De Gemeenteraad besliste op 28 november 2022 voor het aanslagjaar 2023 een Belastingverordening inzake opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten aan te nemen en het tarief vast te stellen op 100 opcentiemen op de gewestelijke belasting op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten.
Voor het aanslagjaar 2024 moet de Stad Oostende de Belastingverordening opnieuw aannemen en het tarief vastleggen.
De verkrotting en verwaarlozing van bedrijfsruimten op het grondgebied van de Stad Oostende moet worden voorkomen en bestreden.
Het Gemeenteraadsbesluit van 28 november 2022, houdende de aanneming van de Belastingverordening inzake opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten voor het aanslagjaar 2023.
De omzendbrief KB/ABB 2019/2 van het Agentschap voor Binnenlands Bestuur, houdende de coördinatie van de onderrichtingen over de gemeentefiscaliteit.
Rekening houdend met de toestand van de stadsfinanciën.
Het artikel 170,§4 van de Grondwet.
Het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992, artikel 464/1.
Het Decreet over het Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.
De Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013, artikel 2.6.4.0.2 en artikel 3.1.0.0.4.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 20 december 2013 houdende de uitvoering van de Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013.
Het Decreet van 19 april 1995, houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, en latere wijzigingen.
Het Besluit van de Vlaamse regering van 01 juli 1997 tot uitvoering van het Decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten, inzonderheid Hoofdstuk III, artikel 15, betreffende de mogelijkheid om gemeentelijke opcentiemen te heffen.
Neemt de Belastingverordening inzake opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten zoals opgenomen in bijlage (GR 2024 opcentiemen op de leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten) aan voor het aanslagjaar 2024.