog gerichter te werken met de mens achter het uniform en rond mentaal welzijn. Tot op heden bestond het zorgteam binnen de PZ uit 4 leden. Twee externe leden hebben recent te kennen gegeven dat ze door heroriëntatie in hun taken minder kunnen bijdragen aan het zorgteam.
Om de continuïteit van de werking rond interne zorg te waarborgen willen we nu een stap verder zetten. Een zone als PZ Oostende heeft nood een eigen professional die collega’s kan opvangen, te woord staan, opvolgen en traject rond mentaal welzijn kan uitbouwen. Daarom werd er gekozen om een consulent-zorgcoördinator aan te werven binnen de PZ Oostende.
Uitbreiding met 1 technisch consulent voor de dienst garage, in vervanging van een contractueel assistent.
De dienst garage werd opgericht om ervoor te zorgen dat het onderhoud van de wagens kon opgevolgd worden.
Ondertussen is deze dienst geëvolueerd naar een dienst die niet alleen het onderhoud opvolgt, maar die ook inzet op het optimaliseren van een wagenpark, aangepast aan de operationele noden van het terrein. Hiervoor moet de dienst garage de technische bepalingen in kader van overheidsopdrachten uitschrijven, adviesdocumenten maken naar de korpsleiding toe en in dialoog gaan met eindgebruikers om de behoeftes in kaart te brengen. Bovendien wordt verwacht dat de medewerker een expertise verwerft en behoudt inzake het rollend materieel. Om deze taken uit te voeren zijn er competenties vereist die voorzien zijn voor een consulent. Daarom wordt voorgesteld om een consulent te voorzien binnen de dienst Garage in plaats van de (contractuele) assistent.
Wijziging van consulent naar technisch consulent voor gebouwenbeheerder
Met de formatiewijziging in 2021 werd een consulent gebouwenbeheerder voorzien. Omdat van deze collega ook technisch inzicht wordt verwacht, wordt ervoor geopteerd om deze functie om te zetten naar een technisch consulent.
2. Inzake de bijzondere formatie van het administratief en logistiek kader wordt voorgesteld om 2 arbeiders om te zetten naar vakmannen en 1 assistent te schrappen.
Motivering
Deze wijzigingen werden besproken op het basisoverlegcomité (zie bijlage), waar een positief advies werd gegeven.
De personeelsformatie van het administratief en logistiek kader wordt als volgt gewijzigd:
- Volgende betrekking wordt geschrapt: 1 betrekking van consulent.
- Volgende betrekkingen worden toegevoegd:
Na de wijziging ziet de personeelsformatie van het administratief en logistiek kader er als volgt uit:
| Niveau | Aantal | Opmerking |
| A | 5 adviseurs met volgende klassenindeling: | |
| a) diensthoofd Human Resources in klasse 2; | ||
| b) adviseur-jurist in klasse 2; | ||
| c) diensthoofd Beleid in klasse 2. | ||
| d) diensthoofd Management van Middelen in klasse 2; | ||
| e) directeur Beheer in klasse 3. | De betrekking van directeur Beheer is geblokkeerd indien deze wordt ingevuld door een commissaris. | |
| B | 4 ICT-consulenten | |
| 2 boekhouders | ||
| 2 communicatieconsulenten | ||
| 5 consulenten | ||
1 maatschappelijk assistent | ||
2 technisch consulenten | ||
| C | 26 assistenten | 1 betrekking van assistent is geblokkeerd is zolang de betrekking van bediende uit de bijzondere formatie van het administratief en logistiek kader nog ingevuld is. |
| D | 0 bediende | |
| TOTAAL | 47 |
De bijzondere personeelsformatie van het administratief en logistiek kader wordt als volgt gewijzigd:
Na de wijziging ziet de bijzondere personeelsformatie van het administratief en logistiek kader er als volgt uit:
| Graad | Aantal | Opmerkingen |
| C | 1 assistent | 1 betrekking van assistent is uitdovend. |
| D | 2 vakmannen | 2 betrekkingen van arbeider zijn uitdovend. |
De Lokale Politie Oostende wenst extra signalisatieborden aan te kopen in het kader van het verkeersbeleid.
Het gaat hier enerzijds over de aankoop van LED-aanhangwagens. Onze politiezone beschikt op dit ogenblik over vier aanhangwagens voorzien van een LED-informatiebord. Deze aanhangwagens worden intensief gebruikt bij ordediensten, evenementen, het aankondigen van gewijzigde verkeerssituaties of voor sensibiliseringsacties. De politiezone zet deze borden zeer frequent in. Vaak komen we er tekort en dienen we beroep te doen op borden van naburige zones. We wensen het huidige aantal borden dan ook uit te breiden met 4 borden.
Om de autonomie van de batterij te verhogen en de inzetbaarheid uit te breiden naar plaatsen waar geen elektriciteit aanwezig is, zullen we deze, en bij uitbreiding de huidige, borden uitrusten met zonnepanelen.
Daarnaast wensen we in het kader van het verkeersbeleid 2 bijkomende snelheidsborden en 2 meettoestellen voor verkeersanalyse aan te kopen. Deze dienen om zowel snelheidsmetingen uit te voeren als voor het tellen van het aantal voertuigen dat passeert op een specifiek punt. De borden kunnen zowel gebruikt worden voor verkeersanalyse als om bestuurders attent te maken op hun gedrag.
Voor zowel de aankoop van de LED-aanhangwagens als de snelheidsborden en meettoestellen kunnen we beroep doen op de raamovereenkomst beschikbaar via de Provincie Antwerpen die optreedt als opdrachtencentrale voor het leveren en plaatsen van verkeersmonitoringsystemen, verkeersveiligheidssystemen en uitvoeren van verkeersonderzoek - Perceel 3: sensibiliserende systemen voor verkeersveiligheid.
Voor de programmatie en het uitlezen van op afstand van onze LED-aanhangborden alsook voor de jaarlijkse licentiekost die hieraan gekoppeld is voor de snelheidsborden wenst de Lokale Politie Oostende deze opdracht voor onbepaalde duur af te sluiten. Gezien de hoge kost voor de aankoop van dergelijke signalisatieborden is het aan te raden om hiervoor deze jaarlijkse programmatie- en licentiekost reeds te voorzien voor onbepaalde duur. Naast het operationeel gebruiksgemak en de tijdswinst die dit met zich meebrengt kunnen we zo de maximale levensduur van deze borden, die de 4 jaar ruim zullen overstijgen, waarborgen.
De instap in deze raamovereenkomst werd goedgekeurd door het College van Burgemeester en Schepenen op vrijdag 13 mei en overgemaakt aan de Provincie Antwerpen om in een volgend stadium te kunnen afnemen van deze opdracht.
Deze leveringen kunnen gebeuren via een raamovereenkomst die de Provincie Antwerpen-Departement Ruimte, Erfgoed en Mobilitieit-Dienst Mobiliteit sloot op basis van het bestek met nummer VARIA-2021-00468 met de ondernemer Krycer bvba.
Zie bijlage "005 - GR_Goedkeuring - Instemming en gunning.pdf"
Zie bijlage "005 - GR_Goedkeuring - Instemming en gunning.pdf"
Zie bijlage "005 - GR_Goedkeuring - Instemming en gunning.pdf"
Keurt bijlage "005 - GR_Goedkeuring - Instemming en gunning.pdf" goed.
Art. 41, 2de lid, 11° van het decreet lokaal bestuur.
De Stad heeft met een overeenkomst van 27 juli 2009 een concessie van gebruik verleend voor de exploitatie en het gebruik van de politieschietstand met kantine in het pand gelegen te Oostende, Klokhofstraat 8, kadastraal gekend onder Oostende, 12de Afd., sectie A, als deel van nr. 218K. De Lokale Politie Oostende staat in voor het beheer van de Politieschietstand.
Deze concessieovereenkomst loopt ten einde op 30 juni 2022, zodat een nieuwe oproep tot kandidaten concessiehouders werd uitgeschreven. De Politieraad heeft ter zitting van 28 maart 2022 beslist een onderhandelingsprocedure te volgen met voorafgaande bekendmaking en heeft het bestek met de toewijzings- en concessievoorwaarden en het modelcontract goedgekeurd. Het College van Burgemeester en Schepenen werd belast met de verdere uitvoering.
Door de Stad werd één offerte ontvangen van de VZW SCHIETSTAND AAN ZEE.
Er werden onderhandelingen met de inschrijver gevoerd waardoor de concessievergoeding werd verhoogd van € 40.500 tot € 45.000 per jaar, mits het gebruik van de gesloten schietstand op werkdagen mogelijk is vanaf 17.00 uur, in plaats van in het modelovereenkomst bepaalde uur om 17.30 uur.
De modelovereenkomst werd (artikel 6 § 1) in die zin aangepast. Voor het overige is de tekst van de concessieovereenkomst gelijk aan de tekst die goedgekeurd werd door de politieraad op 28 maart 2022.
Ter zitting van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 juni 2022 werd de concessie gegund aan de VZW SCHIETSTAND AAN ZEE.
Derhalve zal de concessieovereenkomst voor het gebruik van de schietstand van de lokale politie Oostende in de Klokhofstraat Oostende als volgt luiden:
Tussen de Stad Oostende, waarvan de kantoren zijn gevestigd in het stadhuis te 8400 Oostende,
Vindictivelaan 1, alhier vertegenwoordigd door de heer Bart Tommelein, Burgemeester en voorzitter van de politieraad, en mevrouw Siegelinde Lacoere, algemeen directeur, handelend in uitvoering van een besluit van het politieraad van 27.06.2022,
De Stad Oostende handelt voor rekening van de Lokale Politie Oostende. De aanwijzing van de Stad of de Lokale Politie Oostende in de overeenkomst, dienen altijd samen gelezen te worden en verleent geen rechten aan de concessiehouder. De aanwijzing in de tekst doet geen afbreuk aan enige bevoegdheid van de Stad en/of de Lokale Politie Oostende.
hierna genoemd "de Stad" ;
enerzijds
en de VZW SCHIETSTAND AAN ZEE, met zetel te 8400 Oostende, Klokhofstraat 8, KBO nummer BE 0890.980.434, die hierbij wordt vertegenwoordigd door haar voorzitter de Heer André Hoogewys.
hierna genoemd "de concessiehouder",
anderzijds,
is het volgende overeengekomen:
ARTIKEL 1 VOORWERP
§1. De Stad verleent de concessiehouder onder de hiernavolgende voorwaarden, die door hem worden aanvaard, de concessie voor de exploitatie en het gebruik van de politieschietstand met kantine in het pand in de Klokhofstraat 8 in 8400 Oostende, kadastraal gekend in Oostende, 12c1e afdeling, sectie A, perceelnummer 218 K.
§2. Het pand bevat een totale oppervlakte van 2.175 m2 en omvat volgende ruimten:
- een gesloten schietstand met circulatieruimte
- een open schietstand
- een kantine
- een ruimte voor onthaal en permanentie
- een sanitaire ruimte
- een centrale inkom
- een afzonderlijke inkom voor de Lokale Politie Oostende
- een wapensas
- een berging palend aan de kantine
- een berging
- een technische ruimte voor nutsvoorzieningen
- een dienstingang
- een vergaderruimte
- een technische ruimte voor de centrale verwarming
- een berging voor de Lokale Politie Oostende
- een berging voor de sportschutters
- een berging voor doelen met uitloopzone
§3. Het voorwerp van deze concessieovereenkomst wordt in het rood weergegeven op het bijgevoegde plan dat als bijlage gaat en een wezenlijk deel van de overeenkomst uitmaakt. Het gedeelte in blauwe kleur is bestemd voor de Lokale Politie Oostende, het gedeelte in groene kleur is bestemd voor gemeenschappelijk gebruik door zowel de Lokale Politie Oostende als door de concessiehouder.
§4. De concessiehouder aanvaardt het hem in concessie gegeven goed in de toestand waarin het zich bevindt. Voorafgaand aan het sluiten van onderhavige overeenkomst wordt een tegensprekelijke plaatsbeschrijving opgemaakt door de bevoegde dienst van de stad (dienst Onderhoud en Beheer van Gebouwen), die als bijlage deel zal uitmaken van onderhavige overeenkomst.
§5.De concessiehouder zal het goed aan het einde van de concessie in goede staat aan de Stad/ lokale Politie Oostende ter beschikking stellen.
Voor de vaststelling van eventuele schade wordt aan het einde van de overeenkomst opnieuw een tegensprekelijke plaatsbeschrijving opgemaakt door de bevoegde dienst van de stad.
ARTIKEL 2 BESTEMMING
§1. De in concessie gegeven infrastructuur mag in beginsel enkel als schietstand met kantine worden uitgebaat.
§2. Het is de concessiehouder enkel en alleen toegestaan om de hem in concessie gegeven infrastructuur voor een ander doeleinde te gebruiken (feesten e.a.) indien volledig aan het brandpreventieverslag van de Brandweer wordt voldaan en mits schriftelijke toestemming van de Lokale Politie Oostende.
§3. De exploitatie moet volledig beantwoorden aan de vereisten van een standingvolle exploitatie die bijdraagt aan de uitstraling van een eersterangsbadstad zoals Oostende.
§4. Het is de concessiehouder enkel en alleen toegestaan om de infrastructuur voor een ander doeleinde te gebruiken indien volledig aan het brandpreventieverslag van de Brandweer wordt voldaan en indien hij voor elke activiteit de schriftelijke toestemming heeft verkregen van de Lokale Politie Oostende. Dergelijke activiteiten moet de concessiehouder minstens zes weken op voorhand schriftelijk aanvragen. De vaststelling van gebruik van de in concessie gegeven ruimtes zonder deze toestemming wordt aanzien als een tekortkoming conform artikel 3 § 4 van onderhavige overeenkomst.
§5. De concessiehouder moet -conform voormelde normen- een gedetailleerd plan van de inrichting, alsook een gedetailleerde beschrijving van het meubilair en het gebruikte decoratiemateriaal aan de Lokale Politie Oostende ter kennis geven. Dit kan ook aangevuld worden met fotomateriaal en dergelijke.
§6. Voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze overeenkomst wordt door de concessiehouder een ontwerp van intern clubreglement voorgelegd ter goedkeuring aan de Lokale Politie Oostende, waarbij minstens wordt aangegeven welke wapens worden toegelaten op de schietbanen en hoe de ingangscontrole in de clublokalen zal gebeuren. Het clubreglement dient op deze punten de goedkeuring te verkrijgen van de Lokale Politie Oostende.
ARTIKEL 3 DUUR
§1. De stad verleent de concessie voor een periode van 10 jaar, aanvang nemend op 1 juli 2022 en van rechtswege eindigend op 30 juni 2032, met een mogelijkheid tot verlenging tot 30 juni 2042.
De concessiehouder deelt desgevallend voor het einde van het 9de jaar van de concessieduur mee bij ter post aangetekende brief dat hij de concessieovereenkomst wenst te verlengen.
De Stad behoudt zich het recht voor om binnen de drie maanden na de ontvangst van de bij ter post aangetekende brief de verlenging te weigeren, als gevolg van de door de Stad omschreven, vastgestelde en bewezen gebreken in de uitvoering van de concessieovereenkomst die niet werden hersteld of verbeterd.
§2. De concessieovereenkomst kan na 30 juni 2042 niet stilzwijgend worden verlengd.
§3. De concessiehouder kan de overeenkomst vroegtijdig jaarlijks beëindigen mits een opzegtermijn medegedeeld bij aangetekend schrijven voor de verjaardag van de inwerkingtreding van de concessie en mits een opzegtermijn van één jaar die ingaat op de dag van deze verjaardag, zonder dat er hiervoor recht op schadevergoeding ontstaat in hoofde van de Stad.
§4. De Stad kan de overeenkomst onmiddellijk vroegtijdig beëindigen, zonder dat een recht op schadevergoeding in hoofde van de concessiehouder zou ontstaan, indien de concessiegever:
- een inbreuk pleegt op één van de voorwaarden van de overeenkomst;
- zich in een procedure van gerechtelijk reorganisatie bevindt;
- zonder de Lokale Politie Oostende voorafgaandelijk op de hoogte te hebben gebracht, de exploitatie zonder aanvaardbare reden, 3 maanden niet uitoefent;
- om gemotiveerde redenen van algemeen belang
§5. In geval de concessiehouder niet voldoet aan haar verplichtingen opgelegd bij onderhavige overeenkomst, heeft de stad recht op verbreking van de overeenkomst met schadevergoeding.
De tekortkomingen of nalatigheden zullen door middel van proces-verbaal vastgesteld worden door het College van Burgemeester en Schepenen, en ter beraadslaging aan de Politieraad worden voorgelegd, die al dan niet zijn akkoord zal betuigen om de verbreking uit te spreken.
ARTIKEL 4 VERGOEDING
§ 1. De concessiehouder betaalt de Stad de jaarlijkse concessievergoeding van € 45.000 vanaf de inwerkingtreding van onderhavige overeenkomst halfjaarlijks (voor 31 januari en voor 31 juli van elk jaar) te betalen op rekening van de Lokale Politie Oostende met nummer BE 95091016686958 met vermelding ‘schietstand jaar x – deel x’.
§2. De concessieprijs wordt jaarlijks op de verjaardag van onderhavige overeenkomst aangepast aan de stijging van de index van de consumptieprijzen volgens volgende formule:
basisconcessieprijs x nieuwe index
aanvangsindex
De nieuwe index is de index van de consumptieprijzen van de maand voorafgaand aan de maand van de aanpassing van de concessieprijs.
De aanvangsindex is de index van de consumptieprijzen van de maand juni 2022.
§3. Indien het concessiegeld niet vereffend is op de hoger vermelde vervaldagen worden van rechtswege en zonder aanmaning de wettelijke intresten aangerekend, vermeerderd met drie procent. De intrest wordt per maand berekend.
ARTIKEL 5 WAARBORG
§1. Als waarborg voor de goede uitvoering van zijn verplichtingen moet de concessiehouder bij de ondertekening van de overeenkomst een zekerheid stellen van € 11.250, in casu 3/12 van de jaarlijkse concessieprijs, door een onherroepelijke waarborg bij een door de stad aanvaarde financiële instelling die hierbij afstand moet doen van alle voorrecht van schuldsplitsing en uitwinning of door het stellen van een door de Stad aanvaarde bankwaarborg.
§2. Bij het niet-nakomen van één of meer verplichtingen die de concessiehouder bij deze overeenkomst zijn opgelegd, kan de Stad, binnen dertig dagen na de formele ingebrekestelling, deze zekerheid tot het beloop ervan aanspreken bij een eenvoudige per post aangetekende brief, zonder dat hierbij aan de financiële instelling enige rechtvaardiging moet worden gegeven. Deze bepaling wordt bevestigd door
de bankinstelling waar de waarborgrekening wordt gehouden of die de bankwaarborg zal verlenen.
§3. De Stad kan het bedrag van de zekerheid verhogen indien de concessie wordt herzien en opgetrokken, alsook bij indexering van het concessiegeld.
§4. Indien de zekerheid door de stad wordt aangesproken is de concessiehouder verplicht ze onmiddellijk opnieuw tot het oorspronkelijke bedrag aan te vullen.
§5. De zekerheid wordt vrijgesteld uiterlijk zes maanden na het einde van de concessie, nadat de stad heeft vastgesteld dat uit de conform artikel 1 § 4-5 op te maken plaatsbeschrijving, blijkt dat er geen schade moet worden vergoed, alsook indien vastgesteld wordt dat de concessiehouder aan al zijn contractuele en wettelijke (sociale en fiscale) verplichtingen voldaan heeft.
ARTIKEL 6 SCHIETSTAND EN KANTINE
§1. Op weekdagen vanaf 17.00 uur, tijdens de weekends en op officiële feestdagen kan de concessiehouder vrij beschikken over de gesloten schietstand.
§2. De concessiehouder mag vrij beschikken over de open schietstand van 07.00 uur tot 22.00 uur. Er mag niet worden geschoten met zwaar kaliber na 20.00 uur.
§3. De concessiehouder stelt het gebruik van de kantine kosteloos ter beschikking van de Lokale Politie Oostende tijdens de uren en dagen waarop de Lokale Politie Oostende de gesloten schietstand gebruikt.
§4. De concessiehouder moet steeds toegang verlenen tot of het gebruik toestaan van de kantine telkens de Lokale Politie Oostende hierom verzoekt.
§5. De concessiehouder moet zich met betrekking tot de kantine -als uitbater van een ingedeelde inrichting - houden aan een beperking van de geluidshinder. Als richtwaarde gelden de in Vlarem II voorziene waarden voor geluid binnenshuis in gebieden voor gemeenschapsvoorzieningen.
§6. De Lokale Politie Oostende is verantwoordelijk voor het naleven van de omgevingsvergunningen ter zake, de veiligheidsvoorschriften en de voorgeschreven keuring van de schietinstallatie van de gesloten schietstand.
De concessiehouder is verantwoordelijk voor het naleven van de omgevingsvergunning ter zake, de veiligheidsvoorschriften en de voorgeschreven keuring van de schietinstallatie van de open schietstand.
§7.De concessiehouder moet steeds de geldende veiligheidsvoorschriften naleven.
§8.De concessiehouder verbindt er zich toe zich in regel te stellen met alle wetgeving voor de exploitatie van de kantine.
§9. De concessiehouder stelt de Lokale Politie Oostende in kennis van de gehanteerde tarieven in verband met de mogelijke vormen van onderverhuring (ter beschikkingstelling) met betrekking tot de schietstanden.
ARTIKEL 7 ONDERHOUD EN HERSTELLINGEN
§1. De concessiehouder moet het in concessie verkregen goed in goede staat onderhouden en als een goede huisvader gebruiken, zonder de aard of de bestemming ervan te veranderen.
§2. De concessiehouder verbindt er zich toe, zonder enig voorbehoud noch beperking, gedurende de gehele duur van deze overeenkomst, in te staan voor alle huurdersherstellingen voor wat betreft de kantine en de open schietstand die door de concessiehouder exclusief worden gebruikt. De concessiehouder staat pro rata in voor de huurdersherstellingen in verband met het gemeenschappelijk gebruik volgens de complexindeling (zie bijlage). De Stad zal instaan voor de eigenaarsherstellingen, alsook voor de herstellingen aan de constructieve elementen van de infrastructuur.
§3.Voor de herstellingen en onderhoud van de volgende bijzondere installaties worden de kosten voor de concessiehouder als volgt bepaald:
- kogelvanger en matten in de gesloten schietstand: deelname van 25 %
- kogelvanger in de open schietstand: deelname van 100 %
- doeltransportsysteem + schiethokjes: deelname van 100 %.
§4.De concessiehouder staat tevens in voor het onderhoud van de hem in concessie gegeven infrastructuur.
§5.Indien de concessiehouder voornoemde onderhouds- en herstellingswerken, waartoe hij verplicht is, niet uitvoert, heeft de Stad het recht, op verslag van de bevoegde dienst, om de werken zelf te laten uitvoeren op kosten van de concessiehouder. De bedragen worden door de Stad Oostende teruggevorderd op vertoon van de desbetreffende rekeningen.
§6.Indien de concessiehouder niet voldoet aan de voormelde verplichtingen, kan de Stad één maand na een aanmaning bij aangetekend schrijven of deurwaardersexploot, de werken zelf uitvoeren of laten uitvoeren en de kosten ervan op de concessiehouder verhalen.
§7.De concessiehouder is ertoe gehouden de in concessie verleende infrastructuur schoon te houden en moet de omgeving in een straal van 10 meter rein houden. Alle afval hoort thuis in reglementaire afvalrecipiënten. Aan elke ingang van de infrastructuur moet een afvalrecipiënt worden geplaatst.
ARTIKEL 8 INVESTERINGSWERKEN
§1.De concessiehouder verbindt er zich toe binnen de in artikel 1 beschreven infrastructuur een kantine in te richten en uit te rusten conform de geldende wetgeving.
§2. Alle plannen voor de investeringswerken, inclusief de buiteninrichting, moeten door de Stad worden aanvaard.
§3. Met uitzondering van kleine werken van inwendige schikking, alsook van de inwendige werken die geen wijziging aan de structuur van het goed met zich meebrengen, moet de concessiehouder voor de aanpassingswerken binnenin het hem in concessie gegeven goed, alsook voor de aanpassingswerken van de buiteninrichting, telkens vooraf de schriftelijke toestemming van de Stad verkrijgen. Bij gebrek aan voorafgaande toestemming kan de Stad het herstel in de oorspronkelijke toestand eisen of worden de uitgevoerde werken zonder enige vergelding onmiddellijk eigendom van de Stad.
§4. Elke verbouwing uitgevoerd zonder de toestemming van de Stad wordt van rechtswege en zonder vergoeding eigendom van de Stad, die vrij blijft ze te behouden of te doen verwijderen voor rekening van de concessiehouder, zowel in de loop van als bij het einde van de concessie.
Verbouwingen waarvoor van de Stad toestemming werd verkregen, worden eigendom van de Stad. De infrastructuur moet in dit geval bij het beëindigen van de overeenkomst niet in de oorspronkelijke staat worden hersteld, tenzij anders bepaald.
ARTIKEL 9 PUBLICITEIT
§1. Opschriften, logo's, aankondigingen of elke andere vorm van publiciteit is enkel toegestaan op losstaande voorwerpen (tafels, stoelen, borden, ...) in de kantine, onder voorbehoud dat voornoemde vermeldingen rechtstreeks verband houden met de uitbating van de infrastructuur.
§2. Elke vorm van reclame, aangebracht zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van de Lokale Politie Oostende, moet door de concessiehouder onmiddellijk worden verwijderd. Indien de concessiehouder in gebreke blijft, zal elke onrechtmatig geplaatste vorm van reclame ambtshalve door de Lokale Politie Oostende worden weggenomen en dit op kosten van de concessiehouder.
ARTIKEL 10 ALGEMENE KOSTEN EN BELASTINGEN
§1. De concessiehouder neemt alle contracten met de distributiemaatschappijen voor water, gas, elektriciteit, verwarming, internet, telefoon, ... op zijn naam en voor zijn rekening met betrekking tot de open schietstand.
§2.De concessiehouder draagt bij in de kosten voor onderhoud en herstelling met betrekking tot:
a) de kantine (cafetaria), de gang naast de kantine, de berging (bar, afwas)
b) voor de open schietstand met berging
c) voor de gesloten schietstand op vertoon van de desbetreffende facturen volgens de lijst inzake "elektriciteit, gas en water" en conform de complexindeling (zie bijlagen).
Wat het energieverbruik betreft zal:
- de concessiehouder enkel de reële kosten van de elektriciteit op zich nemen. Die kost is berekend op basis van de meterstanden van de aparte meters ten behoeve van het verbruik voorzien in de open en gesloten schietstand;
- de concessiehouder de reële kost van het gasverbruik op zich nemen overeenkomstig· de urenteller van de gesloten schietstand. Voor de andere lokalen wordt gewerkt met een verdeelsleutel die bepaald werd overeenkomstig de berekende oppervlakten van de desbetreffende lokalen (zie lijst);
- de Lokale Politie Oostende instaan voor de betaling van de kosten voor het waterverbruik.
§3. Alle huidige en toekomstige belastingen en heffingen, alsook retributies en rechten die betrekking hebben op het beschreven goed, alsook diegene gekoppeld aan de uitbating van de kantine, onder andere de billijke vergoeding en auteursrechten, zijn voor rekening van de concessiehouder. De onroerende voorheffing is voor rekening van de Stad (voor rekening van de Lokale Politie Oostende).
§4. Indien de betaling van de belastingen, de rechten en de retributies niet volgt binnen de voorgeschreven termijn, worden van rechtswege en zonder aanmaning de wettelijke intresten aangerekend, hetzij de intresten aangerekend die de Stad zelf worden aangerekend.
ARTIKEL 11 VERZEKERINGEN
§1. De Stad verzekert de gehele infrastructuur tegen:
Er is een afstand van verhaal ten opzichte van de gebruiker zonder commerciële doeleinden.
In deze verzekeringspolissen werd de clausule "rechtsbijstand" opgenomen. De concessiehouder moet het gedeelte van deze premie met betrekking tot de in concessie gegeven infrastructuur op het eerste verzoek terugbetalen.
§2. De concessiehouder moet gedurende de volledige concessieperiode de volgende verzekeringen sluiten bij een erkende verzekeringsmaatschappij, die voldoende waarborgen biedt aan het College van Burgemeester en Schepenen, tot dekking van:
§3. De concessiehouder moet de Stad vrijwaren van de bovenvermelde risico's, evenals voor de geschillen die daaruit zouden voortvloeien. Alle polissen moeten daarenboven een verklaring bevatten van de verzekeringsmaatschappij, waarbij die bevestigt:
a) af te zien van alle verhaal tegenover de Stad;
b) de Stad onmiddellijk te verwittigen in geval van schorsing, wijziging of vernietiging van de polis of van niet-betaling van de premie.
§4. Binnen een periode van 30 dagen na het sluiten van deze verzekeringen bezorgt de concessiehouder een kopie van de polissen aan de Stad, alsook van eventuele toekomstige wijzigingen. Tevens wordt de Stad jaarlijks een betalingsbewijs van voornoemde verzekeringen overgemaakt.
§5.De concessiehouder is verplicht alle gewone maatregelen te treffen die schade aan het eigendom kunnen voorkomen, zoals het aanbrengen van bescherming aan de waterleiding tegen vorst. De concessiehouder moet alle schade aan de hem in concessie gegeven infrastructuur en toebehoren onmiddellijk op degelijke wijze herstellen of vergoeden. Dit houdt zowel de schade in veroorzaakt door eigen toedoen of door derden, alsmede de schade die haar oorzaak vindt in abnormaal gebruik of zelfs de schade door overmacht.
§6.De concessiehouder blijft verantwoordelijk voor alle geschillen met derden die kunnen rijzen in geval van de in § 1 voorziene polissen, alsook in geval van brand. De concessiehouder zal de stad integraal vrijwaren voor de hoofdsom, intresten en kosten.
ARTIKEL 12 ONDERVERHURING EN OVERDRACHT
§1. Het is de concessiehouder verboden de in concessie gegeven infrastructuur onder te verhuren of de exploitatie ervan geheel of gedeeltelijk over te dragen aan derde personen, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van het College van Burgemeester en Schepenen.
§2. Het is de concessiehouder toegestaan de in concessie gegeven infrastructuur gedeeltelijk tijdelijk ter beschikking te stellen van derden, mits kennisgeving aan de Lokale Politie Oostende van de gebruiker.
De concessiehouder bezorgt de Lokale Politie Oostende alle noodzakelijke gegevens van de gebruiker, alsook van het tijdstip of periode van het gebruik. De concessiehouder blijft steeds verantwoordelijk voor de naleving van de concessieovereenkomst, ten opzichte van de Stad en/of de Lokale Politie Oostende.
ARTIKEL 13 VERBREKING EN STOPZETTING
§1.Indien de concessiehouder in de loop van de concessie de bestemming van de infrastructuur wijzigt of indien hij de exploitatie van de kantine stopzet gedurende meer drie maanden om een andere dan de in §4 weergegeven reden, wordt bij niet-betaling, dertig dagen na ontvangst van een aanmaning tot behoud van de bestemming of hervatting bij aangetekend schrijven of deurwaardersexploot, de overeenkomst als verbroken beschouwd. Tijdens welbepaalde periodes kan de exploitatie van de kantine zich beperken tot periodieke activiteiten, in overleg met de Lokale Politie Oostende.
§2. Ingeval de concessiehouder niet voldoet aan de bepalingen van deze overeenkomst, heeft de Stad het recht op verbreking van de overeenkomst met schadevergoeding. Tekortkomingen en nalatigheden van de concessiehouder worden vastgesteld bij proces verbaal, dat ter beraadslaging wordt voorgelegd aan de Gemeenteraad, die even de verbreking van de overeenkomst vordert.
§3. Indien -om een andere dan de in §4 weergegeven reden- de exploitatie wordt stopgezet gedurende meer dan zes maanden of verwaarloosd, heeft de Stad het recht om bij niet-naleving 30 dagen na ontvangst van een aanmaning tot hervatting bij aangetekend schrijven of deurwaardersexploot onmiddellijk over de in concessie gegeven infrastructuur te beschikken en de ontruiming ervan te bevelen, zonder dat de concessiehouder -om welke reden dan ook- zich daartegen zou kunnen verzetten of schadevergoeding eisen.
§4.Indien een gehele of gedeeltelijke sluiting van de kantine gedurende minstens drie weken onvermijdelijk is ingevolge werken die door of in opdracht van de Lokale Politie Oostende worden uitgevoerd in of aan de infrastructuur, mag de concessieprijs met zoveel 365sten worden verminderd als de kantine gesloten was. De concessiehouder richt een schriftelijk verzoek ten aanzien van de Lokale Politie Oostende om dit bedrag bij de eerstvolgende betaling in mindering te mogen brengen.
ARTIKEL 14 PERSONEEL
§1. De concessiehouder moet over bevoegd en voldoende personeel of vrijwillige medewerkers beschikken om een snelle en perfecte bediening te kunnen verzekeren. De Stad kan zich verzetten tegen het verder in dienst houden van personeelsleden of vrijwillige medewerkers die wegens onvoldoende vakbekwaamheid, hun houding jegens derden of op morele gronden niet de vereiste waarborgen bieden.
§2.De algemene basis voor de lonen en de algemene arbeidsvoorwaarden, zoals bepaald in de collectieve overeenkomsten, opgesteld door de bevoegde nationale paritaire comités en meer in het bijzonder wat betreft de arbeidsduur en supplementaire prestaties, zijn van toepassing op het personeel van de exploitatie, zelfs indien de collectieve overeenkomsten niet werden verplichtend gesteld bij Koninklijk Besluit.
§3. De teksten van de collectieve overeenkomsten die op de exploitatie van toepassing zijn, worden door de concessiehouder ter beschikking gesteld van alle belanghebbenden.
§4. De concessiehouder is verplicht haar personeel bijlonen en vergoedingen te betalen tegen de wettelijke prijs zoals die is vastgesteld bij wettekst of door collectieve overeenkomsten gesloten door de bevoegde nationale, gewestelijke of lokale paritaire comités of door bedrijfscomités.
§5. Om de stad toe te laten de nodige controles uit te oefenen, maakt de concessiehouder, alvorens de exploitatie aan te vatten, het volledige adres bekend waar op eenvoudig verzoek de hierna genoemde documenten ter beschikking worden gesteld:
a) de individuele loonstaten volgens het door de sociale wetgeving voorgeschreven model, van ieder op de exploitatie werkend personeelslid;
b) de periodieke aangifte door de vergunninghouder aan de bevoegde dienst van de sociale zekerheid.
§6. Voor haar inwendige dienst dient de concessiehouder de Nederlandse taal te hanteren. In relatie met derden moet zij de wettelijke voorschriften op het gebruik van talen in bestuurszaken naleven. Dit geldt onder andere voor lidkaarten, affiches en dergelijke.
ARTIKEL 15 ALGEMENE BEPALINGEN
§ 1. De Lokale Politie Oostende mag altijd en zonder vooraf te verwittigen het goed op zijn werking en onderhoud inspecteren. De Lokale Politie Oostende wordt in het bezit gesteld van alle sleutels van de gehele infrastructuur bij de aanvang van de overeenkomst en onmiddellijk wanneer sloten worden vervangen.
§2. De concessiehouder bezorgt de stad een kopie van haar statuten en latere wijzigingen, ten laatste acht dagen na publicatie in het Belgisch Staatsblad.
De concessiehouder bezorgt tevens de samenstelling van de Raad van Bestuur en de jaarlijkse ledenlijst, evenals elke wijziging. Ingeval de samenstelling wordt gewijzigd, wordt de Lokale Politie Oostende ten laatste acht dagen na de publicatie in het Belgisch Staatsblad een exemplaar van de bijlage van het Belgisch Staatsblad overgemaakt.
§3. De concessiehouder stelt zich in orde met de tweejaarlijkse brandpreventieverslagen van de Brandweer voor de volledige in concessie gegeven ruimte. In geval van inbreuken op het vlak van de brandveiligheid legt de concessiehouder de Lokale Politie Oostende binnen twee maanden na datum van het brandpreventieverslag het bewijs van voldoening van de Brandweer voor.
§4. Partijen komen uitdrukkelijke overeen dat onderhavige overeenkomst geen handelshuurovereenkomst betreft.
ARTIKEL 16 ONVOORZIENE GEVALLEN EN GESCHILLEN
§1. Voor elk geval dat niet voorzien wordt in onderhavige overeenkomst is de concessiehouder gehouden zich te gedragen naar de besluiten van het College van Burgemeester en Schepenen.
§2. Alle geschillen in verband met deze exploitatie die niet door minnelijke schikking kunnen worden geregeld, worden beslecht door de rechtbanken bevoegd voor het grondgebied van Oostende overeenkomstig Belgisch recht.
ARTIKEL 17 BODEMSANERINGS –EN BESCHERMINGSDECREET
De stad bevestigt dat zij de concessiehouder in kennis heeft gesteld van de inhoud van de afgeleverde bodemattesten inzake de percelen waarvan de concessie het voorwerp is, uitgereikt door de Openbare Afvalstoffenmaatschappij van het Vlaamse Gewest (OVAM). Een kopie van de voormelde bodemattesten worden als bijlage aan deze overeenkomst gehecht en zullen er integraal deel van uitmaken.
ARTIKEL 18 STEDENBOUWKUNDIGE INLICHTINGEN
De concessiehouder bevestigt kennis genomen te hebben van de stedenbouwkundige inlichtingen zoals afgeleverd d.d. 14 maart 2022 en die integraal als bijlage aan de huidige overeenkomst worden toegevoegd.
ARTIKEL 19 REGISTRATIE – PRO FISCO EN WOONSTKEUZE
§1. Alle kosten, zegel- en registratierechten met betrekking tot deze overeenkomst, zijn voor rekening van de concessiehouder. Hij moet de overeenkomst laten registreren op zijn kosten.
§2.De infrastructuur, gelegen in de Klokhofstraat 8 in 8400 Oostende, waarvan concessie gegeven infrastructuur deel van uitmaakt, is eigendom van de Stad Oostende (voor rekening van de Lokale Politie Oostende Oostende). Deze overeenkomst wordt aangegaan om reden van openbaar nut, nl. ten behoeve van de politiediensten.
§3. Aan de bevoegde Ontvanger van de Registratie wordt derhalve de kosteloze registratie van deze overeenkomst gevraagd in toepassing van artikel 161, 2° van het Wetboek der Registratierechten.
§ 2. Voor de uitvoering van de overeenkomst kiest :
• de stad haar woonplaats ten stadhuize te 8400 Oostende, Vindictivelaan 1 en;
• de concessiehouder in zijn woonplaats/zetel.
----------------------------------------------
In drievoud opgemaakt in Oostende op 2022
Iedere partij ontvangt een ondertekend, geparafeerd exemplaar van de overeenkomst. Het derde exemplaar is bestemd voor het kantoor Rechtszekerheid.
Namens de concessiehouder, | Namens de Stad, |
Voor de VZW SCHIETSTAND AAN ZEE André Hoogewijs – Voorzitter RvB. | Bart Tommelein Siegelinde Lacoere Voorzitter Politieraad Algemeen Directeur |
BIJLAGEN
1. indelingsplan concessie
2. formulier complexindeling meters en aandeel verbruik
3. bodemattesten
4. stedenbouwkundige inlichtingen
Art. 293 van het decreet lokaal bestuur.
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten.
Keurt de concessievoorwaarden goed zoals deze zijn opgenomen in de concessieovereenkomst voor het gebruik van de schietstand van de Lokale Politie Oostende in de Klokhofstraat Oostende en de bijlagen bij deze overeenkomst en voegt deze bij het besluit om er integraal deel van uit te maken:
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de verdere uitvoeringsmodaliteiten van onderhavig besluit.
De gemeenteraad is bevoegd op basis van artikel 40-41 van het decreet lokaal bestuur.
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur.
De huidige politieverordening betreffende het brengen van straatanimatie op de openbare weg werd door de gemeenteraad aangenomen op 23 mei 1997 en laatst gewijzigd op 21 december 2001. Volgens deze verordening is het brengen van straatanimatie beperkt tot enkele locaties. Daarnaast wordt een onderscheid gemaakt tussen muzikale en niet-muzikale straatanimatie. Na overleg met verschillende diensten werd een nieuw voorstel uitgewerkt.
De aangepaste verordening bevat enkele belangrijke wijzigingen:
- Straatanimatie kan worden uitgevoerd door solo artiesten, of door kleine groepen van maximaal 10 personen.
- Straatanimatie is mogelijk op het volledige grondgebied van Oostende.
- Een vergunning wordt afgeleverd voor de maximale duur van 3 maanden.
- Straatanimatie is elke dag tussen 10.00 en 21.00 uur toegelaten.
- De aanvrager dient zijn aanvraag in via het digitale evenementenloket.
De dienst Bestuurszaken verleent een gunstig advies.
Stedelijke verordening m.b.t. straatanimatie op de openbare weg.
Keurt de opheffing van de stedelijke politieverordening betreffende het brengen van straatanimatie op de openbare weg, zoals aangenomen op 23 mei 1997 en laatst gewijzigd op 21 december 2001, goed.
Keurt de nieuwe Stedelijke verordening betreffende het brengen van straatanimatie op openbare weg in bijlage goed.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de secundaire uitvoeringsmodaliteiten van dit besluit.
De Stad krijgt regelmatig klachten over jongeren die overlast veroorzaken. Een aantal van deze jongeren blijken minderjarig te zijn. Doordat minderjarigen niet worden opgenomen in onze stedelijke verordeningen kunnen de bevoegde autoriteiten enkel via het Parket optreden. Hierdoor heerst er een gevoel van straffeloosheid bij de burgers ten aanzien van minderjarigen die overlast plegen. Om deze problematiek aan te pakken werden reeds sensibiliseringsacties gehouden. Dit blijkt helaas niet voldoende om alle overlast aan te pakken. Het 'Undo-project' wil hier een antwoord op bieden.
Uit het verslag van de lokale politie Oostende blijkt dat er diverse feiten van overlast door minderjarigen worden gepleegd. Gelet op het gegeven dat deze feiten momenteel niet strafbaar worden gesteld, ontbreekt er een exhaustieve politionele registratie van het aantal gepleegde feiten. De combinatie van het aantal meldingen en signaalkaarten die de Stad ontvangt, alsook het aantal vaststellingen dat door het stadspersoneel wordt geregistreerd, geven alsnog een duidelijke indicatie van een reële problematiek.
Met het 'Undo-project' wil de Stad een positief antwoord bieden op grensoverschrijdend gedrag van minderjarigen. Het project is gericht op herstel en heeft als doel een signaal te geven naar de minderjarigen alsook naar hun ouders. Ze krijgen de kans om hun verantwoordelijkheid op te nemen voor de gepleegde feiten.
Na elke overtreding wordt een bemiddelingsvoorstel gedaan. Het betreft een vrijwillige procedure waarbij gezocht wordt naar een alternatieve maatregel om de veroorzaakte overlast te herstellen. Als de alternatieve maatregel slaagt, vervalt de gemeentelijk administratieve geldboete.
Voor het Undo-project werd een reglement opgemaakt. In dit algemeen reglement wordt de ganse bemiddelingsprocedure ten aanzien van minderjarigen omschreven.
Het Undo-project is van toepassing op volgende overtredingen :
Op dit punt werd een amendement goedgekeurd met volgende tekst:
Artikel 008 van de Stedelijke verordening betreffende orde en veiligheid kan niet worden toegepast op minderjarigen gezien dit artikel geherkwalificeerd wordt naar een gemengde inbreuk. Voor minderjarigen is er geen protocolakkoord voor gemengde inbreuken afgesloten waardoor artikel 008 niet op minderjarigen kan toegepast worden. Daarom dient:
Er wordt zodoende beslist om:
Vult de Stedelijke verordening aan betreffende orde en veiligheid als volgt :
Inbreuken op artikel 007, 008 en 019 van deze verordening kunnen eveneens worden bestraft met een gemeentelijk administratieve sanctie wanneer ze door minderjarige overtreders worden begaan, die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt (maximum 175,00 euro).
Art. 41, 2° van het Decreet over het Lokaal bestuur
Keurt het algemeen bemiddelingsreglement voor gemeentelijke administratieve geldboetes op minderjarige overtreders, die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt, en de aanpassingen aan de Stedelijke verordeningen goed.
Vult de Stedelijke verordening aan betreffende de openbare reinheid als volgt :
Inbreuken op artikels 5, 6§1, 6§2, 23, 24, 33, 34 van deze verordening kunnen eveneens worden bestraft met een gemeentelijk administratieve sanctie wanneer ze door minderjarige overtreders worden begaan, die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt (maximaal 175,00 euro).
Vult de Stedelijke verordening aan betreffende de dieren als volgt :
Inbreuken op artikel 008 en 009 van deze verordening kunnen eveneens worden bestraft met een gemeentelijk administratieve sanctie wanneer ze door minderjarige overtreders worden begaan,die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt (maximaal 175,00 euro).
Vult de Stedelijke verordening aan betreffende orde en veiligheid als volgt :
Inbreuken op artikel 007 en 019 van deze verordening kunnen eveneens worden bestraft met een gemeentelijk administratieve sanctie wanneer ze door minderjarige overtreders worden begaan, die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt (maximum 175,00 euro).
Vult de Stedelijke verordening aan betreffende strand en duinen als volgt :
Inbreuken op artikel 001 en 021 van deze verordening kunnen eveneens worden bestraft met een gemeentelijk administratieve sanctie wanneer ze door minderjarige overtreders worden begaan, die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt (maximaal 175,00 euro).
Artikel 008 van de Stedelijke verordening betreffende orde en veiligheid kan niet worden toegepast op minderjarigen gezien dit artikel geherkwalificeerd wordt naar een gemengde inbreuk. Voor minderjarigen is er geen protocolakkoord voor gemengde inbreuken afgesloten waardoor artikel 008 niet op minderjarigen kan toegepast worden. Daarom dient:
Er wordt zodoende beslist om:
Vult de Stedelijke verordening aan betreffende orde en veiligheid als volgt :
Inbreuken op artikel 007, 008 en 019 van deze verordening kunnen eveneens worden bestraft met een gemeentelijk administratieve sanctie wanneer ze door minderjarige overtreders worden begaan, die de volle leeftijd van 16 jaar hebben bereikt (maximum 175,00 euro).
Op 29 oktober 2021 besliste het college van burgemeester en schepenen om op het Mariakerkeplein tweewekelijks een boerenmarkt te organiseren voor een periode tot en met 13 april 2022. Wegens groot succes werd op 18 maart 2022 beslist om deze testfase te verlengen tot eind augustus 2022.
Door het verdwijnen van de enige supermarkt op de Vuurtorenwijk is in de wijk een vacuum ontstaan. De bewoners moeten voor hun inkopen de wijk verlaten. Om dit ongemak enigszins tegemoet te komen wordt de mogelijkheid om een bijkomende wekelijkse markt op de Vuurtorenwijk te organiseren gecreëerd in deze wijziging van de verordening.
Naar aanleiding van het grote succes van de testfase van de tweewekelijkse boerenmarkt op het Mariakerkeplein wordt de verordening aangepast om deze markt op woensdag te organiseren, dit van 14u tot 18u. Op deze markt worden enkel lokale producten aangeboden en wordt per product slechts 1 standplaats toegewezen.
Door het verdwijnen van de enige supermarkt op de Vuurtorenwijk, wordt met het organiseren van een wekelijkse markt op het Sint-Antoniusplein een alternatief aangeboden voor de buurtbewoners. De markt zal worden georganiseerd elke week op vrijdag van 06u tot 13u. De marktdag werd gekozen na bevraging bij de potentiele marktkramers. Ook op deze markt zal per product maar 1 standplaats worden toegewezen.
Naar analogie met de regels betreffende het gebruik van de lokalen binnen de ontmoetingscentra en gelet op het pluralistisch karakter van de stad Oostende werd in de bijzondere bepalingen voor de openbare markten (artikel 5.1.3) opgenomen dat er op de openbare markten geen standplaatsen worden toegekend aan politieke of religieuze verenigingen voor activiteiten met een partijpolitieke of religieuze achtergrond.
Gemeentedecreet artikel 42 §3 en artikel 43 §2
Keurt de wijzigingen aan de stedelijke verordening met betrekking op activiteiten verbonden aan handelszaken en ondernemingen inclusief bijlagen goed, zoals bijgevoegd bij huidig besluit genaamd "Stedelijke_Verordening_Activiteiten_verbonden_aan_handelszaken_en_ondernemingen.pdf", "terrassen_groentemarkt.pdf", "terrassen_mijnplein.pdf", "terrassen_vissersplein.pdf", "terrassen_wapenplein.pdf" en "uitgangsbuurt_langestraat.pdf".
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de secundaire uitvoeringsmodaliteiten.
De Vlaamse overheid is bezig met een algemeen platform voor de aanvraag en afgifte van notariële inlichtingen. De Stad Oostende maakt deel uit van de pilootgemeenten voor dit systeem. Ook de betalingen zullen in een later stadium via dit Vastgoedinformatieplatform (VIP) verlopen.
Het probleem is dat het tarief van de notariële inlichtingen momenteel vervat is in de belastingverordening op de afgifte van administratieve documenten onder artikel 2 punt g).
Blijkbaar is dit stricto senso een retributie en geen contante belasting en moet hiervoor een retributiereglement worden opgemaakt.
Het Gemeenteraadsbesluit van 14 december 2019, houdende de aanneming van de Belastingverordening op de afgifte van administratieve documenten voor de periode van 01 januari 2020 tot en met 31 december 2025.
Het Gemeenteraadsbesluit van 26 april 2021, houdende de wijziging van de Belastingverordening op de afgifte van administratieve documenten
De Stad Oostende is één van de pilootgemeenten in het Vastgoedinformatieplatform (VIP) voor de aanvraag en afgifte van notariële inlichtingen.
In de belastingverordening op de afgifte van administratieve documenten wordt in artikel 2 punt g) onder kosten allerlei - inlichtingenformulier vastgoedinformatie, inclusief plannen- en vergunningenregister - onttrokken van deze verordening en ondergebracht in een retributiereglement.
Het tarief van 104,50 euro wordt overgenomen uit de belastingverordening op de afgifte van administratieve documenten naar het nieuw retributiereglement op het afleveren van vastgoedinformatie.
Het tarief wordt geïndexeerd aan de hand van de index van de consumptieprijzen.
Om de index vanaf 2023 te berekenen wordt beroep gedaan op de gegevens op de website van de Federale Overheidsdienst Economie (hhtp://statbel.fgov.be/nl:themas/consumptieprijzen).
Bij de berekening van de tarieven op basis van de index is het aangewezen om afrondingsregels toe te passen.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Er wordt verwezen naar de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
Het Decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zoals gewijzigd.
Neemt de Retributieverordening op het afleveren van vastgoedinformatie zoals opgenomen in bijlage (GR 2022 - Retributieverordening op het afleveren van vastgoedinformatie) aan voor de periode vanaf 01 juli 2022 tot en met 31 december 2025.
Tijdens de Gemeenteraad van 25 februari 2019 werd de heer Ralph Deroo aangeduid om de stad te vertegenwoordigen in de Raad van Bestuur van De Oostendse Haard.
De fractieleider van de N-VA meldt dat de heer Ralph Deroo vervangen dient te worden door de heer Stijn Lefever.
Deel 2 titel 3 hoofdstuk 3 DLB
Keurt de vervanging van de heer Ralph Deroo door de heer Stijn Lefever als vertegenwoordiger van de Stad in de Raad van Bestuur van De Oostendse Haard goed.
Artikel 23 §3 van de Wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid bepaalt dat het meerjarenplan door jaarlijkse actieplannen wordt uitgewerkt en wordt voorbereid door de zonecommandant -bedoeld in artikel 109 onder toezicht van het zonecollege en goedgekeurd door de zoneraad- om dit voor advies aan de gemeenteraden van de zone voor te leggen.
Op 30 mei 2022 keurde de zoneraad het jaarlijkse actieplan 2022 van de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen voorlopig goed. Vervolgens moet dit voor advies aan de steden en gemeenten, lid van de Hulpverleningszone, worden voorgelegd.
Het Meerjarenplan 2020–2025 wordt jaarlijks aangepast. Het concrete plan voor 2022, nl. het Jaaractieplan 2022 is gebaseerd op de actualisering van het Meerjarenplan 2020-2025.
De uitgewerkte actieplannen passen in het meerjarenbeleidsplan en situeren zich op het vlak van de bedrijfsvoering, de uitrusting, de risicobeheersing en van de operaties, vorming, training en opleiding (VTO).
Deze jaaractieplannen moeten het mogelijk maken om op een efficiënte en effectieve wijze de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen verder uit te bouwen. De voorwaarde voor de uitvoering van de jaaractieplannen is dat de kosten ervan de voorziene middelen in de begroting van de Hulpverleningszone niet mogen overschrijden.
Aan de gemeenteraad wordt gevraagd om advies te verlenen inzake het Jaaractieplan 2022 van de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen.
Artikel 23 §3 van de Wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid.
Besluit van de Zoneraad van 30 mei 2022
Verleent gunstig advies inzake het Jaaractieplan 2022 van de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen.
Stuurt een afschrift van dit besluit voor verder gevolg aan de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen.
Bericht van EVA Economisch Huis Oostende vzw met uitnodiging en bijhorende documenten voor de Algemene Vergadering op dinsdag 28 juni 2022 om 19.00 uur.
De vergadering zal plaatsvinden in het Economisch Huis Oostende, Gistelsesteenweg 1C bus 00.01 te Oostende.
De volgende agenda wordt voorgesteld:
Deze beslissing zal het stemgedrag van de afgevaardigden van de Stad bepalen.
statuten Economisch Huis Oostende vzw
Formuleert geen vragen en/of opmerkingen over onderstaande agenda voor de Algemene Vergadering van Economisch Huis Oostende vzw op 28 juni 2022 en keurt deze agendapunten inclusief de bijlagen bijgevolg goed:
Draagt de aangeduide vertegenwoordigers op om hun stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van de algemene vergadering van Economisch Huis Oostende vzw van 28 juni 2022 (of iedere andere datum waarop deze vergadering uitgesteld of verdaagd zou worden, waarbij de agenda onveranderd blijft).
Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan Economisch Huis Oostende vzw.
De e-mail van Cultuurcentrum De Grote Post vzw met de uitnodiging en bijhorende documenten voor de Algemene Vergadering op woensdag 29 juni 2022 om 19.00 uur. De vergadering zal digitaal plaatsvinden via Teams. De link wordt bezorgd aan de vertegenwoordigers.
Volgende agenda wordt voorgesteld:
Deze beslissing bepaalt het stemgedrag van de vertegenwoordigers van de Stad, zoals bij gemeenteraadsbesluit aangeduid voor de duur van de legislatuur.
statuten CC De Grote Post
De Stad formuleert geen opmerkingen of bezwaren tegen de volgende agendapunten van de Algemene Vergadering van Cultuurcentrum De Grote Post vzw op 29 juni 2022 om 19.00 uur en keurt de volgende agendapunten goed:
Draagt de aangeduide vertegenwoordigers op om hun stemgedrag af te stemmen op het in de beslissing van de gemeenteraad van heden bepaalde standpunt met betrekking tot de agendapunten van de algemene vergadering van Cultuurcentrum De Grote Post vzw op 29 juni 2022 (of iedere andere datum waarop deze vergadering uitgesteld of verdaagd zou worden, waarbij de agenda onveranderd blijft).
Een eensluidend afschrift van deze beslissing wordt gestuurd naar Cultuurcentrum De Grote Post vzw.
In het kader van het relanceplan ‘Vlaamse Veerkracht’ werd de subsidieoproep ‘Digibanken’ gelanceerd. Deze oproep heeft de ambitie om lokale partnerschappen te financieren die werk maken van:
Binnen regio Midden-Kust werd er, onder leiding van Stad Oostende en Perspectief, werk gemaakt van twee zogenaamde ‘Digibanken’:
In regio Midden-Kust woont een groot aantal kwetsbare burgers. Denk hier aan senioren, werkzoekenden, laaggeletterden, mensen in armoede en mensen met een migratieachtergrond. Hun zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie verhogen, is voor de lokale besturen en verschillende organisaties in de regio een belangrijk streefdoel.
De digitale kloof maakt deze uitdaging nog groter. Maar werk maken van e-inclusie betekent ook dat we bij de meest kwetsbaren onder ons de competenties versterken om volwaardig deel te nemen aan de samenleving.
Stad Oostende en Perspectief hebben in partnerschap met de onderwijsverstrekers (LIGO, CVO Cervo-GO!, Avansa, CVO Ligo) en de andere regiosteden en -gemeenten (Bredene, De Haan, Gistel, Ichtegem, Middelkere en Oudenburg) een aanbod op vlak van e-inclusie uitgewerkt. Met de steun van de Vlaamse overheid willen we het aanbod (zowel de lessen als hardware) toegankelijker maken, de samenwerking tussen de twintig partners en toeleiders optimaliseren en onze e-inclusie-aanpak regiobreed aanpakken. Het project loop van 16/06/2022 tot 31/12/2024. Strategische Coördinatie trekt, op basis van de beschikbare subsidies, een tijdelijke projectmedewerker aan.
De subsidie ‘digibanken’ zal Stad Oostende/Perspectief en partners in staat stellen om een nieuwe e-inclusie samenwerkingsverband en -strategie, communicatiestrategie en toeleidingsstrategie uit te voeren. Dit moet resulteren in een aanpak die burgers ondersteunt om op een actieve en kritische manier deel te nemen aan de digitale maatschappij.
Concrete resultaten van een Digibanken zullen zijn:
Steden kunnen onderling overeenkomsten sluiten ingevolge van artikel 387 van het Decreet over het Lokaal Bestuur.
Keurt de indiening van het dossier 'Digibank: leven en vrije tijd' goed.
Keurt de indiening van het dossier 'Digibank: Perspectief' goed.
Keurt de samenwerkingsovereenkomst van 'Digibank: Leven en Vrije Tijd' goed.
Keurt de samenwerkingsovereenkomst van 'Digibank: Perspectief' goed.
Strategische Coördinatie gaat over tot de aanwerving van een projectcoördinator 'E-inclusie' op basis van de subsidie. De projectcoördinator wordt aangeworven voor de duurtijd (31/06/2022-31/12/2024) van het project.
Organisatiebeheersing is een geheel van maatregelen en procedures dat ervoor zorgt dat er een redelijke zekerheid bestaat dat de doelstellingen zullen worden bereikt. Meer specifiek moet het systeem van organisatiebeheersing ervoor zorgen dat de risico's maximaal onder controle worden gehouden zodat er een relatieve of redelijke zekerheid bestaat dat volgende vijf organisatiedoelen zullen worden bereikt:
1. het bereiken van de doelstellingen van de organisatie;
2. het beschikken over betrouwbare financiële en andere beheersinformatie;
3. het naleven van wetgeving en procedures ('compliance');
4. het efficiënt en effectief werken alsook het economisch gebruik van middelen;
5. de bescherming van activa en het voorkomen van fraude.
Als kader voor organisatiebeheersing heeft Stad Oostende gekozen voor het "Traject naar Uitmuntendheid" dat werd goedgekeurd door de Gemeenteraad en Raad voor Maatschappelijk Welzijn op 25 maart 2019. Het kader stelt onze bedoeling duidelijk: onze organisatie voortdurend kwalitatief verder ontwikkelen en beheersen rekening houdend met het uitgewerkte kader.
In voorliggend rapport ligt de focus op het verbeteractieplan organisatiebeheersing dat op 22 juni 2020 met het jaarverslag organisatiebeheersing 2019 een eerste keer ter kennis werd gebracht van de Gemeenteraad en de Raad voor Maatschappelijk Welzijn. Er wordt eerst algemeen toegelicht in welke ontwikkelingsfase van organisatiebeheersing we ons bevinden. Vervolgens wordt ingezoomd op de belangrijkste zaken uit het verbeteractieplan.
Decreet Lokaal Bestuur van 22.12.2017, inz. de artikelen 217 t/m 220.
De Gemeenteraad neemt kennis van de stand van zaken van de organisatiebeheersing van Stad Oostende conform de decretaal verplichte jaarlijkse rapportering.
In de Gemeenteraad van 25 april 2022 werden de beheersovereenkomst en het financieringsplan via de toetredingsakte van OFP Prolocus, het kaderreglement en het bijzonder pensioenreglement goedgekeurd. Er werd ook kennis genomen van de verklaring inzake de beleggingsmiddelen en de statuten. In deze documenten werden er kleine wijzigingen aangebracht.
Voornaamste wijzigingen:
1. Het kaderreglement:
- Mogelijkheid om een begunstigde (fysieke persoon) van de overlijdensdekking aan te duiden, andere dan de echtgeno(ot)(e) of de wettelijk samenwonende partner, of de kinderen. Dit kan vooral van belang zijn voor alleenstaanden zonder kinderen.
- Het pensioengevend loon tijdens een gelijkgestelde periode is gelijk aan het pensioengevend loon dat men ontving voorafgaand aan de gebeurtenis, en niet een fictief loon op forfaitaire basis2. Bijzonder pensioenreglement
- De mogelijkheid wordt voorzien om de aansluitingsvoorwaarden aan te passen aan de concrete situatie van elk bestuur, bijvoorbeeld wanneer een bestuur een gesloten plan heeft.
- Er wordt verduidelijkt dat het toegekend rendement bepaald wordt op basis van het gecumuleerd maandelijks netto rendement.
- Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de minimale rendementsgarantie (een percentage) en het bedrag dat daaruit voortvloeit (en dat desgevallend toegekend wordt aan de individuele rekening van de aangeslotene).3. De beheersovereenkomst
- Verduidelijking dat een aangeslotene die zowel een actieve aangeslotene is (nog in actieve dienst) als een slaper (een aangeslotene die niet langer in actieve dienst is, omwille van vorige tewerkstellingen) maar één keer zal aangerekend worden aan het bestuur
- Verduidelijking van de procedure van ingebrekestelling wanneer een bestuur haar bijdragen niet tijdig betaalt, en aligneren met het bijzonder pensioenreglement
4. Het financieringsplan
- Verduidelijking dat de gemiddelde verschuldigde bijdragevoet voor de bepaling van de RSZ inningspercentages een schatting is. De tabel met de verschuldigde bijdragepercentages werd gecorrigeerd.
- In het overzicht van de opbouw van de verschillende reserves (bijlage 3), werd toegevoegd dat, indien er bij pensionering of overdracht van de reserves een tekort zou zijn ten opzichte van de minimale rendementsgarantie, en de vrije reserves onvoldoende zouden zijn om dit tekort aan te zuiveren, de werkgever een bijkomende bijdrage zal moeten storten. Dit stond reeds beschreven in de tekst van het financieringsplan en in het kaderreglement en bijzonder pensioenreglement, maar stond niet met zoveel woorden in het schema van bijlage 3.
- De prefinanciering bedraagt in principe 5% van de bijdrage gedurende de eerste 5 jaar van deelname aan OFP PROLOCUS. Er werd toegevoegd dat een bestuur ervoor kan opteren om een extra buffer aan te leggen door éénmalig een extra dotatie te doen in de vrije reserve – prefinanciering, bovenop de 5%.5. Verklaring inzake beleggingsbeginselen
- Toevoeging van artikel 4.4. in het algemeen luik in verband met de rapporteringsverplichtingen onder de Sustainable Finance Disclosure Regulation (SFDR). OFP PROLOCUS is op dit ogenblik niet bij machte om te rapporteren over de negatieve impact van beleggingen op duurzaamheidsfactoren, aangezien dit een rapporteringsteam en de inkoop van data zou vereisen, wat het rendement van OFP PROLOCUS gevoelig zou doen dalen.
- Verduidelijking dat het beleggingscomité een adviserend orgaan is, dat geen beslissingen kan nemen.
- Verduidelijking dat het investeringsmandaat voor het Afzonderlijk Kostenvermogen een mandaat is van passief beheer met ESG integratie, in de plaats van een passief ESG mandaat.
- De toegelaten tracking error voor de vermogensbeheerders van het Afzonderlijk Kostenvermogen bedraagt 1,5% in de plaats van 0,5%.
Er wordt kennisgenomen en ingestemd met de wijzigingen vermeld in de nota ivm de finalisatie van de sleuteldocumenten
Het Decreet Lokaal Bestuur,
De Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingsstelsel van de pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid.
Het bestuur neemt kennis van en stemt in met de volgende gewijzigde documenten van OFP Prolocus: het Kaderreglement, het Bijzonder pensioenreglement, de Beheersovereenkomst, het Financieringsplan en neemt kennis van de gewijzigde Verklaring inzake beleggingsmiddelen.
Overeenkomstig de bepalingen van een akte die op 01 februari 1996 werd verleden voor de heer Julien Goekint, Burgemeester van de Stad Oostende, tussen de Stad en de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert, beschikt de Stad over het recht van terugkoop ingeval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Bij brief van 18 mei 2022 heeft notariskantoor De Maesschalck ons Bestuur ingelicht dat de huidige eigenaar de grond wenst over te dragen aan de heer Tim Vandenabeele. De voornoemde koper zal de huidige activiteiten, die verband houdt met 'handel en verdeling en opslag van vloeibare brandstoffen', niet verderzetten. De nieuwe activiteiten worden: "tuinonderhoud, sorteren van metalen, grondwerken en stokkering van tuinafval en metalen".
Het goed behoort op vandaag toe aan de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert, voor de oprichting en uitbating van een bedrijf met als activiteitenhandel en verdeling en opslag van vloeibare brandstoffen', ingevolge de beslissing van de Gemeenteraad van 15 december 1995, waarbij de voorwaarden voor de verwerving van het lot industriegrond werden vastgelegd.
De voornoemde echtgenoten waren er eigenaar van geworden, ingevolge de aankoop ervan jegens de stad Oostende, waarvan de akte op 01 februari 1996 werd verleden voor de heer Julien Goekint, Burgemeester.
De huidige activiteiten worden niet overgenomen en gewijzigd naar : "tuinonderhoud, sorteren van metalen, grondwerken en stokkering van tuinafval en metalen" (zie 'brf notaris de maesschalck voorkooprecht hooggeleedstraat.pdf).
In de voormelde akte is bepaald dat de Stad beschikt over het recht van terugkoop overeenkomstig artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie - vervangen door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering - in het geval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Overwegende dat de Stad op heden het goed niet doelmatig kan aanwenden voor industriële of gemeenschapsdoeleinden, heeft het op heden geen zin dat de Stad eigenares zou worden van het goed. Derhalve is het aangewezen dat de Stad afziet van de uitoefening van het recht van terugkoop.
De dienst Vergunningen - directie Omgeving bezorgde op 04 juni 2022 een positief advies m.b.t. de wijziging van activiteiten (zie 'advies Omgeving.pdf' in bijlage).
Artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat vervangen is door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering.
Oefent het recht van terugkoop, bepaald bij artikel 32 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat werd vervangen door Hoofdstuk IV van het Decreet ruimtelijke economie van 13 juli 2012, niet uit ter gelegenheid van de geplande verkoop uit de hand van een lot industriegrond gelegen Hooggeleedstraat 6 in Oostende, bij het kadaster gekend in de 12de afdeling, sectie A, als nummers 242 R P0000 en 242 N P0000, voor een totale oppervlakte volgens het Kadaster van 2.215,90m², toebehorend aan de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert.
Verwijst naar het recht van kosteloze overweg en oppervlaktebeschikking van de strook grond, gelegen tussen de percelen 210 L 2 P0000 en 210 Z P0000, met een oppervlakte van 214,89m², bij het Kadaster gekend in de 12de afdeling sectie A als nummer 210 G 2 P0000, waarvan de bedding toebehoort aan de TMWV in Gent.
Het afzien door de Stad van de uitoefening van het recht van terugkoop is eenmalig en de Stad behoudt voor de toekomst het recht van terugkoop ten opzicht van de overnemer van het goed, en zal het kunnen uitoefenen in het geval de verwervende partij de opgelegde bestemming ervan of één der andere voorwaarden die aan de overname zijn verbonden, niet zou naleven.
Alle voorwaarden en verplichtingen die in de akte van 01 februari 1996 betreffende de verkoop door de Stad aan de echtgenoten Jean Provost - Corinne Gevaert werden opgelegd, blijven mutatis mutandis van kracht ten opzichte van de koper, die derhalve in alle rechten en verplichtingen van de verkoper treedt.
De voorschriften van het Gewestplan "Oostende-Middenkust", dat bij een Koninklijk Besluit van 26 januari 1977 werd vastgesteld, moeten strikt nageleefd worden. Volgens deze voorschriften moet op het goed een industriële of ambachtelijke activiteit worden uitgeoefend, met uitsluiting van enige vorm van verkoop in detail aan verbruikers. Het terrein mag geenszins worden aangewend als open stortplaats voor verwezen materialen.
De verwervende partij heeft er kennis van dat de Stad bij de overdracht van industriegronden aan een rechtspersoon de volgende verplichtingen oplegt :
De verwervende partij moet voldoen aan de voorschriften van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. Dit behelst dat zij voor de gevraagde exploitatie, voor zover het een hinderlijk ingedeelde inrichting betreft, naar gelang de klasse waartoe de inrichting behoort, hetzij een melding moet doen, hetzij de nodige aanvraag moet doen om de gevraagde activiteiten te mogen uitvoeren.
De bovenvermelde opgesomde bepalingen moeten in de akte van overdracht worden ingelast.
Overeenkomstig de bepalingen van een akte die op 18 augustus 1998 werd verleden voor Jean Vandecasteele, Burgemeester van de Stad Oostende, tussen de Stad en de bvba Edelweiss, beschikt de Stad over het recht van terugkoop ingeval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Bij brief van 24 mei 2022 heeft notariskantoor Notabelius ons Bestuur ingelicht dat de huidige eigenaar de grond wenst over te dragen aan de bvba JEFIKO. De voornoemde bvba zal de huidige activiteiten, die verband houdt met ruim- en ontstoppingsdiensten, blijven uitoefenen.
Het goed behoort op vandaag toe aan de bvba Edelweiss, voor de oprichting en uitbating van een bedrijf met als activiteiten 'ruim- en ontstoppingsdiensten' , ingevolge de beslissing van de Gemeenteraad van 26 september 1997 respectievelijk 28 mei 1998, waarbij de voorwaarden voor de verwerving van het lot industriegrond werden vastgelegd.
De nv Edelweiss was er eigenaar van geworden, ingevolge de aankoop ervan jegens de stad Oostende, waarvan de akte op 18 augustus 1998 werd verleden voor de heer Jean Vandecasteele, Burgemeester.
De huidige activiteiten worden overgenomen en verdergezet (zie antwoord Notabelius.pdf).
In de voormelde akte is bepaald dat de Stad beschikt over het recht van terugkoop overeenkomstig artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie - vervangen door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering - in het geval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
Overwegende dat de Stad op heden het goed niet doelmatig kan aanwenden voor industriële of gemeenschapsdoeleinden, heeft het op heden geen zin dat de Stad eigenares zou worden van het goed. Derhalve is het aangewezen dat de Stad afziet van de uitoefening van het recht van terugkoop.
Artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat vervangen is door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering.
Oefent het recht van terugkoop, bepaald bij artikel 32 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat werd vervangen door Hoofdstuk IV van het Decreet ruimtelijke economie van 13 juli 2012, niet uit ter gelegenheid van de geplande verkoop uit de hand van een lot industriegrond gelegen Hooggeleedstraat 24 in Oostende, bij het kadaster gekend in de 12de afdeling, sectie A, als nummers 210 L 2 P0000 en 210 Z P0000, voor een totale oppervlakte volgens het Kadaster van 3.297m², toebehorend aan de nv Edelweiss.
Verwijst naar het recht van kosteloze overweg en oppervlaktebeschikking van de strook grond, gelegen tussen de percelen 210 L 2 P0000 en 210 Z P0000, met een oppervlakte van 214,89m², bij het Kadaster gekend in de 12de afdeling sectie A als nummer 210 G 2 P0000, waarvan de bedding toebehoort aan de TMWV in Gent.
Het afzien door de Stad van de uitoefening van het recht van terugkoop is eenmalig en de Stad behoudt voor de toekomst het recht van terugkoop ten opzicht van de overnemer van het goed, en zal het kunnen uitoefenen in het geval de verwervende partij de opgelegde bestemming ervan of één der andere voorwaarden die aan de overname zijn verbonden, niet zou naleven.
Alle voorwaarden en verplichtingen die in de akte van 18 augustus 1998 betreffende de verkoop door de Stad aan de nv Edelweiss werden opgelegd, blijven mutatis mutandis van kracht ten opzichte van de koper, die derhalve in alle rechten en verplichtingen van de verkoper treedt.
De voorschriften van het Gewestplan "Oostende-Middenkust", dat bij een Koninklijk Besluit van 26 januari 1977 werd vastgesteld, moeten strikt nageleefd worden. Volgens deze voorschriften moet op het goed een industriële of ambachtelijke activiteit worden uitgeoefend, met uitsluiting van enige vorm van verkoop in detail aan verbruikers. Het terrein mag geenszins worden aangewend als open stortplaats voor verwezen materialen.
De verwervende partij heeft er kennis van dat de Stad bij de overdracht van industriegronden aan een rechtspersoon de volgende verplichtingen oplegt :
De verwervende partij moet voldoen aan de voorschriften van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. Dit behelst dat zij voor de exploitatie en de uitbreiding van het bedrijf, voor zover het een hinderlijk ingedeelde inrichting betreft, naar gelang de klasse waartoe de inrichting behoort, hetzij een melding moet doen, hetzij een aanvraag om vergunning moet indienen.
De bovenvermelde opgesomde bepalingen moeten in de akte van overdracht worden ingelast.
De Gemeenteraad keurde op 21 februari 2022 de verkoopsprocedure, minimuminstelprijs en ontwerp van verbintenis van overdracht betreffende de Armenonville, gelegen Groendreef 18, gekend als de 'Armenonville', gekadastreerd in de 1ste afdeling sectie E als nummer 307 P0000 respectievelijk nummer 303 S P0000, met een totale oppervlakte van 910m², goed (zie gekoppeld besluit 2022_GR_00044).
De verkoopsprocedure van de 'Armenonville' liep van 02 maart 2022 tot en met 18 april 2022. In die periode werd slechts 1 bod ontvangen.
Het ingediende bod van 380.000 euro voldeed aan de vereisten zoals omschreven in art. 3 van de verkoopsprocedure en werd dan ook door het College regelmatig verklaard.
De kandidaat werd uitgenodigd om de verbintenis tot overname van het onroerend goed te ondertekenen (zie bijlage bij huidig besluit 'ondertekende verbintenis Armenonville.pdf').
Aan de Gemeenteraad wordt gevraagd om overeenkomstig art. 6 van de verkoopsprocedure het ontwerp van overeenkomst van overdracht van het onroerend goed aan te nemen.
Decreet Lokaal Bestuur, artikels 293 en 296
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03 mei 2019 m.b.t. de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten
Gemeenteraadsbesluit van 21 februari 2022 waarbij de verkoopsprocedure, minimum instelprijs en ontwerp van verbintenis van overdracht van de Armenonville werden goedgekeurd.
Keurt het "ontwerp akte overdracht Armenonville.pdf" goed.
De inkomst van de verkoop wordt toegewezen aan het Meerjarenplan van de Stad ST/O/26000000/061001/2020-919-001/1300-01.
Belast het College met de uitvoering van de secundaire modaliteiten.
Overeenkomstig de bepalingen opgenomen in de akte van 05 april 1990, die werd verleden voor Commissaris van het Aankoopcomité Jan Moerkerke, tussen de Stad en de heer Michel Feys, beschikt de Stad over het recht van terugkoop ingeval dat de verwervende partij de activiteiten zou staken of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou naleven.
De overdracht geschiedde voor industriële doeleinden, overeenkomstig de bepalingen van het BPA 5Z 'Grintweg 1971' als het Gewestplan 'Oostende-Middenkust'.
In artikel 2§2 van de voornoemde akte werd vastgelegd dat de voornoemde echtgenoten op het lot industriegrond een bedrijf diende op te richten met als activiteit: 'garage en carrosserie'.
De verwervende partij mag zonder voorafgaand akkoord van de Stad het lot industriegrond noch geheel noch gedeeltelijk vervreemden.
Bij de brief van 29 april 2022 heeft notaris Polfliet ons Bestuur ingelicht dat de huidige eigenaar de grond wenst over te dragen aan de echtgenoten Luc David - Christel Inghelbrecht. De voornoemde echtgenoten zullen er volgende activiteiten uitoefenen: "Zelfde loods voor opslag van goederen (bakkerijgrondstoffen en verpakkingen) later nog uit te breiden met inrichting als productieruimte (warme bakkerij). In eerste instantie (tot de productie kan worden opgestart) zou een deel van de loods ook aan derden worden verhuurd als opslagruimte".
Het betrokken goed behoort op vandaag toe aan de heer Alain Feys, voor de oprichting en uitbating van een bedrijf met als activiteit 'garage en carrosserie met uitzondering van detailhandel in het bedrijfsgebouw', ingevolge de beslissing van de Gemeenteraad van 27 oktober 1989 waarbij de voorwaarden voor de verwerving van het lot industriegrond werden vastgelegd.
In de akte van 05 april 1990 is bepaald dat de Stad beschikt over het recht van terugkoop overeenkomstig artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie - vervangen door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering - in het geval de activiteiten zouden gestaakt worden of de voorwaarden van de bouwvergunning of van de bedrijfsvestiging niet zou worden nageleefd.
Overwegende dat de Stad op heden het goed niet doelmatig kan aanwenden voor industriële of gemeenschapsdoeleinden, heeft het op heden geen zin dat de Stad eigenares zou worden van het goed. Derhalve is het aangewezen dat de Stad afziet van de uitoefening van het recht van terugkoop.
Daarnaast dient de Stad in te stemmen met de wijziging van de activiteiten. De dienst Omgevingsvergunningen leverde hiervoor op 30 mei 2022 een positief advies af. De bestemmingswijziging van 'garage – carrosserie' naar 'loods voor opslag van bakkerijgrondstoffen en verpakkingen en latere uitbreiding naar productieruimte voor warme bakkerij' kan, met uitzondering van elke vorm van detailhandel. Een omgevingsvergunning voor deze bestemmingswijziging is nodig (zie bijlage 'advies dienst Omgevingsvergunningen.pdf').
Artikel 32 §1 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat vervangen is door Afdeling 4 'Recht van terugkoop en recht van wederovername' van het Decreet ruimtelijke economie dat op 04 juli 2012 werd aangenomen door het Vlaamse Parlement en op 13 juli 2012 werd bekrachtigd door de Vlaamse regering.
Oefent het recht van terugkoop, bepaald bij artikel 32 van de gewijzigde Wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie, dat werd vervangen door Hoofdstuk IV van het Decreet ruimtelijke economie van 13 juli 2012, niet uit ter gelegenheid van de geplande overdracht door de heer Yves Feys aan de echtgenoten Luc David - Christel Inghelbrecht, van het lot industriegrond gelegen Zandvoordestraat 423 in Oostende, bij het kadaster gekend in de 12de afdeling, sectie A, als nummer 216 L P0000, met een oppervlakte van 2.468m².
Het afzien door de Stad van de uitoefening van het recht van terugkoop is eenmalig en de Stad behoudt voor de toekomst het recht van terugkoop ten opzichte van de overnemer van het goed, en zal het kunnen uitoefenen in het geval de koper de opgelegde bestemming of één der andere voorwaarden die aan de overname zijn verbonden, niet zou naleven.
Alle voorwaarden en verplichtingen, met uitzondering van hetgeen vermeld sub Artikel 3, dewelke in de akte van 05 april 1990 aan de heer Michel Feys werden opgelegd, blijven mutatis mutandis van kracht ten opzichte van de overnemer, die derhalve in alle rechten en verplichtingen van de verkoper treedt.
De wijziging van de bestemming van de uit te oefenen activiteiten van "garage – carrosserie" naar "loods voor opslag van bakkerijgrondstoffen en verpakkingen en latere uitbreiding naar productieruimte voor warme bakkerij" kan met uitzondering van elke vorm van detailhandel aan verbruikers en mits de omgevingsvergunning voor deze bestemmingswijziging wordt bekomen.
De koper moet voldoen aan de voorschriften van het Vlaams Reglement betreffende de Milieuvergunning. Dit behelst dat zij voor de exploitatie en de uitbreiding van het bedrijf, voor zover het een hinderlijk ingedeelde inrichting betreft, naar gelang de klasse waartoe de inrichting behoort, hetzij een melding moet doen, hetzij een aanvraag om vergunning moet indienen.
De bovenvermelde opgesomde bepalingen moeten in de akte van overdracht worden ingelast.
Op 08 december 2021 stuurde het Vlaamse Gewest, afdeling Maritieme Dienstverlening en Kust een vergunning voor het gebruik van het wateroppervlak en steigers met aanlegplaatsen voor vissersbootjes ter hoogte van de Schietbaanstraat in de Spuikom met een oppervlakte van 993 m² tegen betaling van een jaarlijkse retributie ten bedrage van 1.134,13 euro.
De Stad beschikt echter over een samenwerkingsovereenkomst met het Vlaams Gewest betreffende de watersportactiviteiten en de visrechten op de Spuikom van 06 december 2001, die kosteloos en voor onbepaalde duur werd afgesloten. Deze nog geldige overeenkomst heeft zodoende hetzelfde voorwerp als de nieuwe vergunning.
Op basis van het bestaan van de kosteloze samenwerkingsovereenkomst met hetzelfde voorwerp, nam het Vlaamse Gewest, afdeling Kust een herzieningsbesluit waarbij de Stad werd vrijgesteld van het betalen van de retributie, maar waarbij de overige vergunningsvoorwaarden behouden blijven, gezien dit specifieke voorwaarden betreffen voor de steigers in aanvulling op de overeenkomst.
Zodoende wordt voorgesteld om de vergunning voor het gebruik van het wateroppervlak en steigers met aanlegplaatsen voor vissersbootjes ter hoogte van de Schietbaanstraat in de Spuikom met een oppervlakte van 993 m², zoals aangevuld door het herzieningsbesluit te aanvaarden.
Samenwerkingsovereenkomst met het Vlaams Gewest betreffende de watersportactiviteiten en de visrechten op de Spuikom van 06 december 2001.
Aanvaardt de vergunning 218113/V-vh / 16EH-U-21-4966 van 24.11.2021 (bijlage 218113V.verg_vh.pdf) van het Vlaams Gewest voor het gebruik van het wateroppervlak en steigers met aanlegplaatsen voor vissersbootjes ter hoogte van de Schietbaanstraat in de Spuikom met een oppervlakte van 993 m², aangevuld met het herzieningsbesluit van 10.01.2022 (bijlage 218113V.herziening_vh.pdf).
Artikel 41, 2de lid, 11° van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur
De Stad is eigenares van het gebouw van het Noordzeeaquarium, gelegen Visserskaai zn, gekadastreerd in de 2de afdeling sectie D als nummer 870 P0000, met een oppervlakte van 188m².
Het gebouw huisvestte tot midden 2019 het Noordzeeaquarium.
Met het uitschrijven van een domeinconcessie wenst de Stad een nieuw leven te schenken aan het gebouw. Via een openbare oproep wordt een kandidaat-concessionaris gezocht die het meest voldoet aan de gestelde eisen van de oproep. De eisen zijn tweeërlei (zie 'Bestek Noordzeeaquarium.pdf'):
1. renovatie van het goed
2. kwalitatieve uitbating van het goed
Het doel van de concessie is dat het gebouw door de kandidaat-concessionaris dient te worden gerenoveerd (rekening houdend met de historiek en locatie van het gebouw), zodoende het om te vormen tot een ReCa-uitbating.
Daarnaast is het de wens dat de inschrijver zorgt voor een kwaliteitsvolle uitbating waarbij Noordzeevis centraal zal staan, die inspeelt op het DNA en de geschiedenis van Oostende, waarbij o.m. wordt ingezet op een goede samenwerking met de Vistrap en lokale leveranciers.
Van de concessionaris wordt ook verwacht dat de kwaliteitsvolle uitbating bijdraagt tot de promotie van Oostende en een 'reason to come' is, ook vanuit het binnenland.
Het betreft een concessie met een looptijd van 9 jaar. Deze termijn kan éénmaal verlengd worden voor eenzelfde periode.
De concessievergoeding voor de eerste periode van 9 jaar wordt vastgelegd op minimum 1€/maand of 12€/jaar, de concessievergoeding bij een mogelijke verlenging wordt vastgelegd op minimum 5.000,00€/ maand.
Met de oproep en toewijzingsprocedure wordt een transparante procedure gevolgd, in overeenstemming met de Omzendbrief KB/ABB 2019/3 dd. 03 mei 2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten.
Teneinde een oproep te lanceren voor kandidaat-concessionarissen dient de Gemeenteraad haar akkoord te geven over het bestek, de toewijzingscriteria -en procedure, en het ontwerp van concessieovereenkomst (zie bijlage 'Bestek Noordzeeaquarium').
De oproep voor kandidaat-concessiehouders zal gepubliceerd worden op de website van de stad Oostende en via de e-tendering procedure. Kandidaturen kunnen overeenkomstig het bestek worden ingediend tot en met woensdag 31 augutus 2022.
Betreffende de concessievergoeding maakte landmeter-expert Johan Vandewalle uit Koksijde op 12 mei 2022 een schattingsverslag op. De maandelijkse huurwaarde werd geschat op 5.000,00€, dit weliswaar na de totale renovatie van het gebouw.
Voor de eerste 9 jaar van de concessie wordt afgeweken van de schatting, in die zin dat de concessionaris instaat voor de totale renovatie en inrichting van het gebouw. De renovatiekost wordt door de landmeter geschat op 561.783€. Het lijkt ons opportuun om, gezien het doel van de concessie, voor de eerste negen jaar van de concessie de minimum instelprijs op 1€/maand vast te leggen. De minimum instelprijs bij een mogelijke verlenging wordt vastgelegd op 5.000,00€/maand, overeenkomstig het schattingsverslag.
Met het vastleggen van de procedure, de instelprijs alsook het ontwerp van concessieovereenkomst, voldoet de Stad aan de voorwaarden van artikel 293 en 296 van het Decreet Lokaal Bestuur samen gelezen met de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03 mei 2019 m.b.t. de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten.
De markt wordt voldoende geraadpleegd, elke mogelijk geïnteresseerde heeft de kans om een bod in te dienen en de procedure verloopt met voldoende openbaarheid en transparantie.
Aan de Gemeenteraad wordt de goedkeuring van het bestek, de toewijzingscriteria- en procedure, en het ontwerp van concessieovereenkomst.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 293 en 296
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03 mei 2019 m.b.t. de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten
Beslist om voor de concessie voor de exploitatie van het Noordzeeaquarium een openbare oproep voor een domeinconcessie te voeren.
Keurt het bestek (zie bijlage 'Bestek Noordzeeaquarium') met de toekennings- en concessievoorwaarden goed.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de verdere uitvoeringsmodaliteiten van onderhavig besluit, waaronder het lanceren van de oproep, het voeren van de toewijzingsprocedure, de toewijzing van de concessie en het afsluiten van de concessieovereenkomst.
Dyade vzw organiseert reeds verschillende decennia een jeugdwerking voor kinderen en jongeren met een (vermoeden van) beperking en/of ASS en ADHD tussen 5 en 35 jaar. Ze organiseren een toegankelijk vrijetijdsaanbod door énerzijds een eigen aanbod uit te werken en anderzijds gebruik te maken van het reguliere vrijetijdsaanbod. Hierbij wordt ook ingespeeld op het aanbod van andere jeugdwerkinitiatieven.
Dyade vzw is met hun werking een belangrijke professionele jeugdwerkpartner voor de Stad en de financiële ondersteuning van hun werking werd opgenomen in de meerjarenplanning 2020-2025.
Reeds sinds 2016 heeft Dyade zijn uitvalsbasis in Vrijetijdscentrum Duin en Zee voor de kinderwerking. Op woensdagen en zaterdagen en tijdens schoolvakanties organiseren ze activiteiten voor deze kinderen. De gebruiksovereenkomst loopt af op 30 juni 2022. Een vernieuwing dringt zich dus op.
De Gemeenteraad keurde op 27 juni 2016 de gebruiksovereenkomst tussen de Stad Oostende en Dyade vzw goed. Deze gebruiksovereenkomst liep van 01 juli 2016 tot en met 30 juni 2019 en werd stilzwijgend verlengd voor een periode van 3 jaar. Na zes jaar dringt een actualisatie van de gebruiksovereenkomst zich op.
De Gemeenteraad keurde op 01 april 2022 het vernieuwde Huishoudelijk Reglement van Vrijetijdscentrum Duin en Zee goed. In dit huishoudelijk reglement wordt een aantal voorwaarden rond het sporadisch gebruik van lokalen vastgelegd.
Schattingsverslag van LiMit, landmeter, van 11 mei 2022 voor de lokalen die Dyade in gebruik neemt.
Gezien de doelgroep van Dyade is de infrastructuur van Vrijetijdscentrum Duin en Zee op vlak van toegankelijkheid ideaal, gezien alle lokalen op de gelijkvloers verdieping bevinden en ook de sanitair is aangepast.
Lokalen 13, 14 en een opbergkooi in lokaal 9 worden in permanente gebruik gegeven. Tijdens de werking kan Dyade gebruik maken van het labo en één polyvalente zaal (lokaal 1, 2 , 3, 10 of 11) in overleg met de verantwoordelijke van het vrijetijdscentrum rekening houdend met andere gebruikers.
Dyade vzw is een belangrijke partner van de Stad Oostende binnen het vrijetijdsaanbod voor kinderen en jongeren met een beperking. Voor deze werking werd een samenwerkingsovereenkomst tussen Dyade en Stad Oostende opgesteld voor de periode 2020-2022. Deze ondersteuning werd ook opgenomen in de meerjarenplanning 2020-2025 binnen actie 050105-04.
Dyade is binnen het vrijetijdsaanbod in Oostende en omgeving uniek met hun specifieke werking voor kinderen en jongeren met een beperkingen. Ze organiseren dit aanbod in samenwerking en op vraag van de Stad. Het aanbod binnen de vakantiewerking voor kinderen en jongeren met een beperking wordt complementair met het aanbod van de Stad georganiseerd. Hierbij voorziet de dienst Jeugd vakantieaanbod voor kinderen tot 12 jaar (met en zonder beperking) en Dyade voor jongeren (+12 jaar) met een beperking. De Stad voorziet binnen deze samenwerking een subsidie van 75.000 euro per jaar.
Door de samenwerking tussen de Stad en Dyade in functie van het vrijetijdsaanbod voor deze specifieke doelgroep is het aangewezen om de gebruiksvergoeding voor de lokalen in permanent gebruik en de gedeelde lokalen te beperken tot 750 euro per jaar. Zo blijft de werkingssubsidie van Dyade beschikbaar om te gebruiken voor de inzet van personeel en in functie van activiteiten met de kinderen en jongeren.
De gebruiksovereenkomst wordt aangegaan voor een periode van 3 jaar. Bij een eventuele verlenging wordt de forfaitaire vergoeding bij de start van de verlenging geïndexeerd.
Dyade vzw betaalt voor het sporadisch gebruik van andere, dan de in gebruiksovereenkomst opgenomen, lokalen het tarief van vaste gebruiker (vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement Vrijetijdscentrum Duin en Zee).
In de meerjarenplanning 2020-2025 werd volgende actie opgenomen: A 05010504 - De jeugddienst begeleidt het professioneel jeugdwerk om hun toegankelijkheid verder te versterken en geeft het jeugdwerkoverleg via de jeugdraad een adviserende rol in het jeugdbeleid.
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03/05/2016 van de Vlaamse Regering over de transacties van onroerend goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten.
Keurt de gebruiksovereenkomst van Duin en Zee tussen de stad Oostende en Dyade vzw goed.
Zie bijlage "007- GR_Goedkeuring - Uitnodiging tot indiening offerte".
Zie bijlage "007- GR_Goedkeuring - Uitnodiging tot indiening offerte".
Zie bijlage "007- GR_Goedkeuring - Uitnodiging tot indiening offerte".
Keurt bijlage "007- GR_Goedkeuring - Uitnodiging tot indiening offerte" goed.
Zie bijlage '009 - GR_Goedkeuring - Lastvoorwaarden'.
Zie bijlage '009 - GR_Goedkeuring - Lastvoorwaarden'.
Zie bijlage '009 - GR_Goedkeuring - Lastvoorwaarden'.
Keurt bijlage '009 - GR_Goedkeuring - Lastvoorwaarden' goed.
Zie bijlage '008-GR_Goedkeuring selectieleidraad - erratum en lastvoorwaarden'.
Zie bijlage '008-GR_Goedkeuring selectieleidraad - erratum en lastvoorwaarden'.
Zie bijlage '008-GR_Goedkeuring selectieleidraad - erratum en lastvoorwaarden'.
Keurt bijlage '008-GR_Goedkeuring selectieleidraad - erratum en lastvoorwaarden' goed.
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Zie bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf".
Keurt bijlage "006-GR_Goedkeuring - Herhaling - Lastvoorwaarden.pdf" goed.
De statuten van AG EOS.
De Gemeenteraad heeft op 02 maart 2007 de oprichting van het autonoom gemeentebedrijf Energiebesparing Oostende goedgekeurd en de statuten vastgesteld. De Gemeenteraad heeft op 14 december 2019 de beheersovereenkomst tussen AG EOS en de Stad voor de planperiode 2020-2025 en het evaluatieverslag en het meerjarenplan 2020-2025 goedgekeurd.
Op 24 mei 2022 keurde de Raad van Bestuur de jaarrekening 2021 van AG EOS goed.
Artikel 11 van de beheersovereenkomst tussen AG EOS en de Stad Oostende bepaalt de financiële tussenkomst van de Stad in AG EOS.
Artikel 27 van de statuten van AG EOS bepaalt dat de jaarrekening ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de Gemeenteraad.
Artikel 29 van de statuten van AG EOS bepaalt dat de Gemeenteraad de bestuurders kwijting verleent na goedkeuring van de jaarrekening.
Keurt de jaarrekening 2021 van AG EOS goed.
Verleent kwijting aan de bestuurders van AG EOS.
Door CVBA De Oostendse Haard en NV PR Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen werd op 25 maart 2022 een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend voor de bouw van 35 appartementen en 10 woningen na de sloop van de bestaande bebouwing, de renovatie van 6 woningen en de aanleg van het openbaar domein.
De werken situeren zich in het bouwblok begrensd door de Gelijkheidstraat, Spaarzaamheidstraat, Verenigingstraat en de Golvenstraat in Oostende, bij het Kadaster gekend in de 4de afdeling, sectie A, nummers
Gelijkheidstraat
0177/9/G5 – 0177/9/N4 – 0177/9/H5 – 0177/9/L4 – 0177/9/K5 – 0177/9/B5 – 0177/9/L5 – 0177/9/G4 – 0177/9/M5 – 0177/9/E4 – 0177/9/N5 – 0177/9/C4
Verenigingstraat
0177/9/P4 – 0177/9/D5 – 0177/9/R4 – 0177/9/S4 – 0177/9/T4 – 0177/9/V4 – 0177/15/F2 – 0177/15/G2 – 0177/15/H2 – 0177/15/Z2
Golvenstraat
0177/15/L2 – 0177/15/M2 – 0177/15/N2 – 0177/15/A3 – 0177/15/B3 – 0177/15/R2 – 0177/15/S2 – 0177/15/T2 –
Spaarzaamheidstraat
0177/15/W2 – 0177/15/P – 0177/15/X2 – 0177/15/R – 0177/15/S – 0177/15/T – 0177/15/Y2 – 0177/15/V – 0177/15/W – 0177/15/X – 0177/15/Y – 0177/15/Z – 0177/15/A2 – 0177/15/B2 – 0177/15/C2 – 0177/15/D2
Binnengebied
0177/9/S5
Deze aanvraag werd overeenkomstig artikel 3 §3.2 van het besluit van 05 mei 2000 van de Vlaamse regering betreffende de openbare onderzoeken over aanvragen tot stedenbouwkundige vergunning en verkavelingsvergunningen, onderworpen aan de formaliteiten van een openbaar onderzoek tijdens de periode van 07/04/2022 tot en met 06/05/2022, waarbij het plan ter inzage op het stadhuis werd neergelegd.
De bekendmaking werd aangeplakt op het terrein evenals gepubliceerd op de website van de Stad.
Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden 2 bezwaarschriften ingediend, waarvan de eerste analoog werd ingediend en de tweede digitaal werd ingediend.
Vermits deze aanvraag de wijziging van wegenis omvat, komt het de Gemeenteraad toe het tracé ervan vast te stellen.
Het voormeld terrein is gelegen in woongebied volgens het origineel gewestplan Oostende-Middenkust. De site werd opgenomen in de inventaris van het Bouwkundig Erfgoed ‘Sociale woonwijk Westerkwartier’.
De adviezen van de Proximus, Telenet en Fluvius zijn voorwaardelijk gunstig.
Het advies van de Brandweer is ongunstig.
De adviezen van de Mobiliteitscel, de dienst Beheer, Ontwerp en Inrichting Openbaar Domein en de Commissie A.be werden nog niet ontvangen.
Er werden twee bezwaarschriften ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Een eerste bezwaar handelt over de groenaanleg en de speelzones. Een tweede bezwaar handelt over de materialisaties van de gevel, in het bijzonder van blok B. Deze bezwaren hebben geen betrekking op het tracé, maar over de inhoud van de aanvraag tot omgevingsvergunning. Ze zullen dan ook in behandeling worden genomen in de beoordeling van de aanvraag tot omgevingsvergunning.
De wijziging van de wegenis houdt de buitenaanleg rondom de nieuwe en de te renoveren woningen en meergezinswoningen in. Enerzijds is er de aanleg van de paden die dienen voor de circulatie voor de voetgangers en de fietsers naar de gebouwen en doorheen de site. Anderzijds wordt er groenaanleg voorzien, met ruimte voor ontmoeten, spelen …
De aanleg is voorzien zoals op het plan
BA_Vervangingsbouw Westerkwartier_I_N_01_Inplantingsplan NT.pdf , hierbij gevoegd
Overeenkomstig artikel 4.2.17 §2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening moet de gemeenteraad een gemotiveerd besluit nemen over de zaak van de wegen.
Stelt het tracé voor de wijziging van de wegenis voor de buitenaanleg rondom de nieuwe en de te renoveren woningen en meergezinswoningen, de aanleg van de paden die dienen voor de circulatie voor de voetgangers en de fietsers naar de gebouwen doorheen de site, groenaanleg, ontmoetingsruimtes, speelruimtes, ... ten behoeve van het bouwblok begrensd door de Gelijkheidstraat, Spaarzaamheidstraat, Verenigingstraat en de Golvenstraat in Oostende vast, zoals is opgetekend op het bijgevoegd plan 'BA_Vervangingsbouw Westerkwartier_I_N_01_Inplantingsplan NT.pdf'
De Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen bepaalt dat het schoolbestuur voor zijn personeel een arbeidsreglement moet opmaken met daarin een aantal verplichte vermeldingen. Het arbeidsreglement legt de relatie tussen het schoolbestuur en het personeel vast.
Het laatste Arbeidsreglement Stedelijk Onderwijs werd goedgekeurd in de Gemeenteraad van 28 augustus 2009 en was geldig voor het basis- en deeltijds kunstonderwijs.
Het nieuwe Arbeidsreglement werd maximaal afgestemd op het Conservatorium aan Zee en de Kunstacademie aan Zee zonder in te druisen tegen de regelgeving.
Alle personeelsleden van het Conservatorium aan Zee en de Kunstacademie aan Zee ontvangen het Arbeidsreglement. het Evaluatiereglement werd als bijlage toegevoegd aan het Arbeidsreglement.
Elk personeelslid dient bij zijn indiensttreding een kopie van het arbeidsreglement te ontvangen.
Het Arbeidsreglement zal regelmatig worden bijgewerkt. Ook hiervan krijgen de personeelsleden een kopie.
De Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen bepaalt dat het schoolbestuur voor zijn personeel een arbeidsreglement moet opmaken met daarin een aantal verplichte vermeldingen. Het arbeidsreglement legt de relatie tussen het schoolbestuur en het personeel vast.
Het Arbeidsreglement en het Evaluatiereglement werden volledig herwerkt, rekening houdend met de huidige regelgeving. Beide reglementen werden maximaal afgestemd op het Conservatorium aan Zee en de Kunstacademie aan Zee zonder in te druisen tegen de regelgeving.
Alle personeelsleden van het Conservatorium aan Zee en de Kunstacademie aan Zee ontvangen het Arbeidsreglement. het Evaluatiereglement werd als bijlage toegevoegd aan het Arbeidsreglement.
Elk personeelslid dient bij zijn indiensttreding een kopie van het arbeidsreglement te ontvangen.
Het Arbeidsreglement zal regelmatig worden bijgewerkt. Ook hiervan krijgen de personeelsleden een kopie.
Onderhandeld op het ABOC van 18 mei 2022. Onder voorbehoud van ontvangst protocolakkoord.
Op dit punt werd een amendement goedgekeurd met volgende tekst:
Tijdens de ABOC vergadering van 18.05.2022 werden er vijf protocollen voorgelegd en waarvan er 2 werden ondertekend door mevrouw Piers en de heer Plasschaert, nl.:
Drie andere protocollen waaronder het protocol arbeids- en evaluatiereglement en het protocol instellingsgebonden opdrachten werden nog niet getekend voor akkoord.
Mevrouw Piers had geen opmerkingen op het Arbeids- en Evaluatiereglement maar ondertekende het protocol niet omdat het departement onderwijs nog wijzigingen zou doorvoeren.
We werden ondertussen in kennis gesteld door mevrouw Piers dat er effectief wijzigingen zullen gebeuren aan de ‘instellingsgebonden opdrachten’.
Om die redenen waren de protocollen nog niet toegevoegd aan het gemeenteraadsdossier.
Ondertussen werd door de dienst Onderwijs aangedrongen op een dringend ondertekening van deze protocollen
Het is voor het schoolbestuur en de personeelsleden belangrijk dat we op 1 september starten met een Arbeids- en Evaluatiereglement.
We moeten de vastgelegde afspraken binnen het Stadsbestuur volgen om dit reglement voor te leggen op de Gemeenteraad van juni en daarom kunnen we niet wachten op deze wijzigingen.
De eventuele wijzigingen kunnen uiteraard later nog worden voorgelegd aan de Gemeenteraad van augustus.
Het is voor het schoolbestuur en de personeelsleden belangrijk dat we op 1 september starten met een Arbeids- en Evaluatiereglement.
Pas op 22 juni mochten we een protocol arbeids- en evaluatiereglement en een protocol instellingsgebonden opdrachten ondertekend ontvangen.
Hierbij worden ze aan het gemeenteraadsdossier toegevoegd.
Wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen
Decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding;
Decreet van 9 maart 2018 betreffende het deeltijds onderwijs;
Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
De Nieuwe Gemeentewet van 24 juni 1988;
Besluit van de Vlaamse Regering van 4 mei 2018 betreffende het opleidingsaanbod, de organisatie, de personeelsformatie, de inning van het inschrijvingsgeld en de certificering van het deeltijds kunstonderwijs;
Onderhandeling van het Arbeidsreglement en het Evaluatiereglement in het Afzonder Bijzonder Onderhandelingscomité van 18 mei 2022.
Het Arbeids- en Evaluatiereglement voor het personeel van Deeltijds Kunstonderwijs Oostende wordt goedgekeurd.
Het Arbeids- en Evaluatiereglement wordt aan alle personeelsleden overhandigd en zij handtekenen voor ontvangst.
Alle nieuwe personeelsleden ontvangen het Arbeids- en Evaluatiereglement bij indiensttreding en handtekenen voor ontvangst.
Alle personeelsleden worden op de hoogte gesteld van wijzigingen.
Geeft dit besluit kracht voor uitvoering na de bekendmaking van het Arbeids- en Evaluatiereglement.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de secundaire uitvoeringsmodaliteiten van dit Besluit.
Tijdens de ABOC vergadering van 18.05.2022 werden er vijf protocollen voorgelegd en waarvan er 2 werden ondertekend door mevrouw Piers en de heer Plasschaert, nl.:
Drie andere protocollen waaronder het protocol arbeids- en evaluatiereglement en het protocol instellingsgebonden opdrachten werden nog niet getekend voor akkoord.
Mevrouw Piers had geen opmerkingen op het Arbeids- en Evaluatiereglement maar ondertekende het protocol niet omdat het departement onderwijs nog wijzigingen zou doorvoeren.
We werden ondertussen in kennis gesteld door mevrouw Piers dat er effectief wijzigingen zullen gebeuren aan de ‘instellingsgebonden opdrachten’.
Om die redenen waren de protocollen nog niet toegevoegd aan het gemeenteraadsdossier.
Ondertussen werd door de dienst Onderwijs aangedrongen op een dringend ondertekening van deze protocollen
Het is voor het schoolbestuur en de personeelsleden belangrijk dat we op 1 september starten met een Arbeids- en Evaluatiereglement.
We moeten de vastgelegde afspraken binnen het Stadsbestuur volgen om dit reglement voor te leggen op de Gemeenteraad van juni en daarom kunnen we niet wachten op deze wijzigingen.
De eventuele wijzigingen kunnen uiteraard later nog worden voorgelegd aan de Gemeenteraad van augustus.
Het is voor het schoolbestuur en de personeelsleden belangrijk dat we op 1 september starten met een Arbeids- en Evaluatiereglement.
Pas op 22 juni mochten we een protocol arbeids- en evaluatiereglement en een protocol instellingsgebonden opdrachten ondertekend ontvangen.
Hierbij worden ze aan het gemeenteraadsdossier toegevoegd.
Het Participatiedecreet van 18.01.2018 en wijzigingen.
Decreet Lokaal Bestuur van 21 december 2018 en daaropvolgende wijzigingen.
De dienst Cultuur van de Stad Oostende beheert het Cultureel erfgoedarchief van de Stad Oostende. Het Cultureel erfgoedarchief omvat onder andere:
De dienst Cultuur wenst de werking van het Cultureel erfgoedarchief uit te bouwen en een aantal voorwaarden vast te leggen voor het verkrijgen van reproducties uit en van opzoekingen in het Cultureel Erfgoedarchief. Met het 'Huishoudelijk reglement van het Cultureel erfgoedarchief' willen we volgende zaken vastleggen:
Inhoudelijk voorstel:
1) Algemeen geldende tarieven voor reproductie:
- gratis voor studenten voor opname in eindwerk op verhandeling
- 1,5 euro voor lage resolutiebeelden
- 15,00 euro voor hoge resolutiebeelden
2) Bijkomende reproductierechten (kosten voor gebruik van beelden die eigendom zijn van de Stad Oostende)
- gratis: voor wetenschappelijk en educatief gebruik
- voor eenmalig commercieel gebruik:
in kranten en nieuwsbladen: 25,00 euro / beeld
in tijdschriften: 25,00 euro / beeld
in boeken en folders: 25,00 euro / beeld
op boekomslag: 45,00 euro / beeld
op kalenders en affiches: 120,00 euro / beeld
op prentbriefkaarten voor verkoop: 120,00 euro / beeld
in film / televisie: 75,00 euro / beeld
op internetsites: 75,00 euro / beeld
voor bewegend beeldmateriaal: 2,00 euro / seconde
Bovenstaande voorgestelde tarieven werden uitgewerkt op basis van vergelijkend onderzoek waarbij de tarieven en voorwaarden van verschillende archief- en erfgoedinstellingen naast elkaar werden gelegd. Zie bijlage Vergelijking_Tarieven.pdf
3) Bijkomende voorwaarden bij de reproductie van iconografische documenten uit het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’
Het Cultureel erfgoedarchief van de Stad Oostende omvat het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’; een unieke collectie glas- en filmnegatieven, het Oostendse deel van het fotoarchief van de fotografen Maurice en Robert Antony. De Stad Oostende kocht het fonds in 2017 in volle eigendom aan, tegen last van een jaarlijkse rente levenslang gevestigd op het hoofd van mevrouw Elise Antony. Als rechthebbende erfgenaam laat mevrouw Elise Antony auteursrechten gelden op de reproductie van beelden uit het fonds, volgens de tarieven van SOFAM voor audiovisuele kunsten (zie https://www.sofam.be/nl/30/Belgische-tarieven). Dit auteursrecht geldt tot 1 januari 2037. Deze auteursrechten komen bovenop de tarieven voor reproducties van iconografische documenten uit het Cultureel erfgoedarchief.
Het SOFAM-tarief wordt erkend en toegepast als de gepaste referentie binnen de audiovisuele kunsten. De SOFAM-tarieven zijn sterk uitgebouwd en houden rekening met criteria zoals:
- Boek: oplage en paginagrootte van de reproductie in een boek
- Boek: oplage van een boek waarin een reproductie verschijnt
- Tentoonstelling: grootte van een reproductie
- Tentoonstelling: duur van de tentoonstelling
Na het overlijden van mevrouw Elise Antony gaan de rechten van het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ over naar de Stad Oostende, volgens de aankoopovereenkomst die gesloten werd in 2017. Het voorstel-reglement regelt de reproductierechten wanneer dit gebeurt.
Dienst Cultuur stelt voor om bijkomende voorwaarden en tarieven te stellen bij de reproductie van iconografische documenten uit het Antony-fonds, gezien:
* Door de grote historische waarde van het Antony-fonds voor het cultuurhistorisch erfgoed van Oostende en de kust is het fonds uitzonderlijke waardevol. We wensen zorgzaam om te springen met het (gebruik van beelden uit) dit fonds.
* De Stad Oostende investeerde reeds 8.000 euro bij aankoop van dit fonds in 2017, en betaalt hiervoor bij overeenkomst ook jaarlijks 8.000 euro (aangepast aan de algemene prijsindex van consumptieprijzen) jaarlijkse rente aan mevrouw Elise Antony, zolang zij in leven is.
De stad investeerde ook in de professionele digitalisatie van dit fonds, zodat de negatieven in de beste omstandigheden bewaard worden in het Cultureel Erfgoedarchief van Oostende en in de toekomst zo weinig mogelijk gemanipuleerd moeten worden.
* Dienst Cultuur wil met de voorgestelde tarieven in het Huishoudelijk reglement de aanvrager aanzetten tot vooraf nadenken over de opportuniteit van hun vraag en wensen.
Voorstel:
- Enkel aanvragen voor reproducties van iconografische documenten uit het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ door professionelen of professionele instellingen, met het oog op wetenschappelijke doeleinden, worden aanvaard.
- Na het overlijden van mevrouw Elise Antony, wanneer de rechten van het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ overgaan naar de Stad Oostende, laat de Stad haar rechten gelden op de reproductie van beelden uit het fonds, volgens de tarieven van SOFAM (zie https://www.sofam.be/nl/30/Belgische-tarieven en zie bijlage), zoals ook de huidige rechthebbende, mevrouw Elise Antony, doet en hierbij ook de SOFAM-tarieven hanteert. Reproductierechten komen bovenop de algemeen geldende tarieven voor reproductie.
4) Tarief voor opzoekingen door een medewerker
- 25,00 euro / uur per opzoeking (is onveranderd overgenomen uit de geldende retributieverordening op opzoekingen in het Archief).
Conform het decreet van 24 juli 1991 op de inspraak in het gemeentelijk cultuurbeleid vroegen wij de Cultuurraad Oostende, als erkende raad van cultuurbeleid, op 24 mei 2022 advies over het voorstel voor:
1/ Huishoudelijk reglement van het Cultureel erfgoedarchief van de Stad Oostende;
2/ aanvraagfomulier voor reproducties bij het Cultureel erfgoedarchief;
3/ aanvraagfomulier voor opzoekingen in het Cultureel erfgoedarchief;
4/ overeenkomst in het kader van reproducties uit het Cultureel erfgoedarchief.
We ontvingen het (negatief) advies van de Cultuurraad Oostende van 7 juni 2022. De Cultuurraad verwoord hun opmerkingen als verbeterpunten. Dit is het antwoord van de dienst Cultuur op hun punten:
1. 'De bepaling in artikel 13 betreffende het aanvragen voor reproducties van iconografische documenten uit het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ door professionelen of professionele instellingen wordt niet objectiveerbaar of duidelijk geformuleerd.'
Antwoord: Als eigenaar van het Antonyfonds aanvaardt de stad Oostende enkel aanvragen voor reproducties van iconografische documenten uit het Antonyfonds door professionelen of professionele instellingen, met het oog op wetenschappelijke doeleinden. Als professionelen of professionele instellingen beschouwen we beroepskrachten of instellingen die werken met beroepskrachten, die voor hun werkzaamheden een arbeidsloon ontvangen en gebonden zijn aan professionele richtlijnen en kwaliteitseisen. Onder wetenschappelijke doeleinden verstaan we wetenschappelijke tentoonstellingen en publicaties. Deze specificering zullen we aan het reglement toevoegen.
2. 'Artikel 14 dient de mogelijkheid te bieden om de reproducties van iconografische documenten uit het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ te raadplegen a.h.v. een voorbeeldweergave op de beeldbank Kusterfgoed.'
Antwoord: Hier worden o.i. twee zaken verhaspeld; 1/ reproducties zijn kopieën van originelen die aangevraagd kunnen worden bij het Cultureel erfgoedarchief. 2/ De opmerking doelt vermoedelijk op de mogelijkheid om de iconografische documenten uit het Antonyfonds online te kunnen raadplegen.
Het zou een enorm werk zijn om het volledige Antonyfonds, dat uit duizenden negatieven bestaat, met de bijhorende metadata online te ontsluiten. Wel komt de Stad op volgende manier tegemoet aan de vraag tot raadpleging: De inventaris van het Antonyfonds kan na afspraak ingekeken worden in het Cultureel erfgoedarchief, dienst Cultuur, Vindictivelaan 1, 8400 Oostende. Ook de geselecteerde beelden kunnen na afspraak bekeken worden in het Cultureel erfgoedarchief.
De Stad zal ook een selectie van betekenisvolle Antonybeelden ontsluiten op Beeldbank Kusterfgoed, met een verwijzing naar het volledige fonds waar de foto’s deel van uitmaken.
3. 'Artikel 16 en 17 dienen aangevuld te worden met de bepaling dat vanaf 1 januari 2037 de reproducties van beelden uit het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ publiek beschikbaar zijn op de beeldbank Kusterfgoed.'
Antwoord: De Stad Oostende is eigenaar van het fonds ‘Photo Antony d’Ypres/Oostende, erfgoed Oostende en de kust’ en omwille van de grote investering wenst de Stad de beelden niet onvoorwaardelijk ter beschikking te stellen.
4. 'Artikel 13 vervalt in gevolge de opmerkingen van artikel 14, artikel 16 en artikel 17.'
Antwoord: De Stad gaat akkoord met opmerking 1. Gezien we de specificering toevoegden (zie boven), kan artikel 13 van het reglement behouden worden.
Het Meerjarenplan 2020-2025 Stad Oostende - A 05030501: De dienst Erfgoed herkent, verzamelt, borgt en ontsluit het cultureel erfgoed van de Oostendse erfgoedgemeenschap (...).
Het (negatief) advies van de Cultuurraad Oostende van 07 juni 2022
Keurt het Huishoudelijk reglement van het Cultureel erfgoedarchief, de bijhorende aanvraagformulieren voor reproducties bij en opzoekingen in het Cultureel erfgoedarchief en de overeenkomst in het kader van reproducties uit het Cultureel erfgoedarchief goed.
De Stad Oostende krijgt regelmatig signalen van burgers of organisaties betreffende overlast en vandalisme in hun wijk. Om een beeld te krijgen van de situatie en potentiële daders te vatten of te ontmoedigen, bieden camera's een grote hulp. Op basis van art. 5 van de Camerawet kan de Stad zichtbare camera's inzetten op het openbaar domein.
Camerabewaking kan ingezet worden met volgende doelstellingen (art. 3 Camerawet):
- misdrijven tegen personen of goederen te voorkomen, vast te stellen of op te sporen;
- of overlast te voorkomen, vast te stellen of op te sporen (overlast in de zin van art. 135 van de Nieuwe Gemeentewet);
- of de openbare orde te handhaven.
Het gebruik van zichtbare en verplaatsbare camera’s biedt hierbij een aanvullende (preventieve) steun, bovenop de reeds aanwezige politionele sluikstortcamera’s en het functioneel toezicht van Gemeenschapswachten, gemeentelijke vaststellers en medewerkers van Politie.
Camera’s die zowel zichtbaar als verplaatsbaar zijn, kennen een grote flexibiliteit in gebruik. In eigen beheer kan de Stad bepalen waar en wanneer deze camera’s worden ingezet, bijvoorbeeld op basis van meldingen en klachten die zij ontvangt van burgers. Ook kunnen medewerkers van het stadsbestuur zelf instaan voor het uitlezen van de beelden. Aan de hand van de camerabeelden worden overlastsituaties in kaart gebracht en worden overtreders met hulp van de lokale politie geïdentificeerd.
Het inzetten van deze camera's kan ook een rechtstreeks preventief effect hebben. Door het zichtbaar karakter worden potentiële daders sneller ontmoedigd. Naast dit afschrikwekkend effect voor potentiële daders, geeft het gebruik van zichtbare camera's bij overlastsituaties een belangrijk signaal aan de burgers. Men ziet dat de Stad luistert naar de bekommernissen en vragen van haar inwoners.
De zichtbare, verplaatsbare camera's worden geplaatst op een niet-besloten plaats op het volledige grondgebied van de Stad Oostende. Met het oog op preventie en repressie worden locaties of hotspots bepaald waar regelmatig sluikstort of overlast wordt gesignaleerd, vastgesteld of verwacht. Deze hotspots worden bepaald door de Stad Oostende, in overleg met de Lokale Politie Oostende.
De camera's worden enkel ingezet met het oog op volgende doeleinden:
Hieronder wordt verstaan:
De Stad Oostende volgt hierbij alle bepalingen uit de Camerawet en houdt rekening met voldoende technische en organisatorische veiligheidsmaatregelen in het kader van de AVG. In bijgevoegd reglement worden o.a. de doeleinden, de lokalisatie van de camera's, de toegang en verwerking van de verworven beelden en de wettelijke bepalingen ten aanzien van de betrokkenen vastgelegd. De verantwoordelijke voor de verwerking (Stad Oostende) plaatst bij de toegang tot de bewaakte niet-besloten plaatsen een pictogram, voorzien van de inlichtingen bepaald door het KB van 28 mei 2018. De Stad ziet erop toe dat de camera's niet specifiek gericht worden op een plaats waarvoor men niet zelf de gegevens verwerkt.
De verkregen beelden worden met terugwerkende kracht bekeken. Het in real time bekijken van de beelden kan enkel mits aanwezigheid en onder toezicht van de Lokale Politie.
De beelden worden niet langer bijgehouden dan strikt noodzakelijk en met een maximum van 1 maand. Langer dan 1 maand bewaren is enkel toegelaten indien deze beelden bewijs leveren of kunnen bijdragen tot het leveren van bewijs van een misdrijf, van schade of van overlast of het identificeren van een dader, verstoorder van de openbare orde, een getuige of een slachtoffer. In dergelijk geval worden de beelden bewaard tot het onderzoek naar of de behandeling van het incident is afgesloten. De Lokale Politie kan daarnaast de gegenereerde beelden opvragen en gebruiken in het kader van een gerechtelijk onderzoek naar aanleiding van de vaststelling van misdrijven.
Daarnaast kunnen de beelden ook langer dan 1 maand worden bijgehouden indien een verzoek tot inzage ingediend werd door een betrokken partij en de beelden nog niet gewist zijn. In dat geval worden de beelden bewaard totdat een beslissing gemaakt werd over het inzageverzoek en – voor zover het verzoek wordt ingewilligd – de betrokkene inzage in de beelden heeft gehad.
Het inzetten van zichtbare, verplaatsbare camera's kreeg een positief advies van de Korpschef van de Lokale Politie Oostende. Art. 5, §2 van de Camerawet bepaalt dat een positief advies of goedkeuring van de gemeenteraad vereist is.
- Art. 101 Bestuursakkoord 2019-2024: "We gebruiken slimme camera’s, in combinatie met slimme LED-verlichting, in de strijd tegen criminaliteit. We onderzoeken de nood aan camera’s in de wijken. Deze zijn aanvullend op de fysieke aanwezigheid van de agenten."
- Europese Verordening nr. 2016/679 van 27 april 2016 - betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG, hierna afgekort tot "AVG".
- Wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens.
- Wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, gewijzigd door de wet van 21 maart 2018 (Camerawet).
- Koninklijk Besluit van 8 mei 2018 betreffende de aangiften van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's en betreffende het register van de beeldverwerkingsactiviteiten.
- Koninklijk Besluit van 28 mei 2018 tot wijziging van het Koninklijk Besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt.
Gunstig advies
De Lokale Politie kan de gegenereerde beelden opvragen/gebruiken voor gerechtelijk onderzoek naar aanleiding van de vaststelling van misdrijven.
Het inzetten van de sluikstortcamera's brengt een nieuwe verwerking van persoonsgegevens met zich mee. Daarom werd door de dienst Veiligheid advies gevraagd aan de Data Protection Officer (DPO) in verband met de toetsing van deze nieuwe verwerking aan de beginselen van de Algemene Verordening Gegevensbescherming. De DPO adviseert om een Gegevensbeschermingseffectbeoordeling (GEB) uit te voeren om de privacy risico's van de gegevensverwerking in kaart te brengen en waar nodig de gepaste technische en organisatorische maatregelen te treffen om deze risico's te mitigeren. De GEB is verplicht voor deze verwerking van persoonsgegevens volgens de richtlijnen van de Vlaamse Toezichtcommissie (Beslissing VTC nr. O/2020/01 van 14 januari 2020).
Inmiddels is de GEB in uitvoering. De DPO evalueert het besluit gunstig mits naleving van de in de GEB voorgestelde maatregelen en adviezen om de persoonsgegevens te beschermen.
Keurt de mogelijkheid om zichtbare en verplaatsbare sluikstortcamera's op het ganse grondgebied van de stad Oostende te plaatsen goed.
Keurt het reglement betreffende cameratoezicht door middel van zichtbare, verplaatsbare sluikstortcamera's op niet-besloten plaatsen (openbaar domein) van de stad Oostende goed.
Er zijn enkele wijzigingen geweest in de samenstelling van de gemeenteraad tijdens deze legislatuur.
In functie van de huidige samenstelling van de gemeenteraad wordt de rangorde bepaald.
DLB - Artikel 6 §7
Stelt de rangorde van de gemeenteraadsleden als volgt vast:
| Naam | Voornaam | anciënniteit | stemmen | |
| 1 | Miroir | Yves | 39j05m20d | 515 |
| 2 | Verougstraete | Christian | 27j05m25d | 1.547 |
| 3 | Bourgoignie | Nancy | 27j05m25d | 1.473 |
| 4 | Germonpré | Tom | 27j01m30d | 1.526 |
| 5 | Tommelein | Bart | 23j02m21d | 6.003 |
| 6 | Deblauwe | Arne | 21j05m25d | 1.321 |
| 7 | Vens | Vanessa | 15j06m25d | 2.141 |
| 8 | Moyaert | Nancy | 15j06m25d | 664 |
| 9 | De Vriendt | Wouter | 15j05m25d | 2.573 |
| 10 | Minne | Danick | 14j01m10d | 791 |
| 11 | Plasschaert | Bart | 13j01m05d | 1.144 |
| 12 | Anseeuw | Bjorn | 09j05m25d | 2.600 |
| 13 | Crombez | John | 09j05m25d | 2.513 |
| 14 | Verkeyn | Charlotte | 09j05m25d | 938 |
| 15 | Donck | Maxim | 09j05m25d | 899 |
| 16 | Bhatti | Hina | 09j05m25d | 746 |
| 17 | Nagels | Steven | 09j05m25d | 727 |
| 18 | Vanroose | Jan | 09j05m25d | 586 |
| 19 | De Vyt | Patrick | 09j05m25d | 446 |
| 20 | Claeys | Kurt | 09j04m26d | 782 |
| 21 | Labens | Karel | 09j04m26d | 719 |
| 22 | Waldmann | Natacha | 07j09m29d | 849 |
| 23 | Soete | Jeroen | 06j09m02d | 589 |
| 24 | Casteleyn | An | 05j06m10d | 767 |
| 25 | Demuynck | Sandra | 03j05m25d | 850 |
| 26 | Beirens | Silke | 03j05m25d | 663 |
| 27 | Minarikova | Luba | 03j05m25d | 618 |
| 28 | Abbas | Mohsin | 03j05m25d | 595 |
| 29 | Van Laer | Alan | 03j05m25d | 578 |
| 30 | Vervaecke | Nathalie | 03j05m25d | 454 |
| 31 | De Mey | Reddy | 03j05m25d | 423 |
| 32 | Deschuytter | Wesley | 03j05m25d | 378 |
| 33 | Deschepper | Jolan | 03j05m25d | 318 |
| 34 | Duchesnet | Eddy | 03j05m25d | 306 |
| 35 | Cornette | Gianni | 02j10m01d | 519 |
| 36 | De Backer | Charlotte | 02j09m19d | 655 |
| 37 | Vanhee | Michael | 02j09m04d | 499 |
| 38 | Jongbloet | Frank | 02j04m10d | 703 |
| 39 | Jonckheere | Arianne | 01j03m26d | 484 |
| 40 | Cornelis | Kristof | 00j09m28d | 422 |
| 41 | Verbiest | Werner | 00j05m03d | 553 |
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
De heer René Wyffels diende op 19 mei 2022 een verzoekschrift in bij het stadsbestuur van Oostende met volgende vragen:
Wil het Stadsbestuur werk maken van de verschillende pleinen in onze stad deze reeds werden verhard, zodat ook zij voldoen aan het onthardingsproject wat het Stadsbestuur van de veile eigenaars wenst af te dwingen?
Het stationsplein wat als voorbeeld dient van verharding en aldus tegenstrijdig met wat van een tal van Oostendenaars worden afgedwongen moet weer voldoen aan een voorbeeldfunctie. De ontharding van het Stationsplein blijkt praktisch onhaalbaar, gelet op de nieuwe aanlag en het prijskaartje. Echter bestaat voor het Stadsbestuur wel de mogelijkheid om het stationsplein te willen opnemen in het vergroeningsproject. Het plaatsen van groet bloembakken met geschikte plantjes zou het vergroenen van onze stad eer aan doen. Wil het stadsbestuur deze aanpassing op zich nemen?
Indien het stadsbestuur onze stelling wil volgen tot vergroening, wanneer kunnen de Oostendenaars deze aanpassing in het straatbeeld zien, en of waarnemen?
Afwatering blijft ook belangrijk, de diameter van de afvoerbuizen cruciaal naar het vermijden van overstroming. Wanneer zullen de afvoerbuizen de meest efficiënte manier om overstromingen te voorkomen worden aangepast?
Het College van Burgemeester en Schepenen heeft volgende repliek voorbereid in haar zitting van 17.06.2022 (2022_CBS_ 03183):
Wil het stadsbestuur werk maken van de verschillende pleinen in onze stad deze reeds werden verhard, zodat ook zij voldoen aan het onthardingsproject wat het stadsbestuur van de veile eigenaars wenst af te dwingen?
Uiteraard wil het Stadsbestuur werk maken van ontharding – hiertoe worden volop de nodige voorbereidingen getroffen en werden al verschillende projecten gerealiseerd.
Het stationsplein wat als voorbeeld dient van verharding, en aldus tegenstrijdig met wat van een tal van Oostendenaars worden afgedwongen moet weer voldoen aan een voorbeeldfunctie. De ontharding van het stationsplein blijkt praktisch onhaalbaar, gelet op de nieuwe aanlag en het prijskaartje. Echter bestaat voor het stadsbestuur wel de mogelijkheid, om het stationsplein te willen opnemen in het vergroeningstraject. Het plaatsen van groet bloembakken met geschikte plantjes zou het vergoenen van onze stad eer aandoen. Wil het stadsbestuur deze aanpassing op zich nemen?
Op het hernieuwde Stationsplein is reeds heel wat groen geïntegreerd – extra bloembakken lijken ons niet aangewezen. Enerzijds omdat de visuele esthetische eenheid van het plein gebroken wordt, en anderzijds omdat bloembakken soms gebruikt worden om tegen te urineren (mens en dier), fietsen tegen te plaatsen etc. Dit zou op deze locatie voor extra visuele vervuiling zorgen.
Indien het stadsbestuur onze stelling wil volgen tot vergroening, wanneer kunnen de Oostendenaars deze aanpassing in het straatbeeld zien, en of waarnemen?
Wie regelmatig in de binnenstad rondwandelt, zal ongetwijfeld al het vergroeningsproject in de Lijnbaanstraat hebben kunnen bewonderen. De enthousiaste reacties zijn unaniem en het mag gezien worden als een mooi voorbeeld van de ambitie van Oostende inzake ontharding en vergroening. Nieuwe projecten worden ondertussen volop voorbereid zoals de omgevingsaanleg van de Sky Towers, de vergroening van het Sint-Antonius, de site van het oud zwembad,…
Afwatering blijft ook belangrijk, de diameter van de afvoerbuizen cruciaal naar het vermijden van overstroming. Wanneer zullen de afvoerbuizen de meest efficiënte manier om overstromingen te voorkomen worden aangepast?
De aanwezige riolering wordt steeds ontworpen volgens de van toepassing zijnde ontwerprichtlijnen, en voldoen dus. De huidige ontwerpen houden rekening met een 20-jarige composietbui (T20), zodat er dan geen wateroverlast ontstaat, zoals voorgeschreven in de Code van Goede Praktijk. Bij uitzonderlijke omstandigheden/extreme regenbuien kan men wateroverlast evenwel nooit uitsluiten (overmacht).
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2 en 5 & artikel 40 § 1
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
Neemt kennis van het verzoekschrift van de heer René Wyffels van 19 mei 2022, overeenkomstig artikel 304 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur, over ontharding.
Neemt kennis van het antwoord voorbereid door het College van Burgemeester en Schepenen in haar zitting van 17.06.2022, waarvan kopie in bijlage (2022_CBS_03181):
Wil het stadsbestuur werk maken van de verschillende pleinen in onze stad deze reeds werden verhard, zodat ook zij voldoen aan het onthardingsproject wat het stadsbestuur van de veile eigenaars wenst af te dwingen?
Uiteraard wil het Stadsbestuur werk maken van ontharding – hiertoe worden volop de nodige voorbereidingen getroffen en werden al verschillende projecten gerealiseerd.
Het stationsplein wat als voorbeeld dient van verharding, en aldus tegenstrijdig met wat van een tal van Oostendenaars worden afgedwongen moet weer voldoen aan een voorbeeldfunctie. De ontharding van het stationsplein blijkt praktisch onhaalbaar, gelet op de nieuwe aanlag en het prijskaartje. Echter bestaat voor het stadsbestuur wel de mogelijkheid, om het stationsplein te willen opnemen in het vergroeningstraject. Het plaatsen van groet bloembakken met geschikte plantjes zou het vergoenen van onze stad eer aandoen. Wil het stadsbestuur deze aanpassing op zich nemen?
Op het hernieuwde Stationsplein is reeds heel wat groen geïntegreerd – extra bloembakken lijken ons niet aangewezen. Enerzijds omdat de visuele esthetische eenheid van het plein gebroken wordt, en anderzijds omdat bloembakken soms gebruikt worden om tegen te urineren (mens en dier), fietsen tegen te plaatsen etc. Dit zou op deze locatie voor extra visuele vervuiling zorgen.
Indien het stadsbestuur onze stelling wil volgen tot vergroening, wanneer kunnen de Oostendenaars deze aanpassing in het straatbeeld zien, en of waarnemen?
Wie regelmatig in de binnenstad rondwandelt, zal ongetwijfeld al het vergroeningsproject in de Lijnbaanstraat hebben kunnen bewonderen. De enthousiaste reacties zijn unaniem en het mag gezien worden als een mooi voorbeeld van de ambitie van Oostende inzake ontharding en vergroening. Nieuwe projecten worden ondertussen volop voorbereid zoals de omgevingsaanleg van de Sky Towers, de vergroening van het Sint-Antonius, de site van het oud zwembad,…
Afwatering blijft ook belangrijk, de diameter van de afvoerbuizen cruciaal naar het vermijden van overstroming. Wanneer zullen de afvoerbuizen de meest efficiënte manier om overstromingen te voorkomen worden aangepast?
De aanwezige riolering wordt steeds ontworpen volgens de van toepassing zijnde ontwerprichtlijnen, en voldoen dus. De huidige ontwerpen houden rekening met een 20-jarige composietbui (T20), zodat er dan geen wateroverlast ontstaat, zoals voorgeschreven in de Code van Goede Praktijk. Bij uitzonderlijke omstandigheden/extreme regenbuien kan men wateroverlast evenwel nooit uitsluiten (overmacht).
Keurt de voorbereide repliek door het College van Burgemeester en Schepenen goed en belast het College van Burgemeester en Schepenen om de heer René Wyffels hiervan op de hoogte te brengen.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
De heer René Wyffels diende op 26 mei 2022 een verzoekschrift in bij het stadsbestuur van Oostende met volgende vragen:
Onze burgerpartij zijnde van overtuiging dat sensibilisering één van de mogelijke middelen kan zijn om slachtoffers te kunnen voorkomen. Hieromtrent wouden wij graag zien, dat de stad Oostende de scholen in Oostende in een Sensibiliseringscampagne mee aan boord haalt. Is het stadsbestuur Oostende willens met de verschillende scholen in gesprek te treden?
Een tal van evenementen staan deze zomer op de agenda. Enkele hiervan zijn perfect geschikt voor jongeren in en rond onze stad. Dit zal teven heel wat dagjestoeristen aantrekken, waardoor heel wat jongeren in Oostende zullen samenkomen. Is het stadsbestuur willens ook de evenementensector en aldus organisatoren attent te willen maken op de problematiek van "needle spiking" om onnodige slachtoffers te vermijden?
Welke maatregelen zal de Lokale Politie Oostende nemen om "needle spiking" te voorkomen?
Kan de Lokale Politie Oostende gerichte controles uitvoeren aan het station van Oostende?
Is een versterking van de afdeling “Drugs preventie” van de Lokale Politie Oostende mogelijk?:
Kan de stad Oostende een informatiecampagne met betrekking "needle spiking" opnemen in het gloednieuw Stadsmagazine van de stad Oostende om de bewoners en vooral ouders te sensibiliseren?
Onze burgerpartij zijnde van overtuiging, dat sensibilisering het beste wapen voor het voorkomen van onnodige slachtoffers. Kan het stadsbestuur van Oostende hierin meegaan ?
Het College van Burgemeester en Schepenen heeft volgende repliek voorbereid in haar zitting van 17 juni 2022:
Voor het politonele aspect kunnen we stellen dat het voor de politiezone Oostende een permanente opdracht is om de drugsproblematiek in onze stad zo goed mogelijk en op alle mogelijke vlakken aan te pakken, preventief én reactief. We zetten daar ook hard op in en bereiken regelmatig goede resultaten. Ook de media-aandacht aan het fenomeen “needle spiking” is ons opgevallen en we nemen dit uiteraard mee in onze dagelijkse werking. Over onze concrete aanpak van de drugsproblematiek (bv. naar aanleiding van bepaalde evenementen) geven we om evidente redenen nooit details.
Voorafgaand aan grote evenementen wordt er telkens een veiligheidsoverleg georganiseerd met de Lokale Politie, de organisatoren en alle andere betrokken partijen. Tijdens dit overleg komen alle mogelijke risico’s en maatregelen van het evenement ruim aan bod. Ze bespreken o.a. mogelijke geluidsoverlast, noodzakelijke security, controles,… Indien de veiligheidsdiensten dit nodig achten, kan op dat moment ook ‘needle spiking’ aan bod komen. Dit kan bijvoorbeeld door te vragen aan de organisatoren om waakzaam te zijn voor naalden in het geval dat de rugzakken van de bezoekers bij de toegang tot het evenement doorzocht worden.
Er is algemeen nog weinig gekend rond ‘needle spiking’, waardoor het momenteel niet evident is om hier efficiënt over te sensibiliseren. We volgen dit thema uiteraard nauw op.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2 en 5 & artikel 40 § 1
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
Neemt kennis van het verzoekschrift van de heer René Wyffels van 09 april 2022, overeenkomstig artikel 304 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur, over Needle Spiking.
Neemt kennis van het antwoord voorbereid door het College van Burgemeester en Schepenen in haar zitting van 17.06.2022, waarvan kopie in bijlage (2022_CBS_03181):
Voor het politonele aspect kunnen we stellen dat het voor de politiezone Oostende een permanente opdracht is om de drugsproblematiek in onze stad zo goed mogelijk en op alle mogelijke vlakken aan te pakken, preventief én reactief. We zetten daar ook hard op in en bereiken regelmatig goede resultaten. Ook de media-aandacht aan het fenomeen “needle spiking” is ons opgevallen en we nemen dit uiteraard mee in onze dagelijkse werking. Over onze concrete aanpak van de drugsproblematiek (bv. naar aanleiding van bepaalde evenementen) geven we om evidente redenen nooit details.
Voorafgaand aan grote evenementen wordt er telkens een veiligheidsoverleg georganiseerd met de Lokale Politie, de organisatoren en alle andere betrokken partijen. Tijdens dit overleg komen alle mogelijke risico’s en maatregelen van het evenement ruim aan bod. Ze bespreken o.a. mogelijke geluidsoverlast, noodzakelijke security, controles,… Indien de veiligheidsdiensten dit nodig achten, kan op dat moment ook ‘needle spiking’ aan bod komen. Dit kan bijvoorbeeld door te vragen aan de organisatoren om waakzaam te zijn voor naalden in het geval dat de rugzakken van de bezoekers bij de toegang tot het evenement doorzocht worden.
Er is algemeen nog weinig gekend rond ‘needle spiking’, waardoor het momenteel niet evident is om hier efficiënt over te sensibiliseren. We volgen dit thema uiteraard nauw op.
Keurt de voorbereide repliek door het College van Burgemeester en Schepenen goed en belast het College van Burgemeester en Schepenen om de heer René Wyffels hiervan op de hoogte te brengen.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
De heer René Wyffels diende op 01 juni 2022 een verzoekschrift in bij het stadsbestuur van Oostende met volgende vragen:
Zal het stadsbestuur de onderhoudsplicht voor de strooiweide voor huisdieren naleven en ervoor zorgen dat het een plaats is waar respect primeert?
Wil het stadsbestuur nadenken of zelf verwezenlijken, dat de begraafplaats Stuiverstraat worden opgesteld ook voor het uitstrooien van huisdieren? Het verenigen van eigenaar met hun huisdier is toch ook emotioneel belangrijk voor de dierenvrienden.
Indien dit voor het stadbestuur niet mogelijk is, wil deze op zoek gaan naar een meer geschikte plaats?
Het College van Burgemeester en Schepenen heeft volgende repliek voorbereid in haar zitting van 17.06.2022 (2022_CBS_03178):
Betreft de opname van de assen is een bosbodem en langer gras veel beter dan een strak gazon. In een strak gazon is immers veel minder bodemleven aanwezig. Hoe meer bodemleven, hoe sneller de opname van de assen. Op de strooiweide voor dieren worden de assen dus veel sneller opgenomen dan op een strak gazon. Gazon in de schaduw is ook geen ideale situatie. Dit resulteert snel in mos en in vochtige periode vaak tot slijk.
Verder kunnen we nog volgende elementen toevoegen:
• Het gaat hier niet over ‘wilde’ bloemen maar aangeplante bloembollen nl. verschillende soorten paaslelies en hyacinten;
• Het klopt dat eind mei, begin juni de ‘moeilijkste’ maand is voor deze zone aangezien we in die periode niet kunnen maaien om de bloembollen te sparen. De bloembollen zorgen ervoor dat deze plek van maart tot mei een kleurrijke oase is;
• De ‘banken’ waarover sprake zijn de gestapelde stenen waar levende bloemen kunnen op achtergelaten worden. Ze dienen als ‘markeringsplekken’ die kunnen helpen bij de oriëntatie van de locatie van uitstrooiing. Dit zijn dus geen zitbanken. De houten zitbanken zijn allemaal mooi ontdaan van mos en zijn niet overgroeid;
• Over de gehele stad zorgen de weersomstandigheden ervoor dat het soms wat ‘wilder’ oogt dan normaal, echter kunnen de bevoegde diensten niet overal tegelijkertijd zijn;
• De zone van de strooiweide werd gemaaid op 9 juni 2022. Alle stenen zullen dus terug goed zichtbaar zijn.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2 en 5 & artikel 40 § 1
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
Neemt kennis van het verzoekschrift van de heer René Wyffels van 01 juni 2022, overeenkomstig artikel 304 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur, over de Hondenspeelweide.
Neemt kennis van het antwoord voorbereid door het College van Burgemeester en Schepenen in haar zitting van 17.06.2022, waarvan kopie in bijlage (2022_CBS_03178):
Betreft de opname van de assen is een bosbodem en langer gras veel beter dan een strak gazon. In een strak gazon is immers veel minder bodemleven aanwezig. Hoe meer bodemleven, hoe sneller de opname van de assen. Op de strooiweide voor dieren worden de assen dus veel sneller opgenomen dan op een strak gazon. Gazon in de schaduw is ook geen ideale situatie. Dit resulteert snel in mos en in vochtige periode vaak tot slijk.
Verder kunnen we nog volgende elementen toevoegen:
• Het gaat hier niet over ‘wilde’ bloemen maar aangeplante bloembollen nl. verschillende soorten paaslelies en hyacinten;
• Het klopt dat eind mei, begin juni de ‘moeilijkste’ maand is voor deze zone aangezien we in die periode niet kunnen maaien om de bloembollen te sparen. De bloembollen zorgen ervoor dat deze plek van maart tot mei een kleurrijke oase is;
• De ‘banken’ waarover sprake zijn de gestapelde stenen waar levende bloemen kunnen op achtergelaten worden. Ze dienen als ‘markeringsplekken’ die kunnen helpen bij de oriëntatie van de locatie van uitstrooiing. Dit zijn dus geen zitbanken. De houten zitbanken zijn allemaal mooi ontdaan van mos en zijn niet overgroeid;
• Over de gehele stad zorgen de weersomstandigheden ervoor dat het soms wat ‘wilder’ oogt dan normaal, echter kunnen de bevoegde diensten niet overal tegelijkertijd zijn;
• De zone van de strooiweide werd gemaaid op 9 juni 2022. Alle stenen zullen dus terug goed zichtbaar zijn.
Keurt de voorbereide repliek door het College van Burgemeester en Schepenen goed en belast het College van Burgemeester en Schepenen om de heer René Wyffels hiervan op de hoogte te brengen.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
De heer R. Wyffels diende op 02 juni 2022 een verzoekschrift in bij het stadsbestuur van Oostende met volgende vragen:
Heeft ons stadsbestuur een hart voor de natuur of kiest het voor de centen zonder meer ?
➢ Bestaat de mogelijkheid, om het bosje tot een natuurgebied te verklaren, zodat onze groene long niet worden beschadigt?
➢ Heeft het stadsbestuur de rechtlijnigheid met betrekking tot leefbaarheid en milieu naast zich neergelegd ?
➢ Kan het stadsbestuur op zoek gaan naar een evenwichtig bestuur, waar evenementen kunnen plaatvinden zonder schadelijke impact op flora, dier en natuur?
➢ Kan het stadsbestuur verzekeren dat in de toekomst, meer rekening gehouden wordt met het aanduiden van een geschikte plaats deze in harmonie staat met de flora, dier en natuur?
Het College van Burgemeester en Schepenen heeft volgende repliek voorbereid in haar zitting van 17.06.2022:
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2 en 5 & artikel 40 § 1
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
Neemt kennis van het verzoekschrift van de heer R. Wyffels van 02 juni 2022, overeenkomstig artikel 304 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur, over evenementen 't Bosje.
Neemt kennis van het antwoord voorbereid door het College van Burgemeester en Schepenen in haar zitting van 17.06.2022, waarvan kopie in bijlage (2022_CBS_03180) :
Keurt de voorbereide repliek door het College van Burgemeester en Schepenen goed en belast het College van Burgemeester en Schepenen om de heer R. Wyffels hiervan op de hoogte te brengen.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
De heer Bart Marien diende op 31 mei 2022 een verzoekschrift in bij het stadsbestuur van Oostende omtrent de afschaffing ecologisch maaibeheer op pleintje Ter Zwaanhoek Zandvoorde en heeft hieromtrent volgende vraag:
Afschaffing van het Ecologisch maaibeheer ter hoogte van Ter Zwaanhoek. Het betreft een pleinte van 10 bij 40 meter bij het binnenkomen van de wijk. Het belemmert het zicht en geeft een minderwaardig uitzicht aan wijk (bij het binnenrijden van de wijk). Voldoende alternatieven elders in Zandvoorde: Keignaert of achterin de wijk, zonder hinder voor buren of tuinen.
Het College van Burgemeester en Schepenen heeft volgende repliek voorbereid in haar zitting van 17.06.2022 (2022_CBS_ 03182):
We geloven op deze locatie écht in het extensief maaien. Door de paaslelies die bloeien in februari-maart kunnen we sowieso pas maaien eind april (voor het verder leven van de bloembollen is het noodzakelijk dat er na de bloei 6 weken wordt gewacht met maaien zodat de bloembol niet afsterft). Het maaibeheer zorgt voor het natuurlijk beeld van de inkom van de wijk die zo geconcipieerd/ ontworpen is, ook de knotwilgen refereren naar het waterrijk landschap waar de verkaveling in gelegen is. Het lange gras is niet enkel een belangrijke stapsteen voor fauna en flora, maar zorgt ook voor een betere gezondheid van de bomen op het plein én voor een plek waar water véél beter kan infiltreren en worden vastgehouden dan in een strak gazon.
We stelden ter plekke wél vast dat het gras op deze zone wel écht heel hoog staat. Dit komt doordat we pas recent gestart zijn met het 'minder' maaien en dat de bodem dus nog steeds heel rijk is. Hoe minder rijk de bodem in de toekomst zal worden (door maaien en gras afvoeren) hoe meer soorten bloemen er op termijn zullen in groeien. Om dit systeem te versnellen zullen we de maaifrequentie verhogen naar 3x ipv 2x per jaar dit wil zeggen dat we volgend jaar al een eerste beurt zullen maaien vóór de actie 'maai Mei niet'. Het gras zal dan ook op vlak van verkeersveiligheid normaalgezien geen problemen meer geven in de toekomst, want vanuit de auto zal je er over kunnen kijken.
In de mate van het mogelijke proberen we het maaitijdstip ook in functie van evenementen te organiseren.
Het inkomplein werd intussen gemaaid.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2 en 5 & artikel 40 § 1
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
Neemt kennis van het verzoekschrift van de heer Bart Marien van 31 mei 2022, overeenkomstig artikel 304 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur, omtrent de afschaffing ecologisch maaibeheer op pleintje Ter Zwaanhoek.
Neemt kennis van het antwoord voorbereid door het College van Burgemeester en Schepenen in haar zitting van 17.06.2022, waarvan kopie in bijlage (2022_CBS_03182):
We geloven op deze locatie écht in het extensief maaien. Door de paaslelies die bloeien in februari-maart kunnen we sowieso pas maaien eind april (voor het verder leven van de bloembollen is het noodzakelijk dat er na de bloei 6 weken wordt gewacht met maaien zodat de bloembol niet afsterft). Het maaibeheer zorgt voor het natuurlijk beeld van de inkom van de wijk die zo geconcipieerd/ ontworpen is, ook de knotwilgen refereren naar het waterrijk landschap waar de verkaveling in gelegen is. Het lange gras is niet enkel een belangrijke stapsteen voor fauna en flora, maar zorgt ook voor een betere gezondheid van de bomen op het plein én voor een plek waar water véél beter kan infiltreren en worden vastgehouden dan in een strak gazon.
We stelden ter plekke wél vast dat het gras op deze zone wel écht heel hoog staat. Dit komt doordat we pas recent gestart zijn met het 'minder' maaien en dat de bodem dus nog steeds heel rijk is. Hoe minder rijk de bodem in de toekomst zal worden (door maaien en gras afvoeren) hoe meer soorten bloemen er op termijn zullen in groeien. Om dit systeem te versnellen zullen we de maaifrequentie verhogen naar 3x ipv 2x per jaar dit wil zeggen dat we volgend jaar al een eerste beurt zullen maaien vóór de actie 'maai Mei niet'. Het gras zal dan ook op vlak van verkeersveiligheid normaalgezien geen problemen meer geven in de toekomst, want vanuit de auto zal je er over kunnen kijken.
In de mate van het mogelijke proberen we het maaitijdstip ook in functie van evenementen te organiseren.
Het inkomplein werd intussen gemaaid.
Keurt de voorbereide repliek door het College van Burgemeester en Schepenen goed en belast het College van Burgemeester en Schepenen om de heer Bart Marien hiervan op de hoogte te brengen.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
De heer René Wyffels diende op 05 juni 2022 een verzoekschrift in bij het stadsbestuur van Oostende omtrent de fietszone in het centrum en heeft meer bepaald volgende vragen:
Wanneer werd een verkeersdeskundige aangesteld voor den objectieve analyse van de mogelijkheden tot omvormen naar een fietszone?
Indien een verkeersdeskundige werden aangesteld over de omvorming tot fietszone, waar kunnen wij dit verslag inkijken?
Zal de stad Oostende een grondige analyse maken met de focus op verkeersongevallen in de fietszone en deze vergelijken met de situatie voor de omvorming. Zodat de gemeenteraad een analyse kan maken?
Gelet op de gevaarlijke verkeersituatie aan het speelplein Stormvogelstraat, waar wij de informatie kregen dat er een verkeersdeskundige werd aangesteld. Is de verkeersdeskundige inmiddels aangesteld en wat is zijn analyse?
Het College van Burgemeester en Schepenen heeft volgende repliek voorbereid in haar zitting van 17.06.2022:
Beleidscel Mobiliteit van Stad Oostende (mobiliteitsambtenaar en fietsambtenaar) en de Lokale Politie Oostende (cel Verkeersbeleid) analyseerden de omgeving. Dit is een onderdeel van de reguliere beleidswerking.
/
Beleidscel Mobiliteit en de Lokale Politie monitoren de situatie nauwgezet. Een evaluatie zal worden uitgevoerd – mobiliteitsmaatregelen dienen minstens 6 maanden tot 1 jaar worden ingevoerd vooraleer er een correcte effectenanalyse kan worden opgemaakt.
Wij zijn niet op de hoogte van een melding inzake verkeersonveiligheid op deze situatie.
Deze vraag vormt het voorwerp van verder onderzoek en wordt samen met de Lokale Politie onderzocht.
Decreet Lokaal Bestuur, artikel 304 § 2 en 5 & artikel 40 § 1
Huishoudelijk reglement gemeenteraad, artikel 36
Neemt kennis van het verzoekschrift van de heer R. Wyffels van 05 juni 2022, overeenkomstig artikel 304 § 2 van het Decreet Lokaal Bestuur, over fietszone.
Neemt kennis van het antwoord voorbereid door het College van Burgemeester en Schepenen in haar zitting van 17.06.2022, waarvan kopie in bijlage (2022_CBS_03179) :
Beleidscel Mobiliteit van Stad Oostende (mobiliteitsambtenaar en fietsambtenaar) en de Lokale Politie Oostende (cel Verkeersbeleid) analyseerden de omgeving. Dit is een onderdeel van de reguliere beleidswerking.
/
Beleidscel Mobiliteit en de Lokale Politie monitoren de situatie nauwgezet. Een evaluatie zal worden uitgevoerd – mobiliteitsmaatregelen dienen minstens 6 maanden tot 1 jaar worden ingevoerd vooraleer er een correcte effectenanalyse kan worden opgemaakt.
Wij zijn niet op de hoogte van een melding inzake verkeersonveiligheid op deze situatie.
Deze vraag vormt het voorwerp van verder onderzoek en wordt samen met de Lokale Politie onderzocht.
Keurt de voorbereide repliek door het College van Burgemeester en Schepenen goed en belast het College van Burgemeester en Schepenen om de heer R. Wyffels hiervan op de hoogte te brengen.
De Gemeenteraad wil op de hoogte worden gebracht van de overheidsopdrachtendossiers, waarvan zij de gunningswijze heeft goedgekeurd, die tijdens de afgelopen maand werden gesloten.
Van volgende overheidsopdrachtendossiers heeft de sluiting plaats gevonden tussen 09 mei 2022 en 13 juni 2022:
270.L.222 - Leveren van Autodesk licenties (software) via perceel 2 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek
Ongekend
Neemt kennis van volgende overheidsopdrachten waarvan de sluiting plaats vond tussen 09 mei 2022 en 13 juni 2022:
270.L.222 - Leveren van Autodesk licenties (software) via perceel 2 van de raamovereenkomst “ICT Aankoopcentrale – Stad Brugge en andere entiteiten voor drie jaar en driemaal met één jaar verlengbaar” die de Stad Brugge sloot op basis van haar bestek
Burgemeesterbesluiten opgemaakt door de dienst Wonen.
Conformiteitsattesten opgemaakt door de dienst Wonen.
Burgemeesterbesluit van 03 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Frans Musinstraat 35 (0201), tweede verdieping links.
Burgemeesterbesluit van 03 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woningen gelegen Aartshertogstraat 50 (0101,0201,0301), eerste, tweede en derde verdieping.
Conformiteitsattest van 10 maart 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Plakkerstraat 40 (0101), eerste verdieping.
Conformiteitsattest van 10 maart 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Plakkerstraat 40 (0201), tweede verdieping.
Burgemeesterbesluit van 06 mei 2022, houdende de ongeschiiktverklaring van de woningen gelegen Wittenonnenstrat 53 (0101 en 0201), eerste en duplex op tweede en derde verdieping.
Burgemeesterbesluit van 06 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woningen gelegen Northlaan 29 (0101, 0102, 0201 en 0301), eerste verdieping links, rechts, tweede verdieping en derde verdieping.
Burgemeesterbesluit van 10 mei 2022, houdende de overbewoondverklaring van een woning gelegen Frère-Orbanstraat 0201, eerste verdieping.
Burgemeesterbesluit van 10 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van een woning gelegen Frère-Orbanstraat 45 (0202), tweede verdieping achteraan.
Burgemeesterbesluit van 10 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woningen gelegen Frère-Orbanstraat 45 (0001, 0101, 0201, 0301), kelderverdieping (sous-sol), eerste, tweede en derde verdieping.
Burgemeesterbesluit van 13 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woningen gelegen Werkzaamheidstraat 1 (0001,0002, 0101, 0102, 0201, 0202, 0301, 0302, 0401, 0402, 0501, 0502.
Burgemeesterbesluit van 13 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woningen gelegen Graaf de Smet de Naeyerlaan 48 (0001, 0101, 0201, 0301, 0401).
Burgemeesterbesluit van 13 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woning gelegen Sint-Antoniusstraat 1 (0103), eerste verdieping rechts vooraan.
Burgemeesterbesluit van 13 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woningen gelegen Nieuwpoortsesteenweg 180 (0101, 0201, 0301), eerste, tweede en derde verdieping.
Conformiteitsattest van 09 mei 2022 over de kwaliteit van een zelfstandige woning gelegen Sint-Franciscusstraat 50 bus (2e), woning enkel te bereiken via trap.
Burgemeesterbesluit van 13 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woning gelegen Stuiverstraat 43 (0301), derde verdieping.
Burgemeesterbesluit van 20 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woning gelegen Jozef II-straat 7A (0002), gelijkvloerse en eerste verdieping.
Burgemeesterbesluit van 20 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Mariakerkelaan 1300 (0001), eerste verdieping.
Burgemeesterbesluit van 24 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Troonstraat 101 (0401), vierde verdieping links.
Burgemeesterbesluit van 24 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woning gelegen Zwaluwenstraat 156 (0201), tweede verdieping.
Burgemeesterbesluit van 24 mei 2022, houdende de ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring van de woningen gelegen Kapucijnenstraat 38 (0201,0202,0302), tweede verdieping en derde verdieping links.
Burgemeesterbesluit van 24 mei 2022, houdende de ongeschiktverklaring van de woningen gelegen Kapucijnenstraat 38 (0101, 0301), eerste en derde verdieping.
Burgemeestersbesluiten dienen ter kennisgeving aan de Gemeenteraad te worden voorgelegd.
Conformiteitsattesten dienen ter kennisgeving aan de Gemeenteraad te worden voorgelegd.
Neemt kennis van de mededelingen.