Het Bestuur stelt in zijn beleid voorop om voor zowel de stedelijke werkhuizen als voor de Hulpverleningszone 1 West-Vlaanderen een oplossing te zoeken voor de beperkingen van hun huidige locatie. Een nieuwbouw wordt vooropgesteld voor zowel de stedelijke werkhuizen als voor de brandweerkazerne te Oostende i.p.v. de bestaande gebouwen te renoveren. Voor de Hulpverleningszone 1 is het daarnaast van belang om een locatie te hebben die voldoet aan hun responstijden bij interventies.
De huidige site van de stedelijke werkhuizen aan de Molendorpkaai 10 heeft voldoende ontwikkelingsmogelijkheden voor zowel de werkhuizen als de Hulpverleningszone. De inplanting van de op te richten gebouwen (rekening houdend met de nodige oppervlakten) werd onderzocht door de dienst Ontwerp en Beheer Gebouwen van de Stad, dit in overleg met de Hulpverleningszone 1. Het College van Burgemeester en Schepenen heeft op 22 oktober 2021 (zie gekoppeld besluit 2021_CBS_05118) principieel ingestemd met de onderstaande te volgen werkwijze voor de bouw van de nieuwe loods voor de werkhuizen respectievelijk de nieuwe brandweerkazerne:
1. de overdracht door de Haven Oostende, nv van publiek recht, aan de Stad van de onroerende goederen langs de Vergunningenstraat/Handelsstraat, waar de Stad de nieuwe loods voor de werkhuizen zal bouwen.
2. het vestigen door de Stad van een zakelijk recht op een deel van perceel 139/y/3 P0000 met een gemeten oppervlakte van 7.480,36m² in het voordeel van de Hulpverleningszone 1 voor de realisatie van de door haar op te richten nieuwe kazerne.
De overname van de voormelde onroerende goederen langs de Vergunningenstraat/Handelsstraat werd door de Gemeenteraad aanvaard in de zitting van 20 december 2021 (zie gekoppeld besluit 2021_GR_00420), waarvan de akte op 10 februari 2022 werd verleden.
De volgende stap is het vestigen van een zakelijk recht, onder de vorm van een erfpacht, op een deel van perceel 139/y/3 P0000 met een gemeten oppervlakte van 7.480,36m², tussen de Stad en de Hulpverleningszone 1 voor de realisatie van de door haar nieuw op te richten brandweerkazerne.
Het perceel waarop de erfpacht wordt gevestigd is in rode kleur aangeduid op een plan opgemaakt door Sweco en Arteum Architects, in bijlage bij huidig besluit genaamd 'plan Molendorpkaai.pdf'.
Het recht van erfpacht wordt toegestaan voor 50 jaar, startend op de dag van de ondertekening van de akte om van rechtswege te eindigen 50 jaar later. Het erfpachtrecht zal gevestigd worden om niet.
De Gemeenteraad dient het ontwerp van erfpacht goed te keuren.
Op de grond gelegen Molendorpkaai, bij het Kadaster gekend in de 2de afdeling sectie D met nummer 139 Y 3 P0000 met een totale gemeten oppervlakte van 7.480,36m², wordt een erfpacht gevestigd ten voordele van de Hulpverleningszone 1.
De Hulpverleningszone 1 heeft de verplichting om op de betrokken grond een nieuwe brandweerkazerne te bouwen.
In overleg met de Hulpverleningszone 1 werd een ontwerp van erfpacht opgemaakt (zie bijlage). Door landmeter-expert Johan Vandewalle uit Koksijde werd op 06 december 2021 de schatting (zie bijlage) opgemaakt. Het jaarlijks te betalen canon werd geschat op 18.000,00€.
De belangrijkste punten van het ontwerp van erfpacht zijn:
* het erfpachtrecht wordt toegestaan voor een periode van 50 jaar, mits akkoord tussen de partijen kan het recht voor een periode van 49 jaar verlengd worden;
* het erfpachtrecht wordt toegestaan voor de realisatie van een nieuwe brandweerkazerne;
* de Hulpverleningszone staat gedurende de volledige duur van het erfpachtrecht in voor alle gewone en buitengewone herstellings- en onderhoudswerken. De Stad heeft geen verplichtingen terzake tijdens deze overeenkomst.
* de Hulpverleningszone is gedurende de ganse looptijd van de erfpacht geen canon verschuldigd.
Het vestigen van het recht van erfpacht is onderworpen aan de toepassing van artikel 293 van het Decreet Lokaal Bestuur, samengelezen met de Omzendbrief 2019/3 m.b.t. onroerende transacties van lokale besturen.
Volgende redenen van algemeen belang rechtvaardigen dat overeenkomstig art. 293 van het Decreet Lokaal bestuur samengelezen met de omzendbrief KB/ABB 2019/3 van 03 mei 2019 de erfpacht voor de locatie aan de Molendorpkaai zonder mededinging kan gesloten worden:
- de site aan de Molendorpkaai is door het Bestuur na onderzoek door de dienst Ontwerp en beheer Gebouwen in samenspraak met de Hulpverleningszone 1 als meest geschikte locatie bevonden om een nieuwbouw te realiseren voor de loods van de stedelijke werkhuizen, en een nieuwbouw te realiseren voor de Hulpverleningszone 1.
- De ligging aan de Molendorpkaai is ideaal voor de Hulpverleningszone 1 om te voldoen aan hun opdrachten in kader van de operationele diensten van de civiele veiligheid en meer specifiek om te kunnen voldoen aan de responstijden bij interventies. Dit is noodzakelijk om te blijven voldoen aan hun wettelijke opdrachten opgelegd in de Wet van 15 mei 2007 op de Civiele Veiligheid.
Het vestigen van een erfpacht dient daarnaast te gebeuren op basis van een recent schattingsverslag. Landmeter-expert Johan Vandewalle maakte hiertoe op 06 december 2021 de schatting van het betrokken gedeelte op. De erfpacht aan de Hulpverleningszone geschiedt om niet, de afwijking van de geschatte waarde is gerechtvaardigd, om reden dat:
- het de Stad toelaat de ontwikkeling van de site aan de Molendorpkaai duurzaam te ontwikkelen met een nieuwbouw voor zowel de stedelijke werkhuizen als de Hulpverleningszone ;
- de ligging ideaal is om te voldoen aan de vooropgestelde responstijden, hetgeen een aanzienlijke maatschappelijke waarde realiseert;
- de Hulpverleningszone staat in voor de realisatie van de nieuwe brandweerkazerne, zonder tussenkomst van de Stad;
- om reden van algemeen belang.
De Hulpverleningszone 1 zal in haar eerstvolgende raad van bestuur dit ontwerp van erfpachtovereenkomst eveneens voorleggen ter goedkeuring.
Aan de Gemeenteraad wordt de goedkeuring met het ontwerp van de erfpachtovereenkomst gevraagd.
Keurt de tekst in bijlage "ontwerp erfpacht Molendorpkaai 10.pdf" goed.
Belast het College van Burgemeester en Schepenen met de uitvoering van de secundaire modaliteiten.