Mevrouw Sandra Demuynck, voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst (BCSD), heeft op 1 juli 2025 de voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn schriftelijk op de hoogte gebracht dat zij ontslag neemt als voorzitter van het BCSD. Aangezien zij door de aanstelling als voorzitter van het BCSD ook lid geworden was van het college van burgemeester en schepenen en het vast bureau, vervallen ook deze mandaten, zoals de ontslagbrief ook vermeldt.
De Raad neemt kennis van het ontslag van de voorzitter van het BCSD. Het ontslag als voorzitter van het BCSD houdt het ontslag in voor het mandaat als schepen van rechtswege (art. 106 §2 en art. 42 §1, 3de lid DLB) en als lid van het vast bureau (art. 106 §2, art. 42 §1, 3de lid en art. 79 DLB).
Artikel 103 DLB
Artikel 106 §2 samen gelezen met art. 42 §1, 3de lid en art. 79 DLB
Neemt kennis van het ontslag van mevrouw Sandra Demuynck als voorzitter van het bijzonder comité voor de sociale dienst en dientengevolge van het eind van haar mandaat als lid van het college van burgemeester en schepenen en als lid van het vast bureau.