Terug
Gepubliceerd op 07/04/2025

2025_CBS_01623 - Stadsbestuur Oostende - Wijziging Rechtspositieregeling Stad Oostende artikel 188 - Goedkeuring

College van Burgemeester en Schepenen
ma 31/03/2025 - 13:00 collegezaal
Goedgekeurd
Dit besluit handelt over een Rechtspositieregeling (RPR).

Samenstelling

Aanwezig

John Crombez, Burgemeester; Charlotte Verkeyn, Schepen; Maxim Donck, Schepen; Judith Ooms, Schepen; Björn Pannecoucke, Schepen; Fabrice Goffin, Schepen; Sandra Demuynck, Schepen; Siegelinde Lacoere, Algemeen Directeur

Verontschuldigd

Vanessa Vens, Schepen; Niko Geldhof, Schepen

Secretaris

Siegelinde Lacoere, Algemeen Directeur

Voorzitter

John Crombez, Burgemeester
2025_CBS_01623 - Stadsbestuur Oostende - Wijziging Rechtspositieregeling Stad Oostende artikel 188 - Goedkeuring 2025_CBS_01623 - Stadsbestuur Oostende - Wijziging Rechtspositieregeling Stad Oostende artikel 188 - Goedkeuring

Motivering

Regelgeving: bevoegdheid

dlb0029

Aanleiding en context

Voorstel tot wijziging artikel 188 van de Rechtspositieregeling (toevoeging §4 en §5) inzake progressieve tewerkstelling statutairen bij uitputting van ziektekrediet.

Argumentatie

Aan het College van Burgemeester en Schepenen wordt gevraagd om volgende wijziging (toevoeging §4 en §5 aan artikel 188) aan de Rechtspositieregeling voor het personeel van de Stad Oostende goed te keuren :

...
Artikel 188       

§1. Een statutair personeelslid dat na een afwezigheid wegens ziekte, ongeval van gemeen recht, arbeidsongeval of beroepsziekte geschikt wordt geacht om zijn functie weer op te nemen met deeltijdse prestaties, kan toestemming krijgen zijn functie opnieuw op te nemen met een deeltijds uurrooster van ten minste de helft van het normale uurrooster van het betrokken personeelslid. De toestemming wordt verleend voor een periode van ten hoogste drie maanden. De deeltijdse prestaties worden als dusdanig gespreid zodat het personeelslid voor minstens 50 % prestaties verricht gedurende elke werkdag, die conform het uurrooster van toepassing is. Bij gemotiveerd besluit van de algemeen directeur kan omwille van dienstnoodwendigheden hiervan worden afgeweken.

Onder dezelfde voorwaarden en op dezelfde wijze als bij het toestaan van de eerste periode van deeltijdse prestaties kan de periode van deeltijdse prestaties meermaals worden verlengd met een periode van telkens ten hoogste drie maanden tot maximaal een aaneensluitende periode van één jaar. Bij gemotiveerd advies van de arbeidsgeneesheer en in samenspraak met het Medisch Sociaal Team kan de periode van één jaar aaneensluitend verlengd worden met telkens drie maanden tot maximaal een aaneensluitende periode van twee jaar.

§2 De afwezigheid van het statutaire personeelslid tijdens een periode van deeltijdse prestaties wegens arbeidsongeval of beroepsziekte wordt beschouwd als gelijkgesteld met een periode van dienstactiviteit.

§3 Tijdens de periode van deeltijds prestaties zoals vermeld in §1 kan het personeelslid geen recuperatietijd opbouwen, noch overuren presteren.

§4 Voor een statutaire medewerker die het werk hervat met deeltijdse prestaties wegens arbeidsongeschiktheid wordt voor het gedeelte waar geen prestaties worden geleverd, ziektekredietdagen in mindering gebracht.

§5 Als de ziektekredietdagen opgebruikt zijn, wordt het statutaire personeelslid in disponibiliteit wegens arbeidsongeschiktheid gesteld. Tijdens de periode van disponibiliteit, zal de statutaire medewerker die het werk hervat met deeltijdse prestaties wegens arbeidsongeschiktheid, salaris ontvangen aan 100% voor de effectieve prestaties en 37,5% voor het gedeelte waar geen prestaties worden geleverd.


Op 20 maart 2025 werd met de representatieve vakorganisaties onderhandeld over deze wijziging aan de Rechtspositieregeling van de Stad Oostende.

Juridische grond

Decreet Lokaal Bestuur.

De Rechtspositieregeling van de Stad Oostende.

Regelgeving bevoegdheid

Artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur
Het college van burgemeester en schepenen is bevoegd op basis van artikel 56-57 van het decreet lokaal bestuur

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen beslist:

Artikel 1

§1. Keurt de wijziging van artikel 188 aan de Rechtspositieregeling van de Stad Oostende, zoals omschreven in de bijlage, goed.